De voorzichtige maar gestage opmars van het vegetarisme – en in het kielzog daarvan het radicalere veganisme – is goed nieuws voor de wereld. De ecologische voetafdruk van vlees- en zuivelconsumptie is immers onverantwoord groot. Of ligt het genuanceerder? ‘Het eten van dieren is soms het meest ethisch.’
Dierenactivisten hebben onlangs de eigenaren van de succesvolle veganistische keten Café Gratitude met de dood bedreigd. Het Californische echtpaar Matthew en Terces Engelhart is namelijk weer vlees gaan eten. De veganistische pioniers verklaarden hun ommezwaai na veertig jaar vegetarisme als volgt: ‘We zijn begonnen met het observeren van de natuur en we zagen dat de natuur niet bestaat zonder dieren’. Op hun Be Love Farm, waar ze naar eigen zeggen aan ‘regeneratieve landbouw’ doen, fokken en slachten ze sinds een tijdje hun eigen dieren, voor privégebruik. ‘Fxxxing HYPOCRITES!!!! Hope they will be FLAME BURNED and eaten by Meat Eaters’ was een van reacties op de alras geopende Facebookpagina die oproept tot een boycot van Café Gratitude. Wel of niet vlees eten: het is een mijnenveld geworden in het maatschappelijk debat. Hierbij een stapje in dat mijnveld: hebben de Engelharts een punt?
In onze westerse samenlevingen wordt te veel vlees gegeten, zoveel is duidelijk. Niet best voor de natuur (verdwijnend regenwoud) en de grond (uitputting) in de landen waar het veevoer vandaan komt. Niet best voor de bodem en biodiversiteit in eigen land, die ten onder gaan aan overbemesting. Niet best voor het vee, dat in dieronwaardige omstandigheden moet leven. Niet best voor onszelf omdat te veel vlees ongezond is. En ook helemaal niet nodig voor fatsoenlijk en lekker eten. De voorzichtige maar gestage opmars van het vegetarisme – en in het kielzog daarvan het radicalere veganisme – is goed nieuws voor de wereld. Maar de Engelharts zijn niet de enige voedselactivisten die hun ‘nooit meer vlees’ hebben genuanceerd. ‘Ik had het verkeerd met mijn pleidooi voor veganisme. Laten ze vlees eten, maar fatsoenlijk geproduceerd’, zei Guardian-columnist George Monbiot richting veganisten. En Kris de Decker concludeerde in zijn column in Down to Earth Magazine van april 2016 dat vleesconsumptie weliswaar flink moet worden teruggebracht, maar dat minder dan één vijfde van het huidige niveau onverstandig is.
Vlees als bijproduct
Zowel Monbiot als De Decker verwijzen in hun pleidooien naar Simon Fairlie en zijn boek Meat: A Benign Extravagance. Volgens deze Britse boer, journalist (hij werkte onder andere voor The Ecologist) en handelaar in zeisen, is veganisme minder groen dan een beetje vlees eten. Zijn stelling is dat elk landbouw-ecosysteem biomassa produceert die niet direct geschikt is voor menselijke consumptie. ‘De beste manier om ook dat deel biomassa voor de voedselketen te behouden, is vaak door het als veevoer te gebruiken.’ In tegenstelling tot menselijke magen weten die van koeien bijvoorbeeld wel raad met gras: ze geven er melk, vlees en mest voor terug. Varkens verteren graanstoppels die overblijven na de oogst, wei die overblijft na het kaas maken, de bierborstel van het bier brouwen. Kippen zijn uitstekende verwerkers van kliekjes, doorgeschoten sla, onkruid en oude broodkorsten, ook voor een kleine huis-, tuin- en keukencyclus. Vlees, zuivel en eieren zijn dan bijproducten van een ecosysteem dat hoofdzakelijk plantaardig voedsel produceert. Wat je níet moet doen, volgens Fairlie en medestanders, is massaal veevoer verbouwen speciaal voor die koeien en varkens: daarmee creëer je de bekende problemen als uitputting, overbemesting en gesleep met grondstoffen en dieren. Fairlie noemt zijn variant van veehouderij ‘default livestock’ – of ‘permaculture livestock’: de dieren, het vlees en de zuivel spelen een aanvullende rol in een gebalanceerd ecosysteem.
