“De onderhandelingen in Parijs gaan niet zozeer over klimaatverandering, maar veel meer over politieke economie en instandhouding van het systeem. En uiteindelijk gaan de onderhandelingen over de vraag: wie mag er blijven leven en wie moet er sterven?” Met deze conclusie vatte Asad Rehman van Friends of the Earth het symposium van Down to Earth en Milieudefensie over klimaaturgentie treffend samen.
Het symposium op 31 oktober had als titel Klimaaturgentie en bood een ruim inzicht in de urgentie van klimaatverandering, in de onrechtvaardigheid van klimaatverandering en de kapitalistische wortels van de klimaatcrisis. De dag was opgedeeld in drie blokken met de onderwerpen: ‘de urgentie van klimaatverandering’, ‘de oorzaak van klimaatverandering’ en ‘hoe Milieudefensie de energietransitie een impuls kan geven’. Als laatste volgde de keynote speech die ging over klimaatrechtvaardigheid en de klimaattop in Parijs. Daarmee werd het een CO2-neutrale reis door het landschap van klimaatverandering.
De urgentie
“Klimaatverandering is al lang begonnen”, was de duidelijke boodschap van Leo Meyer, klimaatwetenschapper en projectleider voor het nieuwste syntheserapport van de IPCC. “Het conflict in Syrië is hiervan een voorbeeld; jarenlange droogte in de eens zo vruchtbare halve maan rond Eufraat en Tigris heeft geleid tot boeren die naar de stad zijn getrokken en daar aan werk moesten komen. De droogte en daaropvolgende honger verergerden de problemen in de steden”.
Als we doorgaan op het huidige pad, stevenen we af op een gemiddelde temperatuursverhoging van vier tot vijf graden Celsius. En de metingen van de laatste jaren laten een constant beeld van opwarming zien, zoals de modellen voorspellen. De twee graden opwarming die nu als leidraad geldt, is een politieke en geen wetenschappelijke keuze, benadrukte Meyer. De vooraanstaande klimaatwetenschapper Jim Hansen concludeerde deze zomer in een omvangrijk artikel dat onder twee graden de gevolgen echt niet mee zullen vallen. “Het is dus een politieke keuze zoals 50 km/u rijden binnen de bebouwde kom, in plaats van 40 of 60 km/u”.
De lidstaten van de VN hebben voordat de klimaattop in Parijs begint hun beloftes voor emissiereducties ingeleverd, de zogenaamde INDC’s. De beloofde emissiereductie vallen hoger uit dan we verwacht hadden, maar nog steeds lager dan we nodig hebben om onder de twee graden te blijven. Toch eindigde Leo Meyer met een hoopvolle conclusie: “We hebben nog steeds de middelen voor een duurzame toekomst”.
Bernice Nooteboom, klimaatjournaliste en poolreiziger, en onder andere bekend van het tv-programma Klimaatjagers, luidde de noodklok voor de Noordpool: “Het arctische gebied is van slachtoffer van klimaatverandering verworden tot een belangrijke drijvende kracht achter klimaatverandering”. Ze kwam net over uit Canada en had ook vanuit het vliegtuig sporen van klimaatverandering gezien: “ik heb een soort klimaatreis gemaakt: in Canada is het veel te warm voor de tijd van het jaar en ook in de zomer was het daar met 30 tot 40 graden te warm. Kijkend uit het vliegtuig zag ik de plassen staan op het ijs rond Groenland, terwijl dat nu niet meer zou moeten kunnen”.
