Volgens kenners zijn ze voedzaam, duurzaam en een uitstekend alternatief voor rundvlees: insecten. Maar hoewel consumptie van insecten al jaren een langzaam groeiende trend is in Europa en de VS, moeten de meeste mensen er niet aan denken. De vraag is of de massa zich ooit zal laten overtuigen. En of het een goed idee is?
Volgens voedingsexperts, politici en beleidsmakers is het al dè oplossing voor het toekomstig wereldvoedselprobleem: entomofagie, ofwel het eten van insecten. Maar ondanks het beroemde broodje meelworm op Lowlands, een heus insectenkookboek, steeds meer insectenproeverijen en congressen over het onderwerp, blijven mensen er doorgaans van gruwen. Ze willen het hooguit een keer als verzetje meemaken.
Toch wordt er steeds meer onderzoek gedaan naar de mogelijkheid van insecten als voornaamste bron van eiwitten en raken steeds meer bedrijven geïnteresseerd in de bugbusiness. De vraag is of onze westerse cultuur ooit massaal gaat doen wat in de rest van de wereld heel normaal is: op dagelijkse basis wormen, krekels en sprinkhanen in je mond stoppen. Bovendien is ook de milieubeweging nog niet helemaal aan boord.
Duurzame oplossing
Eerst nog even de feiten op een rijtje, want waarom zijn insecten zo interessant als voedselbron? Ten eerste is de voorspelling dat er rond 2050 wereldwijd zo’n negen miljard mensen gevoed zullen moeten worden. Agrarisch land, bossen en visserij zullen daardoor flink onder druk komen te staan. Volgens Marcel Dicke, entomoloog en hoogleraar aan Wageningen Universiteit, komt dit onder andere doordat zeventig procent van ons agrarisch land wordt gebruikt om vee en vooral veevoer te produceren. Om nog maar te zwijgen over het hoge waterverbruik.
Insecten zoals sprinkhanen hebben veel minder voedsel nodig dan runderen om dezelfde hoeveelheid proteïnen op te brengen. Tien kilogram voer levert één kilogram rundvlees op, maar wel negen kilogram sprinkhanenvlees. “Insecten zijn een serieus alternatief voor de gangbare bronnen van dierlijke eiwitten – ofwel voor directe menselijke consumptie, of indirect als veevoer”, aldus Dicke.
Insecten produceren veel minder broeikasgassen en ammonia dan vee, en in sommige gevallen kunnen insecten gekweekt worden op organisch afval. Daar komt nog bij, vertelt Dicke, dat insecten genetisch veel minder op ons lijken dan bijvoorbeeld varkens, daardoor kunnen ze geen ziekten op ons overbrengen. Geen risico op dodelijke sprinkhanengriep dus. Bovendien zijn veel insecten goed verteerbaar door mensen. Ze bevatten essentiële vetzuren, vitaminen en mineralen, waaronder ijzer. Daarmee vormen ze hoogwaardig voedsel.
Insecten eten lijkt niet alleen een goed alternatief, maar is in de toekomst misschien zelfs onvermijdelijk. In 2013 bracht VN-landbouworganisatie FAO dan ook een rapport uit waarin ze insecten aanprees om de wereldvoedselvoorziening veilig te stellen. Kritische geluiden komen uit de Partij van de Dieren, die ook nadelen ziet. En dan is er nog onze eigen weerstand, als consument. Tijd om eens te kijken naar de insect als voedsel.
Insectenkwekerij
In Nederland zijn op dit moment drie insectenkwekerijen die insecten kweken ‘op humane basis’, de vakterm die betekent dat ze geschikt zijn voor menselijke consumptie. Zij zien de vraag naar eetbare insecten stijgen, al gaat het nog steeds om relatief kleine hoeveelheden. Om de beestjes als menselijk voedsel te mogen verkopen moeten de kwekers aan strenge regels voldoen, zo mag er bijvoorbeeld niet met hormonen worden gewerkt.
Roland van de Ven runt samen met zijn broer Michel in het Brabantse Deurne de enige Nederlandse kwekerij van meelwormen voor menselijke consumptie. Op andere plaatsen, alle buiten de Randstad, zijn de kwekerijen voor sprinkhanen, krekels en moriowormen. “Maar als de publiciteit zo door gaat blijven we niet lang de enige”, voorspelt Van de Ven. Sinds hij vijf jaar geleden eetbare meelwormen begon te kweken zag hij jaarlijks de productie stijgen met 2 tot 300 procent.
De broers werken in grote, warme, niet al te lichte ruimtes die vol staan met rijen opgestapelde zwarte bakken. In de ene ruimte leven de ‘moederdieren’: krioelende zwarte meeltorretjes die drie keer een lading eitjes leggen en dan hun taak hebben volbracht. In de ruimte ernaast eten uitgekomen meelwormen zich kronkelend door een laag meel heen. Iedere week halen de broers Van de Ven de wormen door een zeef om ze op grootte te sorteren en de mest op te vangen. De salmiakpoederachtige mest gaat naar fruittelers die het onder hun bomen strooien. Voordeel: de mest stoot geen ammonia uit en is vrijwel geurloos.
Na tien weken zijn de wormen klaar voor de verkoop. Twee ton worm per week produceren de broers, waarvan 10 procent bestemd is voor menselijke consumptie – dat is dus ongeveer tien ton per jaar. De wormen voor menselijke consumptie worden gescheiden van hun soortgenoten die dienen als veevoer, en vervolgens gekookt en ingevroren. Het grootste deel wordt opgekocht door een bedrijf dat de diertjes vriesdroogt en klaarmaakt voor verkoop aan de paar delicatessenzaken en restaurants in Nederland die insecten als voedsel verkopen. De rest wordt door heel Europa verspreid.
