Down To Earth Magazine

Milieu | Mensen | Meningen

Logo Down To Earth

Zoek op de site

  • Home
  • Onderwerpen
    • Uitgelicht
    • Energie & klimaat
    • Landbouw & voedsel
    • Mobiliteit
    • Bossen
    • Economie
    • Mensenrechten
  • Rubrieken
    • Interview
    • De Activist
    • Opinie
    • Boeken en films
    • Consument
    • Recept
    • Columns
  • Magazines
  • Nieuwsbrief
  • Over ons
Home > Energie & klimaat > Strijd tegen olie uit teerzanden

Strijd tegen olie uit teerzanden

Dirk Janssen | 16 december 2010 |

Nu de olievoorraden langzaam uitgeput raken, boren oliebedrijven ook onconventionele oliebronnen aan. In Canada gebeurt dit al op grote schaal, uit teerzanden. Met desastreuze gevolgen.

Strijd tegen olie uit teerzanden
Foto: The Co-operative Group

Dat er olie in de grond zit van de Canadese provincie Alberta weten we al heel lang. Maar de olie is zo dik, dat het voorheen nooit interessant was om die te winnen. Je moet de olie in Alberta echt tussen het zand uitsmelten. Daarom heet het teerzand.

Dat kost relatief veel energie. Conventionele olie was daarom altijd interessanter. In bijvoorbeeld Saudi Arabië pomp je die gewoon uit de grond. Maar deze olie raakt langzaam op, en dus groeit de belangstelling voor onconventionele bronnen. We zijn nu op het punt aangekomen dat de financiële opbrengst voor een onconventionele oliebron als teerzand opweegt tegen de kosten om olie te winnen.

En dat merk je. Oliebedrijven stortten zich massaal op de Canadese teerzanden. Dit is big business. Maar voor de plaatselijke bevolking van de teerzandgebieden verandert er veel.

De Lubicon Cree

Melina Laboucan Massimo komt uit een gebied bij het Lubicon Lake, op de teerzanden van Peace River. Ze komt uit een gemeenschap van Canadese Indianen, ook wel Cree Aboriginals genoemd. “Veel Cree zijn voor hun levensonderhoud aangewezen op de jacht en landbouw. De massale rush op de teerzanden die sinds de jaren negentig aan de gang is, maakt dat nu bijna onmogelijk.”

Het water dat de oliemaatschappijen gebruiken, en dat is behoorlijk wat, lekt weg in het grond- en oppervlaktewater. Dieren drinken dat. En het komt in gewassen terecht. “Daar zitten chemicaliën in als lood, arsenicum, cyanide, ammonia en een veelheid aan organische verontreiniging die je altijd met olie hebt. Ons leefgebied wordt langzaam vergiftigd”, vertelt Laboucan-Massimo, inmiddels campaigner bij Greenpeace Alberta. Deze afdeling van Greenpeace houdt zich bijna alleen met teerzanden bezig.

De regering van Alberta is erg blij met het geld dat de teerzandindustrie oplevert. Kleine gemeenschappen als die van Melina Laboucan-Massimo die zich tegen deze industrie verzetten, kunnen op weinig sympathie rekenen. “Onze gemeenschap is inmiddels van het drinkwater afgesloten”, vertelt Laboucan-Massimo. De staat probeert hen op deze manier weg te pesten. Grond- en oppervlaktewater kunnen ze niet drinken. “En dit is geen incident. Boeren worden voortdurend weggetreiterd op deze manier.”

Toch zorgen de teerzanden ook voor werkgelegenheid in het dunbevolkte Alberta. Aan de ene kant heb je mensen die een goede baan hebben gevonden in de teerzandindustrie, aan de andere kant mensen die hun levensonderhoud erdoor verwoest zien worden. Hierdoor lopen de spanningen vaak hoog op. Het komt regelmatig voor dat de ene helft van een dorp niet meer met de andere helft wil praten.

Weinig vertrouwen

Maar als je zo veel onrecht over je heen krijgt, dan stap je toch naar de rechter? Blijkbaar niet. “Onze campagnes bij Greenpeace gaan vooral over bewustwording”, zegt Laboucan-Massimo. “Juridisch doen we weinig. We proberen in het buitenland pensioenfondsen te mobiliseren om investeringen in teerzanden te stoppen. Maar juridische procedures in eigen land, daar zien de meeste mensen weinig heil in.” De positie van Aboriginals in Alberta is ronduit beroerd. Niemand kijkt er nog van op dat ze als tweederangs burgers worden behandeld, inclusief de aboriginals zelf.