Klimaatverandering heeft ze aan den lijve ervaren op haar expedities naar de Noordpool. Sinds dit jaar kan ze niet meer skiën van het vasteland van Canada naar de Noordpool, aangezien er niet voldoende ijs meer ligt. De expeditie tot een goed einde brengen en de Noordpool bereiken, is nu schier onmogelijk door het dunne ijs en drijvende ijsschotsen. Maar buiten dat het ijs smelt, ziet ze dat het Arctische gebied zelf bijdraagt aan klimaatverandering. Zo leidt het doorbreken van de polaire vortex, tot scheuten van kou die diep tot in de VS en Canada doordringen en daar temperaturen van min 30 of min 40 brengen. Ze vreest ook de onvoorspelbaarheid van klimaatverandering: in 2012 was er zelfs nauwelijks meer zee-ijs over door een orkaan op de Noordpool, iets wat vroeger eigenlijk niet voorkwam. Wie weet wat ons nog meer wacht.
Daarom kunnen we niet langer de andere kant op kijken. Met haar programma’s en expedities probeert ze bewustzijn te kweken voor het onderwerp. “Waarom lukt het ons niet om iets aan klimaatverandering te gaan doen? Ik zou willen dat ik alle CEO’s en politici eens met eigen ogen kan laten zien hoe de Noordpool verandert. Dan zouden ze hopelijk eerder in actie komen”.
De urgentie van klimaatverandering was nu duidelijk, maar wat is de oorzaak?
Kapitalisme: de oorzaak
Bram Büsscher, hoogleraar aan de Wageningen Universiteit, was hierover heel duidelijk: “er komt geen einde aan het klimaatprobleem onder het kapitalisme”. Deze boodschap van systeemverandering viel erg goed in de zaal, Milieudefensie heeft systeemverandering niet voor niets hoog in het vaandel staan. Hij lichtte zijn stelling toe: “Dit heeft te maken met de aard van kapitalisme: het is een proces waarbij geld en middelen worden ingezet om meer geld en middelen te creëren. De noodzaak van groei zit dus ingebakken en er zit geen rem op het proces”.
Het Bruto Nationale Product is dan ook de som van klimaatvriendelijke en klimaatonvriendelijke activiteiten, zegt Büsscher. En welke de overhand hebben mag duidelijk zijn: “Als je kijkt naar de Forbes 500 zie je alleen maar grote vervuilers… De klimaatonvriendelijke activiteiten zijn dus veel groter en kunnen nooit op tijd worden teruggedrongen binnen het kapitalisme”. Sterker nog, beslissingen van vandaag nemen een hypotheek op de toekomst. Büsscher gebruikte Zuid-Afrika als voorbeeld waar de Wereldbank een lening van meer dan 3 miljard dollar heeft afgegeven voor het exploiteren van een mijn. Die investering moet in 30 jaar worden terugverdiend. Dit betekent dat we nu voor 30 jaar milieuvernietiging moeten incalculeren.
Volgens Büsshcer rukt de kapitalistische denkwijze steeds verder op: het heeft ook natuur als kapitaal geconfisqueerd. “Dit is onzin en gevaarlijk! Natuur is op zich al waardevol, dat hoef je niet in geld uit te drukken. Daarnaast kun je natuur, en zeker ecologische processen, niet uitdrukken in discrete eenheden als geld”. Voor het argument dat we alles, en dus ook natuur, door vrije markt moeten laten bepalen, heeft hij ook geen goed woord over: “We kennen geen vrije markt, anders hadden die bedrijven geen reclame nodig om ons te overtuigen dat hun product het beste is. In een werkelijke vrije markt zouden we namelijk echt vrij zijn in onze keuze.”
Binnen het kapitalistische model ziet hij geen oplossingen voor klimaatverandering; uiteindelijk kan volgens hem alleen een politieke oplossing soelaas bieden. Hij stelt daarbij een tweetrapsstrategie voor:
1. Op korte termijn de productie echt vergroenen, subsidies afschaffen, meer belasting op kapitaal heffen, marktcompetitie verminderen en reclame inperken.
2. Op lange termijn het conceptualiseren en bouwen van een alternatieve economische organisatie en ruimtes gebaseerd op gelijkheid en kwalitatieve groei.