Pure graze
In Nederland is Ado Bloemendal met zijn Pure Graze-concept een pleitbezorger van een kringlooplandbouw mét veehouderij. ‘Hoe kom je bij een veganistische akkerbouw aan je nutriënten, als je geen dierlijke mest mag gebruiken?’, vraagt hij zich af. ‘Kunstmest is gruwelijk achterhaald. We maken kunstmest door iets vast te leggen wat overal in de lucht zweeft en gebruiken daar een groot deel van ons Groningse aardgas voor (het binden van stikstof uit de lucht in vaste, voor de landbouw bruikbare, korrels vraagt veel energie – MB).’ Dierlijke mest kan veel beter die rol vervullen.
De boeren die volgens het Pure Graze handboek werken, gebruiken geen kunstmest en chemische bestrijdingsmiddelen, net als hun biologische collega’s. Maar de Pure Graze melkveehouders gaan nog een paar stappen verder: de koeien staan langer en vaker buiten, kalfjes blijven bij de moeder en de koeien worden niet onthoornd. En ze gebruiken helemaal geen krachtvoer; beslist geen krachtvoer zoals soja van ver weg, maar ook geen voedermaïs van dichtbij. ‘Koeien zijn helemaal niet geschikt voor het eten van granen’, licht Bloemendal toe. Pure Graze koeien krijgen vrijwel alleen kruidenrijk gras, aangevuld met een beetje voederbieten. Koeien zonder krachtvoer leveren gezondere melk (meer omega 3) en betere, milieuvriendelijkere mest. ‘Drijfmest van de gangbare veehouderij, van koeien die krachtvoer hebben gehad dus, is verrotte mest die slecht is voor het bodemleven.’ De veel vastere mest van Pure Graze koeien, die hun flatsen grotendeels verspreiden over de weides omdat ze veel minder op stal staan, zorgt voor minder emissies. ‘De uitstoot van broeikasgassen per kilo melk is bij Pure Graze runderen maar 50 procent van die van biologische koeienboeren en 35 procent van die van gangbare agrariërs.’
Kippen en varkens zijn omnivoren en hebben wél graag granen in hun menu. De granen die ze in de Pure Graze veehouderij krijgen voorgeschoteld zijn dan wel afkomstig uit de regio. Nog belangrijker is dat ze buiten kunnen scharrelen. De kippen leven rond een verplaatsbare schuilhut, waar ze naar believen in en uit kunnen lopen. Op de plek waar ze hebben gescharreld, zorgt de kippenmest voor een vitaal bodemleven, zodat de grond weer productief wordt voor het volgende gewas. ‘De nutriënten in de bodem worden efficiënt omgezet in voeding voor de planten.’
Rituelen
Het Pure Graze concept is eigenlijk gebaseerd op het oude vertrouwde gemengde bedrijf, zoals dat tot aan de Tweede Wereldoorlog gebruikelijk was. Graan, gras, akkerbouw en vee – een paar koeien, wat varkens en kippen – hielden elkaar min of meer in evenwicht. Datzelfde geldt voor de biologisch-dynamische landbouw, de van oorsprong antroposofische vorm van land- en tuinbouw (met strengere regels dan de biologische landbouw), die ook sterk de nadruk legt op gemengde bedrijfsvoering. Ook daar wordt vee gehouden voor het op peil houden van de bodemvruchtbaarheid.
Kris de Decker wijst er in zijn DTE-column op dat de traditionele manier van boerderijdieren houden een vorm van ecologische voedselbewaring was. Het vlees van de geslachte beesten zorgde er historisch gezien voor dat er ook ’s winters genoeg te eten was. Daar hoorde bij dat álles van de dieren gebruikt werd: het nu in sommige culinaire kringen hippe ‘van kop tot kont koken’ was de norm. Van een varken werd ook het bloed, de organen, de darmen, de haren (waar borstels van werden gemaakt) en de penis (om gereedschap mee in te vetten) verwerkt en gebruikt. Het slachten van een varken was bovendien – op veel boerderijen tot in de jaren zestig van de vorige eeuw – een grootse gebeurtenis. Omgeven met gebruiken en rituelen, inclusief ongemak op het moment dat het varken werd gedood. ‘Moeder vindt het naar en kan er niet bij wezen en zoo gaat het mij ook’, beschrijft Meester Heuvel een jeugdherinnering in zijn boek Oud-Achterhoeksch boerenleven. Na het leegbloeden van het varken kwam moeder met de fles jenever naar buiten en kreeg iedereen een borrel. De buren die ’s avonds het geslachte varken kwamen bewonderen, kregen een kopje koffie met beschuit en – alweer – een borrel. De volgende dag ontvingen pastoor en dominee een verse metworst. Er werd respectvol omgegaan met het geslachte beest; een schrijnende tegenstelling met de praktijk van de huidige industriële slacht. Daar worden in één slachterij per dag 11.000 varkens geslacht die uitsluitend als ‘grondstof’ worden gezien.