Op basis van verdragen tussen de Canadese staat en de Aboriginal-bevolking, hebben Aboriginals een speciale juridische status, met andere rechten dan andere Canadezen. Tot 2008 waren Aboriginals met een status niet ontvankelijk voor de mensenrechtencomitees in Canada. En daar moet je naartoe als je rechten geschonden worden. Dus als iemand met een klacht komt over fundamenteel geschonden mensenrechten, kreeg die te horen dat zijn klacht niet in behandeling genomen kon worden omdat hij een Indiaan was. En als de overheid dan ook nog vindt dat een gemeenschap wel oppervlaktewater met olie en arsenicum kan drinken, neemt het cynisme al gauw de overhand.

Beaver Lake

Toch is er in deze volledig verzuurde etnische verhoudingen een gemeenschap die wel naar de rechter is gestapt. Dat is de ongeveer vijfhonderd leden tellende Cree gemeenschap uit Beaver Lake. Onder leiding van Chief Alphonse Lameman startte de Beaver Lake Cree natie een rechtszaak tegen de Canadese overheid. Als het kantoor van Alphonse Lameman telefoon uit Nederland krijgt, breekt er zowat paniek uit. Ik word naar bijna elke medewerker doorverbonden die er op dat moment aanwezig is, behalve degene die me wat over de juridische campagne kan vertellen. Uiteindelijk vertelt een nerveuse secretaresse me dat als ik een mailtje stuur, Chief Lameman wel contact met me zal opnemen. Dat blijkt een valse belofte.

RAVEN, Respect for Aboriginal Values and Environmental Needs, een milieu- en mensenrechten organisatie die samenwerkt met de gemeenschap van Beaver Lake, wil wel praten. De aanklacht van de Beaver Lake Cree beroept zich op Treaty 6, een verdrag tussen de Cree en de Britse Kroon uit 1876. Destijds deden Chief Pay-ay-sis en andere Cree kopstukken afstand van hun land, op voorwaarde dat de kolonisten hen er tot in de eeuwigheid zouden laten jagen, vissen en leven van dit gebied. En dat elke Cree jaarlijks vijf dollar zou krijgen. Die vijf dollar krijgen de Cree nog trouw elk jaar, maar het jagen komt flink onder druk te staan.

Kariboes

In het gebied van de Beaver Lake Cree grazen twee kariboekuddes. Op dit moment is groep 1 naar schatting nog slechts tussen de 150 en 250 dieren groot, en groep 2 tussen de 100 en 150. Dat was ooit wel anders. Groep 1 is namelijk sinds 1996 zo’n 70 procent afgenomen, en groep 2 slonk sinds 1998 met zo’n 75 procent. Deze afname is direct te herleiden op de teerzandindustrie, die het leefgebied van de kariboe zwaar onder druk zet. Om effectief te kunnen jagen op de kariboe, is een “oogstbaar surplus” nodig. De populatie moet groeien, zodat je elk jaar een bepaalde hoeveelheid dieren kunt doodmaken. Nu krimpt de populatie. Volgens een studie van de Universiteit van Alberta zal de kariboe in dit gebied in 2030 uitsterven.

Over de afgesproken herstelwerkzaamheden die de oliemaatschappijen uitvoeren is Susan Smitten van RAVEN niet te spreken. Van het totale exploitatiegebied is op dit moment 0,02 procent zogenaamd hersteld. Maar een paar vrachtwagens met zand en wat bomen maken nog geen natuur. Het ecosysteem dat nu wordt verwoest is duizenden jaren oud. Daar zitten veengebieden en moerassen bij.

“Natuurlijk zijn er tientallen oliemaatschappijen actief in het gebied, dus kun je geen hoofdverantwoordelijke aanwijzen”, zegt Smitten. “Het effect is cumulatief. Daarom klagen de Beaver Lake Cree de overheid van Alberta en Canada aan voor het verlenen van alle vergunningen.”

Verder loopt er nog een rechtszaak tegen de federale overheid voor het niet naleven van de Species at Risk Act, waarin de Canadese overheid zich verplicht om zich in te zetten voor het herstel van populaties van bedreigde dieren. En de kariboe is officieel een bedreigde diersoort.

500 Indianen

Hiermee draait het verzet dus eigenlijk om vijfhonderd Indianen die per se een bedreigde diersoort op hun bord willen. Romantisch hoor, maar dat is toch niet de kern van het probleem?