Waar Büsscher niet gelooft in duurzaamheid binnen het kapitalisme, kwam Yorian Bordes, adviseur voor de Groene Zaak, met voorbeelden hoe het bedrijfsleven binnen het huidige systeem kan bijdragen aan een groenere wereld. “Lobbyist zijn voor bedrijven was onwennig”, zei hij. “Ik ben vrijwilliger geweest in de milieubeweging. Maar ik zag dat sommige ondernemers wel goed willen doen.” Het was hem vooral opgevallen dat, ondanks zijn scepsis, veel ondernemers met volle overtuiging gaan voor duurzaamheid en het niet alleen maar ‘bad guys’ zijn. Zo is er een bedrijf dat in Indonesië oude visnetten inzamelt, tegen betaling, en hier tapijttegels van maakt.
Bordes formuleert wat de Groene Zaak wil bereiken zo: “Op dit moment is het makkelijk om een vervuilend bedrijf te zijn, wij willen groen zijn makkelijk maken. Je wilt ernaar streven dat bedrijven niet minder negatieve impact hebben, maar echt positieve impact, zodat als mensen meer kopen, de wereld mooier wordt”. Hoe doe je dat? Externe effecten internaliseren, dat wil zeggen: álle kosten, ook voor het klimaat, neerleggen bij de veroorzaker. “De tafeltennistafel op kantoor waardoor je beter werkt, zit niet doorberekend in de prijs”. Zo ook moeten klimaateffecten worden meegenomen. Klimaatverandering, zo stelt Bordes, is een marktverhaal.
Nu we dieper in waren gegaan op de oorzaak van klimaatverandering, die vooral in het kapitalistisch systeem ingebakken lijkt te zitten, was het tijd om te gaan praten over de oplossing. Hoe kan een milieubeweging als Milieudefensie en hoe kunnen wij als individuen de strijd tegen klimaatverandering winnen? Als voorbeeld werd ingegaan op de energietransitie.
Klimaatactie
Wijnand Duyvendak, campagneleider van GroenLinks en oud-directeur van Milieudefensie, raadde de milieubewegingen af om op de oude weg verder te gaan. Volgens hem zijn de milieubewegingen teveel versnipperd en werken ze teveel vanuit hun eigen niche: “we kunnen geen gezamenlijke vuist maken”. Een grote massale beweging die zich richt op de politiek zou volgens hem dan ook veel beter werken. Want: “wij mensen maken de geschiedenis en dat moeten we samen doen”. Praktische tips had hij ook: “we moeten onze aspiraties niet te groot maken, anders weet ik niet of de samenleving ons snapt. We moeten ons afvragen met welke instrumenten we klimaatverandering willen tegengaan. Zo kunnen we pleiten voor een CO2-heffing. Daarbij moeten we een lange adem hebben.”
Hierbij schetste hij ook nog maar eens de urgentie: “Het idee dat het einde van het fossiele tijdperk in zicht is, is onzin. Ik geloof helemaal niet dat het al veel beter gaat. De uitstoot van CO2 is bijvoorbeeld per saldo niet afgenomen ten opzichte van 1990.”
Caroline de Greeff, bestuurslid van Windpower Nijmegen, vertelde over hun energiecoöperatie die met windmolens energie gaat leveren aan woningen. Hier hebben burgers het voortouw genomen en op korte termijn veel bereikt. Haar boodschap was: met de juiste adviseurs en met hulp van een milieuorganisatie kan een burgerinitiatief prima werken en zelfs meer en sneller voor elkaar krijgen dan iets centraal geregeld door de overheid.
Zo lijken zowel overheidsbeïnvloeding als burgerinitiatieven een goede manier om energietransitie te bewerkstelligen.