Nachtmerrie
‘De morele codes van de cultuur vormden historisch een tegengewicht tegen de morele blindheid van de markt. De bio-industrie laat ons een nachtmerrieachtige glimp zien van waartoe het kapitalisme in staat is, als die morele codes achterwege blijven’, concludeert Michael Pollan in zijn Omnivore’s Dilemma. De Amerikaanse voedseljournalist en -auteur stelt in dit boek een aantal fundamentele vragen, zoals: ‘Mag je überhaupt beesten doodmaken om ze gebruiken?’ Hij verwijst daarbij naar filosoof Peter Singer, inspiratiebron voor veel vegetariërs. Singer stelt dat wij mensen in essentie – kijkend naar erfelijk materiaal – niet verschillen van dieren en dat we ze dús niet mogen doden. Slachten is in zijn optiek een barbaarse praktijk waarop we in de toekomst zullen terugkijken zoals we nu de slavernij bezien, of de behandeling van vrouwen als minderwaardige wezens.
Na veel wikken en wegen komt Pollan tot een andere conclusie. Kippen en varkens op diervriendelijke boerderijen kunnen uitdrukking geven aan hun ‘kip-zijn’ en ‘varken-zijn.’ Omdat deze kippen en varkens in het wild niet overleven, trekt Pollan de conclusie dat ‘voor gedomesticeerde dieren het goede leven niet bestaat los van dat van mensen, los van dat van boerderijen en vlees eten.’ De diervriendelijke veehouderij is volgens Pollan dan ook geen voorbeeld van uitbuiting en slavernij, ‘maar van symbiose tussen verschillende organismen.’ Wij mensen zullen altijd dieren doden, al is het maar als collateral damage: ook de combine die graan voor de veganist oogst, verplettert en passant heel wat veldmuisjes. Er zijn bovendien nogal wat gebieden op de wereld, zoals de semi-aride graslanden en bergachtige streken, waar geen graan of groenten verbouwd kunnen worden. Het meest efficiënte menu is daar vlees van extensief gehouden runderen, geiten of schapen. Een vegetarisch dieet betekent in dergelijk gevallen het met fossiele brandstoffen importeren van voedsel van ver weg. ‘Het eten van dieren is soms het meest ethisch.’
Jochem Kühnen zegt
Wat een onzin… Theoretisch zijn her en der misschien wat puntjes te betwisten. Maar voor een beweging als Milieudefensie zou het goed zijn om juist voor de meest klimaatvriendelijke optie te staan. Want laten we wel wezen: in het geheel theoretische geval dat de hele achterban van Milieudefensie veganist wordt blijft er nog een hele wereld aan mensen over die nog veel teveel vlees en zuivel consumeren. Niet alleen is dat rampzalig voor de wereld op meerdere manieren, het is ook nog steeds zo ontzettend teveel dat alle mogelijk positieve effecten van vlees eten compleet overdonderd worden door de negatieve effecten.
Het hele stuk is volgens mij bedoeld om Michiel’s eigen geweten af te kopen. Prima als hij zijn oogkleppen op wil houden en her en der wat vind om zich daar goed bij te voelen, maar ga niet met dat soort onzin proberen de rest van de milieubeweging dezelfde oogkleppen op te zetten a.u.b..
