Decentrale, duurzame energie is bij uitstek geschikt voor gebieden waar geen elektriciteitsnet bestaat. Tijdens een conferentie in Nigeria blijkt dat lokale gemeenschappen duurzame energie ook zien als een kans om een positieve daad te stellen tegenover de ellende die de olie-industrie in hun land heeft aangericht.
Iwhrekan is een dorp in Nigerdelta waar Shell al sinds 1958 een immense gasfakkel laat branden. Het aardgas dat vrijkomt bij het oppompen van olie zou ook nuttig gebruikt kunnen worden. Daarvoor zou dan wel eerst een afvanginstallatie moeten worden aangelegd. Maar dat is duurder dan verbranden, want de lokale bevolking heeft geen geld om het gas tegen geldende internationale marktprijzen te kopen. Daarom zitten de mensen in het donker, al meer dan vijftig jaar lang, ook al wonen ze soms op nog geen tweehonderdvijftig meter afstand van een van de belangrijkste energiebronnen in het land.
Iwhrekan is een van de case studies die deze week aan de orde komt op een conferentie over “energiedemocratie” in Port Harcourt, de belangrijkste oliestad van Nigeria. De conferentie wordt gehouden door onze zusterorganisatie Friends of the Earth Nigeria en ik mag er namens Milieudefensie iets vertellen over ons werk en onze visie rond het thema energie.
Armoede
Nigeria is een land vol paradoxen dat me, ondanks vele bezoeken de afgelopen jaren, steeds weer blijft verbazen. Al meer dan vijftig jaar stromen in het land, waar Shell veertien procent van al haar olie vandaan haalt, jaarlijks tientallen miljarden oliedollars binnen. Maar ondanks deze voor een Afrikaanse land ongekende inkomsten is de bevolking, op een kleine en puissant rijke elite na, alleen maar armer geworden. Leefde eind jaren vijftig, toen de olie exploratie begon, nog ongeveer dertig procent van de bevolking onder de armoede grens, nu is dat ruim zestig procent.
Oorzaak van deze immense armoede is niet alleen vijftig jaar van corruptie, wetteloosheid en milieuvervuiling maar ook het feit dat de elite lui en incompetent is geworden door de “makkelijke” oliedollars en andere sectoren van de economie, zoals de landbouw, heeft verwaarloosd.
Dutch disease
Het hoeft dan ook geen verbazing te wekken dat mijn boodschap dat we – om te voorkomen dat klimaatverandering volledig uit de hand loopt – binnen 20 jaar naar een fossielvrije economie moeten er hier in gaat als Gods woord in de ouderling. Nigeria heeft last van een verschijnsel dat wel de Dutch disease is gaan heten: door een (tijdelijke) overdaad aan natuurlijke hulpbronnen is een soort goudkoorts ontstaan die er op is gericht deze zo snel mogelijk te exploreren (lees : plunderen) en daardoor komen de verdere ontwikkeling en innovatie van de economie in het gedrang.
Je zou kunnen zeggen dat Nederland zelf ook in beperkte mate last heeft van de Dutch disease. Dankzij de gasbel in Groningen hebben wij verzuimd op tijd in te zetten op de ontwikkeling van duurzame energie en zijn we nu met vierenhalf procent hekkensluiter van Europa. Maar in Nigeria is het probleem veel schrijnender.
Energiearmoede
Tijdens de conferentie toont een van de sprekers een kaart vol grote witte vlekken en met een beperkt aantal rode lijnen in het centrum van het land. De witte gebieden zijn de gebieden die niet zijn aangesloten op het elektriciteitsnet. Met andere woorden: gebieden waar de “energiearmen” wonen.
Energiearmoede klinkt op het eerste gehoor misschien niet zo heel dramatisch maar in de praktijk heeft het vele negatieve sociale maar ook gezondheidsgevolgen. Gebrek aan toegang tot elektriciteit betekent bijvoorbeeld dat je kinderen slapen in de walmen van kerosinelampen. Dat dat niet gezond is, blijkt onder meer uit het feit dat in Nigeria pneumonia de belangrijkste doodsoorzaak bij kinderen onder de 5 jaar is.
Energie democratie
In een land als Nigeria is het immoreel en not done om te spreken over duurzame energie zonder het te hebben over het probleem van de toegang tot energie. Door het introduceren van de term “energiedemocratie” laat Friends of the Earth Nigeria zien dat als geen ander te begrijpen. Juist decentrale, duurzame energie is bij uitstek geschikt voor gebieden waar geen elektriciteitsnet bestaat. En uit de enthousiaste verhalen tijdens de conferentie blijkt dat lokale gemeenschappen duurzame energie ook zien als een kans om een positieve daad te stellen tegenover de ellende die de olie-industrie in hun land heeft aangericht.
Als Godwin Ojo, directeur van Friends of the Earth Nigeria, de Nigerdelta een “crimescene” noemt waar de olieindustrie “ ecocide” heeft aangericht stijgt instemmend applaus en gejoel op. Maar naast woede is er ook hoop en een visie op de toekomst. En die gaat over meer dan alleen de aanleg van zoveel mogelijk zonnepanelen en de aanschaf van zoveel mogelijk energiezuinige houtovens. Wat vooral nodig is, zo luidt de belangrijkste conclusie van de conferentie, is een nieuw model van kleinschalige energie opwekking waarbij de eigendom en controle in lokale handen is.
Dat model, die nieuwe energie democratie, zou wel eens veel beter in staat kunnen blijken om de noden van de Nigeriaanse bevolking te ledigen dan de grote multinationals die het in Nigeria nu (nog?) voor het zeggen hebben.
Geert Ritsema is campagneleider Energie en Grondstoffen van Milieudefensie
roland zegt
“slapen in de walmen van kerosinelampen”
– Een klok met gewichten benut energie uit de zwaartekracht.
Nu zijn er ook zo’n lampen, zonder zonnepaneel + stroomopslag.
http://www.stichtingmilieunet.nl/andersbekekenblog/energie/de-zwaartekracht-led-lamp.html
roland zegt
aanvullend http://gravitylight.org