Klimaatrechtvaardigheid
Spetterend slotstuk was Asad Rehman van Friends of the Earth, die in Down to Earth deze maand al een podium kreeg. Voor hem staat niet klimaatverandering maar klimaatrechtvaardigheid centraal, hetzelfde geldt de komende jaren voor Milieudefensie. Zijn uitgangspunt is dat we, om een beweging van mensen te bouwen, vooral de waarheid over klimaatverandering moeten vertellen. En dus volgden vele confronterende waarheden.
Want wat is er dan mis op de wereld? “Teveel om op te noemen: de impact van klimaatverandering, als we doorgaan op deze weg, zal ongeëvenaard zijn: dat we nog maar 1 miljard mensen op onze planeet kunnen huisvesten. Helaas zal dit betekenen dat vooral de armste mensen de dupe ervan worden. Daarom is een verhaal over klimaatverandering automatisch een verhaal over rechtvaardigheid. En eigenlijk zou het daar alleen maar over moeten gaan, de onrechtvaardigheid van deze wereld. Want honger en armoede worden steeds erger: nu sterven al elke dag 30 duizend mensen aan een vermijdbare dood. De waarheid is dat 85 families evenveel rijkdom bezitten als 3,5 miljard mensen. De waarheid is dat op de Filipijnen supertyfoons nu elk ander jaar voorkomen in plaats van 1 keer per 100 jaar en daardoor mensen sterven. En de waarheid is dat mensen sterven in de Middellandse Zee die op de vlucht zijn en in betere omstandigheden willen leven. Dit is geen rechtvaardige wereld.
De politici spreken aan de ene kant over de verschrikkelijke gevolgen van klimaatverandering, terwijl ze aan de andere kant onderhandelen over TTIP en de macht zo aan bedrijven geven. Uit de INDC’s blijkt eveneens dat we van de politici niet voldoende kunnen verwachten. De VN zijn blij dat de beloofde reducties al beter zijn dan het daarvoor was, terwijl ze bij lange na niet genoeg zijn!
En het beschamende is: uit een analyse van de INDC’s blijkt dat arme landen meer doen dan rijke landen. Na al het profijt dat we hebben gehad en het leed dat we in arme landen hebben veroorzaakt, willen we nog steeds niet veranderen. In het Verenigd Koninkrijk wordt nog steeds vier keer zoveel subsidie aan fossiele energie als aan duurzame energie uitgegeven. De onderhandelingen in Parijs zullen dus niet zozeer gaan over klimaatverandering, maar veel meer over politieke economie en instandhouding van het systeem. En uiteindelijk gaan de onderhandelingen over de vraag: wie mag er blijven leven en wie moet er sterven?”
Na deze wervelwind vol feiten, bracht Asad ons beter nieuws, namelijk dat we als beweging een verschil kunnen maken: “We moeten bouwen aan een brede beweging. We moeten niet over de toekomst praten, maar over het nu: klimaatverandering gebeurt overal om ons heen en is zeker niet iets van de toekomst. We moeten niet teveel cijfers gebruiken, want klimaatrechtvaardigheid is geen technisch maar een politiek vraagstuk. En we moeten vertrouwen in onszelf hebben: alles wat in het verleden is bereikt, is een gevolg van het samenkomen van mensen en niet van daden van overheden en politici. Er is echt hoop en ik geloof in mensen. Dit is het gevecht van onze generatie. We kunnen het ons niet veroorloven om niet te winnen, want de consequenties van niet-winnen zijn te groot. We moeten naar Parijs gaan, niet omdat we politici anders kunnen laten denken, maar om te laten zien dat wij een grote beweging zijn die voor klimaatrechtvaardigheid vecht.”
De dag eindigde daarom met oproepen van Ike Teuling van Milieudefensie en Lawrence Cheuk om mee te gaan naar Parijs
Terugkijken
Thuisblijvers konden het symposium live volgen via een livestream. Jij kunt deze hieronder terugkijken.
https://www.youtube.com/watch?feature=player_embedded&v=6Xb7n_szvtc
Geef een reactie