Wilde natuur laat ruimte voor iets anders dan het menselijke en is tegelijkertijd altijd een mensenzaak, zegt milieufilosoof Martin Drenthen. “Het is belangrijk te beseffen dat er in Nederland nog steeds natuur is.”
De emoties over natuur kunnen hoog oplopen, zie bijvoorbeeld de trammelant over de Oostvaardersplassen en de komst van de wolf. Vaak draaien die discussies uit op de vraag of iets wel of geen echte natuur is. “Echte natuur bestaat in Nederland niet”, wordt dan bijvoorbeeld gezegd. Immers, alles wordt op de een of andere manier door mensenhand gereguleerd, ook de zogenaamde ‘nieuwe natuur’. Ergo, hongerige herten moeten worden bijgevoerd. De Nijmeegse milieufilosoof Martin Drenthen helpt om helderheid in de discussie te krijgen. Van hem verscheen onlangs het boek Natuur in mensenland – Essays over ons nieuwe cultuurlandschap. De vraag of iets al dan niet ‘echte natuur’ is, vindt hij zinnig. “Daar kom je niet uit. Hoe kan natuurbescherming in de praktijk bijdragen aan een betere verhouding tussen mensen en hun niet-menselijke omgeving? Dat vind ik een vruchtbaarder vraag.”
Wat vind je zelf van de Oostvaardersplassen? Is het goed dat er nu ingegrepen wordt en het aantal beesten wordt teruggebracht?
“In de zomer vind ik het een fantastisch gebied. Mooi om te zien hoe groepen wilde paarden leven, in vrijheid sociaal dier kunnen zijn. In februari ben ik er ook wel eens geweest en dan snijdt het wel door je ziel als je dieren ziet die lijden. Maar dat hoort erbij, zoals er in elk bos in de winter een groot deel van de zoogdieren en vogels doodgaat. ‘Die beesten zijn door mensen uitgezet’, wordt dan gezegd. Maar dat gebeurt ook met olifanten in Afrika. De mensen die per se wilden dat de dieren bijgevoerd werden, weigeren blijkbaar te erkennen dat er wilde dieren bestaan. Jammer dat er nu wordt ingegrepen: daarmee wordt het een natuurgebied als ieder ander, zoals de Veluwe waar ook jaarlijks duizenden wilde dieren worden afgeschoten. Daar hoor je niemand over. Ik vond het mooi dat er een gebied was, zo dicht bij stedelijk gebied, waar de mens een stapje terug zou doen, de teugels zou laten vieren.”
Tegelijkertijd zeg je dat nieuwe natuur, zoals de Oostvaardersplassen of plekken langs de uiterwaarden waar Konikpaarden en heckrunderen de ruimte krijgen, ‘cultuurlandschap’ is. Zoals oude landbouwgronden met heggen, hagen en bosjes dat ook zijn.
“Het landschap weerspiegelt wat wij doen en hebben gedaan het in verleden. En omgekeerd zijn wij gevormd door het landschap. Ons befaamde poldermodel wordt bijvoorbeeld in verband gebracht met de dijken die we nodig hebben om ons te beschermen tegen het water. Hoe wij natuur en het landschap bekijken, is ook aan verandering onderhevig. Vroeger werd boerenland mooi gevonden, inmiddels beginnen we ons te storen aan de mais en het feit dat het gras zo strak en kaal is. Met nieuwe natuur wordt gespeeld met het idee: wat zou er gebeuren als wij er niet waren? Met die wilde natuur wil je ruimte laten voor iets anders dan het menselijke. Tegelijkertijd is die aanpak onvermijdelijk altijd een mensenzaak. Het zijn mensen die besluiten natuur zo in te richten en in welke mate ze dan de natuur op zijn beloop laten. In die zin is ook nieuwe natuur cultuurlandschap. Dat heeft iets paradoxaals. Als ik dat zeg tegen natuurontwikkelaars, bedanken ze me: ‘nu snap ik beter waar ik mee worstel’.”
Het krampachtig vasthouden aan oude landschappen weerspiegelt ons onvermogen om onze huidige moderne toestand onder ogen te zien, zeg je in je boek. Landschappen veranderen nu eenmaal in de loop der tijd: elk landschap is een weerslag van verschillende menselijke verhalen. Maar is dat niet wat erg relativerend? Een nieuwe autobaan door een mooi landschap is dan ook gewoon een nieuw verhaal, toegevoegd aan het menselijk repertoire. En in die zin even waardevol.
“Nee, ik zie die autobaan niet als even waardevol. Die draagt namelijk niet bij aan een betere verhouding tussen het menselijke en niet-menselijke. Uiteindelijk is het een ethische beslissing om meer ruimte te willen maken voor het niet-menselijke. Ik vind trouwens wel dat als we besluiten die autobaan weg te halen, er iets moet overblijven – een monument of kunstwerk, of iets simpels als een bomenrij – dat ons herinnert aan de tijd dat daar een autobaan lag. Zodat de geschiedenis niet wordt uitgewist en we niet vergeten waar we vandaan komen.
Er is een groeiend besef dat er iets verloren gaat als we te weinig ruimte bieden aan het niet-menselijke; dat de wereld dan betekenislozer wordt. Als we alles kunnen beslissen over onze omgeving – zoals in onze tijd vaak wordt gesuggereerd – dan krijg je een Brave New World, een dystopie waarin we alleen nog ons eigen spiegelbeeld tegenkomen.
Het is belangrijk te beseffen dat er in Nederland nog steeds natuur is, al wordt dat door sommigen betwist. Natuur is er altijd. Als je je huis niet onderhoudt, dan zul je merken dat de natuur oprukt en het uiteindelijk overneemt. We kunnen alleen bestaan dankzij natuurlijke processen, zoals de bomen die ons zuurstof geven, ons voedsel dat in de bodem groeit. Daar moeten we meer respect voor hebben, inclusief het onbekende, mysterieuze van de natuur. We proberen nog steeds de wildheid van de natuur te bestrijden. Zie de wolf, die door velen niet gewenst wordt. Terwijl het juist goed is om af en toe overweldigd te worden door de natuur, de controle los te laten. Natuur zou veel belangrijker moeten zijn, ook voor de milieubeweging.”
Waarom ook voor de milieubeweging?
“Veel milieuproblemen zijn het gevolg van beleid dat menselijke belangen en verlangens altijd voorrang geeft en natuur alleen ziet als iets dat ons ter beschikking staat om naar eigen inzicht te gebruiken. Maar daarmee wordt vergeten dat de natuur ook de context is waarbinnen ons leven betekenis kan krijgen. Zonder besef van de natuur als iets dat groter en ouder is dan wijzelf, zonder besef van onze menselijke eindigheid, kan ook milieubescherming verworden tot een zoveelste technocratische poging de wereld naar onze hand te zetten. De niet-menselijke natuur heeft een betekenis die niet afhangt van onze toevallige politieke ideeën. Dat besef is een sterkere basis voor engagement met en zorg voor ons milieu.”
Geef een reactie