Wat hebben megastallen te maken met genetische manipulatie en stadstuinen? Wat is de rol van de voedselmultinationals en hoe kunnen we komen tot voedselsoevereiniteit? Niks bleef onbesproken tijdens een landbouwactiekamp van 2 tot 4 mei in de Flevopolder.
Zelfs op een zonnige lentedag ligt de Flevopolder er streng bij. Boerderijen ingetogen, voren in het gelid, sloten recht door zee. Het is de beste landbouwgrond van Nederland, vruchtbare klei, op het IJsselmeer bevochten in de jaren vijftig en zestig van de vorige eeuw.
Naast veel biologische boerderijen vind je hier ook proefvelden van de Wageningse Universiteit. Ze vertegenwoordigen radicaal verschillende modellen van landbouw en voedselvoorziening. Kleinschaligheid tegenover programmatische groei, regionale zelfvoorzienendheid tegenover globale handel, gesloten kringlopen tegenover externe inputs, grondgebonden veeteelt tegenover megastallen, diversiteit tegenover monoculturen – het zal niet toevallig zijn dat campagneorganisatie ASEED precies op dit snijvlak een driedaags landbouwactiekamp organiseerde.
Actie tegen proefveld
In het vlakke, strakke land kondigt het zich al van verre aan: een kluitje tenten, aangeschurkt tegen de biologisch-dynamische boerderij Gaos. Voor de schuur met tractoren en gereedschappen liggen spandoeken: ‘verdelg Monsanto’,’Global Localism’, ‘Biopiracy’. Aan een stapel kratjes hangt een vel papier met de laatste workshopinformatie. In de mobiele keuken maakt iemand een emmer radijsjes schoon voor de veganistische lunch.
De ongeveer vijftig deelnemers aan het kamp zitten in de grote tent. Ze bespreken de actie die vanmiddag het kamp afsluit. Een Wagenings proefveld voor genetisch gemodificeerde aardappelen zal met vlaggen worden afgepaald en bekogeld met biologische aardappelen. De boer van Gaos heeft een teil bloemenzaad ter beschikking gesteld om onderweg uit te strooien. Zuivere flower power, terug van weggeweest.
Ondanks het vriendelijke, open karakter van de actie zijn politieoptreden en arrestaties niet uitgesloten, dus voor- en nazorgmaatregelen en contact met pers en politie krijgen veel aandacht. Mensen die dat soort dingen leuk vinden kunnen stage lopen bij de aangewezen verantwoordelijken, zegt Cola die de bijeenkomst leidt. Stage lopen? Meelopen, herstelt hij onder algemeen gelach. Niemand hoeft het wiel opnieuw uit te vinden; activisme heeft inmiddels doordachte strategieën voortgebracht die doeltreffendheid koppelen aan decentraliteit. De reader die voor het kamp is gemaakt beschrijft consensus besluitvorming, affinity groups en een handleiding voor gentechvrije gemeenten.
Dierenwelzijn
Bij de workshop over megastallen van deze ochtend zitten zes mensen die een beeld geven van de verschillende motieven voor deelname aan het kamp. De een wil een update krijgen van campagnes en acties; de ander wil achtergrondinformatie over biologische landbouw en klimaatverandering. Het hoogste scoort dierenwelzijn.
Anita wil de hele veehouderij stopzetten, ook de biologische. “In Spanje gaan mensen megastallen in en nemen een biggetje mee dat ze filmen, voor en na de bevrijding. Met die opnames gaan ze de straat op, ze laten het individu in het dier zien, heel cool.”
Bij een van de workshops van het kamp debatteerde een biologische boer mèt vee met een boer die veganistische landbouw bepleitte. Geen trekdieren, geen vleesproductie, zelfs geen dierlijke mest. Dat sprak een aantal deelnemers enorm aan. Dieren moeten vrij zijn, vinden ze, nog afgezien van de inefficiënte omzetting van voedselgewassen in dierlijke eiwitten.
Amanda, vegetarisch opgevoed, vraagt of megastallen niet gewoon beantwoorden aan de vraag naar vlees, en of je dus niet die vraag moet terugdringen. Geen simpele vraag, het antwoord bestrijkt de hele complexiteit van voedsel, landbouw en wereldhandel die het onderwerp is van dit actiekamp. Want onze agrarische sector is een van de grote spelers op de wereldmarkt, onze varkens en kippen gaan in CO2 uitbrakende vervoersstromen naar Rusland en Italië, vetgemest op veevoer waarvoor elders bossen worden kaalgekapt, met als bonus minder werkgelegenheid en een afbraak van familieboerderijen ten gunste van megabedrijven en industriële omstrengeling.