Michiel Bussink zegt
Graag hoor ik wat precies onzin is en wat mijn vermeende oogkleppen precies niet zouden willen zien. Ik zie heel goed dat er wereldwijd veel te veel vlees wordt gegeten en dat het drastisch minder moet. Dat zegt het artikel ook. Daar moet zeker de focus van Milieudefensie blijven. Tegelijkertijd wint het alternatief (milieu-, dier-, natuurvriendelijke landbouw die smakelijke en gezonde producten levert), aan kracht, gezag en aantrekkingskracht als er ruimte is voor de genoemde nuance: een beetje vee hoort er bij.
Jochem Kühnen zegt
Ok Michiel. Ik zal een poging wagen e.e.a. te verduidelijken.
Om te beginnen vind ik het onzin een artikel te wijden aan zo’n theoretisch betoog. Het noemt argumenten voor het eten van een kleine hoeveelheid vlees versus het niet eten van vlees. Maar met welk doel? Zoals ik al schreef denk ik dat er zo veel overdaad aan dierlijke producten wordt gebruikt (en het wordt alleen maar méér) dat het zeggen dat een beetje vlees eten beter is dan geen echt onzin is. Ik gebruik geen dierlijke producten en ben daarmee beter bezig voor natuur, bodem, het vee zelf, etc., waarbij vreemd genoeg het klimaat ontbreekt) dan iemand die nog wel dierlijke producten gebruikt. Dat verzin ik niet zelf, dat komt o.a. naar voren bij het uitrekenen van de mondiale voetafdruk. Er is ondanks dat ik veganist ben geworden nog een enorm overschot aan mest, er wordt veel meer zoet water gebruikt dan duurzaam is, etc. etc.. Dus de vlieger gaat toch niet op dat ik beter toch een beetje vlees zou kunnen eten?
Ik ben het ermee eens dat er ruimte moet zijn voor verschillende ‘gradaties’, maar als je tot een vermindering van vleesgebruik op wil roepen door te zeggen dat het béter is dan géén vlees eten sla je de plank volgens mij mis. Dus vooral met de praktijk in gedachten waarbij de meerderheid van de wereldwijde bevolking dierlijke producten zal blijven gebruiken.
Michiel Bussink zegt
Er is niet zoveel theoretisch aan het artikel. Maar goed, ter verduidelijking wat voorbeelden. Ik heb drie kipjes. Die eten restjes die verder niet meer geschikt zijn voor menselijke consumptie. De kippen geven er eitjes en mest voor terug (en als ze niet meer leggen, eet ik ze op): mooie kringloop. Ik zag in Zimbabwe vrouwen die dankzij hun drie geiten, toch nog wat voedzaams wisten te produceren in het droge savanne-landschap. Ik ken biologisch(-dynamische) melkveehouders, die zelf hun veevoer verbouwen en zodoende met een vrijwel gesloten kringloop boeren en bovendien fantastisch lekkere kazen leveren, plus een mooi en biodivers landschap. Wil je de dierenhouderij in al die drie voorbeelden veroordelen of afschaffen? Dieren horen er bij, kunnen nuttige functies vervullen in ecosystemen waarin mensen met andere organismen duurzaam proberen samen te leven. Wat niet wil zeggen dat het verboden is om een veganistisch dieet te volgen. Wel zou zo’n dieet de volgende disclaimer moeten krijgen: ‘Pas op, u gaat een stukje levensgeluk missen wegens het ontbreken van het genot van boerenkaas.’
Jochem Kühnen zegt
Beste Michiel,
Mooie afsluiting: “‘Pas op, u gaat een stukje levensgeluk missen wegens het ontbreken van het genot van boerenkaas.’” Over wiens levensgeluk heb je het dan? Niet over die van de koe wiens kind en melk werden gestolen voor die kaas. En heb je wel eens gehoord hoe gezond kaas eigenlijk is? Ik geloof niet dat ik er levensgeluk door mis en anders compenseer ik het wel met iets waar niemand anders voor hoeft te lijden.
Je zegt dat jouw drie kipjes je eitjes en mest ‘geven’. Maar als ze dat niet meer doen gaan ze eraan. In hoeverre is dat méér ethisch dan het niet houden van kippen en ze dus ook niet opeten?
En die kringloop bij melkveehouders, daar kan ik niet in geloven. De omzetting van plantaardige naar dierlijke eiwitten is zeer inefficiënt. Als het een gesloten kringloop is kan dat alleen doordat er een onevenredig groot stuk land wordt opgeofferd. Dat vind ik geen kringloop meer.