Meelwormspread
Hoewel de business simpel lijkt (je laat torretjes eitjes leggen, zet een aantal bakken met meel neer en laat de larven zich volvreten), komt er nog flink wat handigheid bij kijken als je het grootschalig wilt aanpakken. Vandaar dat Roland van de Ven de Nederlandse, Duitse, Belgische en Franse pers – die zich op bijna wekelijkse basis bij de kwekerij aandient voor documentaires, tv-programma’s en artikelen – niet alles van zijn bedrijf laat zien. De mogelijke concurrentie is hem veel te groot, want het is een gat in de markt waar geld mee te verdienen valt.
Van de Ven heeft er ruim twaalf jaar over gedaan om te leren hoe je goede kwaliteit wormen produceert. Omdat de beestjes graag dicht bij elkaar kruipen en zelf warmte produceren, is er kans op oververhitting. Ze moeten de laatste drie weken van hun leven dus gekoeld worden. “Als de elektriciteit uitvalt en je bent er niet op tijd bij dan is het binnen een paar uur gedaan.” De juiste temperatuur, de juiste kwaliteit meel, het is voor Van de Ven een leerproces geweest en nog steeds is hij op zoek naar de meest optimale situatie. Deze kennis geeft hij graag door aan kwekers, maar dan wel door middel van een gedegen opleiding. Die opleiding gaan de broers vanaf komende januari zelf aanbieden.
Denkt Van de Ven werkelijk dat het storm zal lopen voor een opleiding als insectenkweker? Dan moeten mensen wel massaal de stap durven zetten om insecten te gaan eten. De kweker zet als antwoord twee potjes op tafel. In de één zitten losse gevriesdroogde sprinkhanen, in de ander meelwormen die tot poeder zijn vermalen. “Het is een psychische drempel”, legt hij uit.” Als de insecten verwerkt worden en niet zichtbaar zijn, vinden mensen het prima.” In de zoete laag over de bekende ‘roze koeken’ zitten immers ook luizen verwerkt. In België is sinds kort een meelwormspread voor op brood te koop en Jumbo kondigde onlangs aan onder andere ‘buggy burgers’ van buffalowormen te gaan verkopen.
Niet vegetarisch
Producten als insectenburgers en salade of pasta met bugs erin zullen steeds gangbaarder worden als we insecten gaan zien als serieuze concurrent van rundvlees. Omdat een burger van wormen wel iets anders is dan een paar luizen verwerkt in snoep, is de vraag echter of buggy burgers ooit echt aan zullen slaan.
Jan van den Berg werkt als psycholoog bij een angstbehandelcentrum. Hij ziet veel mensen met insectenangst voorbij komen en heeft er een hard hoofd in dat de Nederlandse bevolking de diertjes binnen aanzienlijke tijd massaal zal willen eten. “Het zou prachtig zijn om insecten op het menu te krijgen, maar het zal helaas heel langzaam gaan.”
Vaak is de angst voor insecten gecombineerd met walging. “Als je bijvoorbeeld een koekje hebt waar een spin overheen heeft gelopen, dan willen mensen dat koekje niet meer eten.” Volgens Van den Berg zie je angst voor insecten vaak al op jonge leeftijd ontstaan. Het heeft volgens hem onder andere een historisch-culturele reden. “We zijn van de piepers, niet van de insecten.” Bij de introductie van exotische gerechten als risotto en pasta zijn insecten achtergebleven. Bovendien zijn we volgens de psycholoog ver van de natuur afgeraakt. Mensen in de grote steden zien gewoonweg niet veel insecten meer, en onbekend maakt onbemind. Hoewel we meestal wel garnalen en mosselen durven eten, wordt de walging voor fruits de terre ons dus met de paplepel ingegoten.
De psycholoog kan wel een effectieve marketingtruc bedenken: geef producten waar insecten in verwerkt zijn een gezondheidsimago. Denk bijvoorbeeld aan omega-vetzuren die als heel gezond zijn gepresenteerd en waar mensen lovend over zijn. Dat insecten duurzaam voedsel opleveren is natuurlijk ook goed voor het imago, maar voor veel mensen blijkbaar nog niet doorslaggevend genoeg. “Anders was het allang gelukt.”
Over de duurzaamheid van insectenvoedsel is trouwens nog niet alles gezegd. Afgelopen oktober stelde de Partij voor de Dieren in het Europees Parlement dat we ervoor moeten waken om wormenburgers als vleesvervanger te gaan zien. “Dat wormenburgers in de supermarkt tussen de vegetarische producten liggen is misleidend. Maar dat ze worden verkocht als vleesvervanger is ronduit onjuist”, aldus Europarlementariër Anja Hazekamp. Op die manier komt immers alleen maar meer nadruk te liggen op vleesconsumptie, ten koste van vegetarische producten. Het is dus te hopen dat Jumbo zijn ‘buggy balls’ gewoon tussen het vlees in de schappen zal leggen.
Bram Volkers zegt
Waarom word er met geen woord gerept over de voedselwetten van de verschillende geloven.
Welke insecten zijn kosher ? of Halal ?
Waarom denkt u dat christenen eigenlijk geen varkensvlees mochten eten ?
Omdat niet alle voedsel genetisch oké voor ons is ? Ik heb het niet zo op meelwormen.