Monsanto
Hoe dat in zijn werk gaat is goed te zien op een filmpje over een boer in North Dakota, die de sluipende overname van zijn bedrijf door agribusinessgigant Monsanto betreurt. (Te zien op http://petespeller.com/farmer-to-farmer.) Nadat hij was verleid tot het gebruik van gentech suikerbieten, met het bijbehorende Roundup bestrijdingsmiddel waarvoor de bieten resistent zijn gemaakt, ontdekte hij pas de nadelen. Zijn oogst wordt overwoekerd door een nieuw onkruid, ingevlogen door Canadese ganzen. Roundup helpt niet, en de boer mag zelf geen andere bestrijdingsmiddelen bijmengen want zelfs op bijmengen heeft Monsanto een patent.
De goed betalende Japanse afnemers van zijn traditionele soja is hij kwijtgeraakt toen het zaad verontreinigd bleek met genetisch gemanipuleerde zaad. De fabrikant kan niets meer garanderen. Traditionele zaden worden steeds duurder, en netzomin als de Monsanto zaden mag je ze overhouden om te herplanten. “It’s just a mess”, zegt de boer met een scheef lachje. “Monsanto kan me zelfs aanklagen als in mijn traditionele gewas gepatenteerde genen worden aangetroffen.”
Aardappelkanon
In een lange rij lopen we ’s middags, voorafgegaan door twee tractoren, een paar kilometer naar het gentechveld van de Wageningse Universiteit. De meefietsende politieagenten werken al even de-escalerend als de meelopende clowns. De actie verloopt zonder wanklank, of het moesten de enorme knallen zijn uit het aardappelkanon waarmee het proefveld wordt bestookt.
Op de terugweg loop ik toevallig achter Steven, vertegenwoordiger van Reclaim the Fields uit België, en een boer uit de buurt. Voor de camera’s van PowNews en RTV Flevoland zei de laatste zojuist dat er niets mis is met gentech-aardappelen.
Belg en boer gaan met elkaar in debat. “In de 40 jaar dat ik hier heb geboerd is de opbrengst dankzij moderne technologie verdubbeld. Hoe moeten we anders 10 miljard mensen voeden?”
Steven: “Ze schieten genetisch materiaal in een DNA-lijn, alle misbaksels worden weggegooid en de paar aardappelen waar je niets aan ziet mogen door. Hoe veilig is dat?” Steven komt ook uit een boerengezin en heeft, zegt hij, vele boeren ten onder zien gaan.
De boer: “Mijn vader is begonnen met 18 hectare, nu moet je 80 hectare hebben om rond te komen. Je kunt Albert Hein wel de schuld geven van de lage prijzen, maar iedereen koopt er.” Bijensterfte, kunstmestgebruik, Nederlandse pootaardappelen in de Negevwoestijn, niets blijft onbesproken.
“Ik voer graag zulke discussies”, zegt Steven na afloop, “boeren zijn onze bondgenoten, geen vijand.”
Olieloze toekomst
Op de terugweg kan ik meerijden in het autootje van Frank. ‘Mijn grote zonde,’ zegt hij. Frank is IT-er en kok in een veganistisch restaurant. Hij leeft principieel zonder verwarming en overweegt alleen nog rauw voedsel te eten. Hij wil met het oog op een olieloze toekomst een zelfvoorzienend leven opbouwen. Het actiekamp is hem goed bevallen. Zaken als Europese regelgeving zijn wel belangrijk maar niet zijn ding, hij had meer aan de informatie over veganistische landbouw, over stadsmoestuinen en aspirine maken van boombast.
Zo lijkt iedereen, studenten, activisten, boeren, Transition Towners en tuiniers, iets vruchtbaars te hebben meegemaakt. Steven zei tijdens de eindevaluatie: “Wij zijn een beweging. Ons materiaal wordt door Europa verspreid, lekker horizontaal en grassroots, en zal anderen weer inspireren. Viva Patata!”
Geef een reactie