Maar zoals ik eerder al zei, ik geloof best dat er ruimte is voor verschillende levensstijlen. Ik wil ook niet zozeer die van jou afkeuren, maar snap niet waarom je vind dat het niet eten van vlees en zuivelproducten wel af te keuren is. Milieudefensie heeft al eens onderzoek laten doen (ik kan de Down to Earth zo snel niet vinden waarin dat stond) en daaruit bleek daaruit dat veganisme juist het beste was wat je voor het klimaat kan doen. En zeg nou zelf, is het veranderende klimaat niet een VEEL groter probleem dan een tot nu toe toch echt volledig theoretisch gebrek aan mest?
Ineke Wild zegt
Wat een flauwekul ik heb al jaren een vegan moestuin en er zijn steeds meer vegan akkerbouwbedrijven, dierlijke mest is helemaal niet goed als meststof en alle dieren in de veehouderij zijn onnatuurlijk op de wereld gezet en er weer weer afgeholpen, ze eten volgens dit artikel granen en dergelijke uit de omgeving, ze eten gemiddeld 7x meer op dan ze opleveren en waar groeien nu de groente en granen voor de Nederlandse mensen?. Want hier staat steeds meer ( zogenaamd duurzaam) veevoer op de velden. Juist ja, die staan op gestolen land in Afrika en Roemenië ten koste van de mensen en het milieu daar.
Jammer deze blinde stap terug in de evolutie!.
GO VEGAN!.
http://www.veganchallenge.nl
yvonne haarsma zegt
helemaal eens met wilde Ineke !
Tim zegt
‘Het eten van dieren is soms het meest ethisch.’
En dat gaat uit van welk ethisch paradigma? Het efficiëntie-paradigma? Gaat Michiel Buisink mijn oma euthanaseren als ze bedlegerig is geworden? Supermilieuvriendelijk. Of gaat Michiel Buisink met een scherpschuttersgeweer motorrijders van de weg schieten? Ook supermilieuvriendelijk. Wat is je ethisch paradigma precies?
Willem de Vries zegt
Tja, ik vind het vooral een weinig relevant verhaal! En het geeft de verkeerde signalen af die ongetwijfeld zullen worden misbruikt in publicaties die hieraan gaan refereren.
Het beschrijft het boerenleven zoals dat was in de tijd van mijn grootouders: Inderdaad, weinig mis mee, leven in harmonie met de natuur, leven van wat het land je brengt en daar hoort zo nu en dan ook een geslacht beest bij, als dat aan het eind van zijn productieve leven (als eieren-, melk- of mestproducent) is gekomen.
Maar: die wereld bestaat niet meer!
Ja, op heel, heel erg kleine schaal kun je proberen om kleine stukjes van die oude wereld te reproduceren. Vooral kleine stukjes, want we hebben veel te weinig wereld over om dit concept op enige schaal, laat staan globaal te herintroduceren. En de omgeving van zo’n boerenbedrijfje verandert helemaal niet mee natuurlijk.
Zwaar misleidend om er zo’n gloedvol betoog over schrijven waarbij het lijkt dat een revolutie in zicht is.
Keep dreaming!
Redactie Duurzaam & Dynamisch zegt
Applaus voor Michiel Bussink, die het lef heeft een teer punt bij de achterban aan te snijden. Mensen én dieren zullen altijd vlees blijven eten. En net als bij dieren: niet alle mensen eten vlees. Waar het m.i. in dit artikel over gaat is het belang van balans. Gelukkig dus dat er zoveel verschillende meningen bestaan! En gelukkig dat we in dit piepkleine landje volgens onze eigen overtuiging kunnen leven. Ik lees nergens dat Michiel ervoor pleit om vlees te gaan eten als je dat momenteel niet doet. De mensen die dat zijn gaan doen in deze voorbeelden, laten zien dat het ook anders kan en dat veganisme niet per se een heilig huisje is. Vroeger was niet alles beter en morgen zal niet alles beter zijn. Het kost geen mensenleven om de wereld in balans te brengen: het zal tot in eeuwigheid een worsteling blijven. En daarin speelt elk organisme zijn eigen belangrijke rol. Hulde Michiel, je ziet wel aan de reacties dat dit de potentie heeft om een reusachtige discussie teweeg te brengen. Net als op elk maatschappelijk, wetenschappelijk, filosofisch, godsdienstig of ander vlak is het enorm boeiend om eens wat afstand te nemen, zodat je kunt zien dat iedereen uitsluitend SAMEN de waarheid in pacht heeft.
Jeroen Brink zegt
Michiel Bussink en Milieudefensie raken met dit artikel wat mij betreft precies de verkeerde snaar. Enerzijds door de ongelukkige kop, waarin de vraag of een en ander misschien iets genuanceerder ligt te laten volgen door de zin ‘Het eten van dieren is soms het meest ethisch’. Uiteindelijk blijkt dat helemaal aan het eind van het artikel te gaan om een kleine groep bergbewoners, waar wel gras kan groeien waar vee mee gevoed kan worden, maar waar geen granen en groente kunnen groeien. Maar door direct aan het begin van het artikel de indruk te wekken dat het eten van dieren soms het meest ‘ethische’ is zette mij in ieder geval op het verkeerde been, waardoor de rest van de boodschap enorm aan kracht inboette. Daarbovenop doet de enorm normatieve uitspraak dat veganisme ‘radicaler’ is tevens afbreuk aan wat Michiel wil vertellen.
De rest van het artikel heb ik dan ook geschokt en daardoor enorm gekleurd tot mij genomen. Ja, ik ben veganist, sinds dik twee jaar. De hele nauwe definitie van ‘veganisme’ die uit het artikel spreekt staat mij dan ook enorm tegen. Het is meer dan het niet eten van vlees en andere dierlijke producten. Het gaat ook om wat ik draag qua kleding, wat ik ‘vermaak’ vind, en alle andere verschrikkelijke manieren waarop mensen met dieren omgaan. Wat ik namelijk nogal ‘radicaal’ vind is dat het het gros van de burgers echt helemaal niets interesseert hoe het varken, de koe, de kip of het schaap geleefd heeft voordat het na een lange dodentocht richting slachthuis op hun bord terecht gekomen is. Of dat je in de reguliere supermarkten, en zelfs de biologische en ecologische, bijna geen kant-en-klaar product uit het schap kan pakken of er zit iets van een (dood) dier in: melk, ei, gelatine, honing, enzovoort. Wat de meeste mensen ook niets interesseert is waar die bontkraag vandaan komt op hun jas, en of die van nep dan wel echt bont is. Of hoe ‘leuk’ het leven voor een dolfijn in het Dolfinarium is, dat ‘educatieve’ park voor kinderen.
Dus om nu aan de hand van een klein aantal voorbeelden te stellen dat een beetje vlees eten een betere wereld oplevert is wat mij betreft een behoorlijke schoffering van de mensen die de keuze gemaakt hebben om geheel en al plantaardig door het leven te gaan. En om daar dan een enorme jij-bak tegen aan te gooien dat bij het oogsten van graan toch ook allemaal veldmuisjes door de combine gedood worden, tja, wederom doet het afbreuk aan wat de auteur wellicht had willen zeggen, maar in het oorverdovende lawaai van zoveel dooddoeners gaat dat wel verloren. Want ik als veganist zie liever dat het overgrote deel van de bevolking zich bewust wordt van, en zich het lot aantrekt van al die miljoenen dieren die nu dagelijks in de bio-industrie leven en gedood worden, onder de meest verschrikkelijke omstandigheden, voor hun vlees, of voor hun vacht, of voor hun productie van melk en eieren, zodat de ‘producenten’ weer terug kunnen keren naar een boerenbedrijf waar dieren met respect behandelt worden. En waar geen plaats is voor industrie die alleen maar dieren houdt voor hun vacht of voor ons vermaak.
En dit omdat we eindelijk het ethische (!) besef hebben dat we inderdaad een betere wereld krijgen als we ons realiseren dat we met een ‘beetje vlees’ inderdaad toekunnen, niet dagelijks, niet veel, en zeker niet van dieren die daarvoor ernstig hebben moeten lijden. En dat we ons realiseren dat we zelfs zonder vlees en andere dierlijke producten toekunnen voor wie dat wil, en dit niet ‘radicaal’ is, maar ‘normaal’!
yvonne haarsma zegt
Jeroen, wat een KEIGOED commentaar !