“Dat klopt”, geeft Smitten toe. “Maar dit is een juridisch verhaal. De Cree van Beaver Lake zijn nu eenmaal jagers. Met de verkoop van vlees en huiden voorzien ze in hun levensonderhoud. Ze gebruiken hun speciale rechten om dit te beschermen.” Maar als de Beaver Lake Cree de verwoesting van Alberta kunnen verhelpen, dan komt dat ook ten goede van de rest van de bevolking. “Veel kolonisten zijn instinctief geneigd om te denken dat die Indianen weer eens speciaal moeten zijn”, verzucht Smitten.

Het argument dat ze nu na honderd jaar wel kunnen stoppen met zeuren over speciale rechten heeft ze vaker gehoord. Dat de traditionele levenswijze van de Cree niet een postindustriële maatschappij past ook. Smitten vindt het wat beschamend. “Het voortbestaan van een kwart van Alberta hangt nu af van een kleine, zeer arme gemeenschap waar enorm op wordt neergekeken. Dit gaat over het fundamentele recht om te bestaan, over duurzaamheid en over de stabiliteit van het klimaat. Dat gaat verder dan vijfhonderd Indianen. Dit is een zaak van alle Canadezen. Van de hele wereld misschien wel.”

Steun uit Europa…

In Canada komt het protest tegen de oliewinning uit teerzanden moeilijk van de grond. Een paar gemeenschappen uit Alberta hebben zich bij de Beaver Lake Cree aangesloten, maar het blijft toch een beetje een indianending. In de rest van de wereld gaat het stukken beter.

In 2009 besloten de leden van de Britse Cooperative Bank dat de campagne van de Beaver Lake Cree wereldwijd een van de beste projecten tegen klimaatverandering was. Goed voor een financiële injectie van 100 duizend Britse Pond die hen in staat stelde om onderzoek te laten doen en campagne te voeren.

In Europa ondernemen de Cooperative Bank en Friends of the Earth ook zelf actie tegen teerzandolie. Samen lobbyen ze bij pensioenfondsen en het Europese bestuur om de Richtlijn Schone Brandstoffen te beïnvloeden. De Europese Commissie wil de CO2-uitstoot van fossiele brandstof met 6 procent verminderen in de periode tussen 2011 en 2021. Teerzandolie wordt daarbij behandeld als ware het gewone olie. Paul de Clerk van Friends of the Earth Europe legt uit: “Oliemaatschappijen en de Canadese overheid lobbyen voor één basiswaarde die aangeeft hoe vervuilend olie is. Maar wij vinden dat er voor teerzandolie een aparte waarde moet komen, omdat die extra vervuilend is.”

Dit idee is afkomstig uit Californië, waar onder gouverneur Schwarzenegger een stevig beleid tegen teerzandolie wordt gevoerd. Shell en de Canadese overheid waren het daar niet mee eens en proberen de Europese Commissie zo ver te krijgen dat ze alle ruwe olie als even vervuilend behandelen. Friends of the Earth heeft het Europees Parlement zo ver dat ze daar in elk geval niet mee akkoord zullen gaan.

 

… en Nederland

Nederlanders hebben via pensioenfondsen 1,6 miljard euro belegd in de extreem vervuilende oliewinning uit teerzand. Dat blijkt uit onderzoek dat Milieudefensie.

Milieudefensie wil dat pensioenfondsen stoppen met investeren in klimaatverpestende teerzand projecten van olieconcerns als Shell, Total en BP. Hoewel de oliekoek in Canada nog lang niet is verdeeld, kijken olieconcerns al met begerige ogen naar teerzanden elders, zoals onder de wouden in Congo Brazzaville en onder de savanne op Madagaskar.

Ga naar www.milieudefensie.nl/teerzanden en laat jouw pensioenfonds weten dat je niet wilt dat je pensioengeld daar geïnvesteerd wordt!

 

Hoe krijg je olie uit teerzand?

Olie krijg je uit het teerzand door het af te graven en dan bij hoge temperatuur de olie van het zand te scheiden. Of, als de olie dieper in de grond zit, met hete stoom zacht te maken en op te pompen. Dan heb je bitumen, een asfalt-achtige substantie die je vervolgens nog moet kraken tot synthetische ruwe olie.

Milieuorganisaties maken zich vooral zorgen over het afgraven van het land en het enorme watergebruik, dat uit nabijgelegen rivieren wordt betrokken. Het meeste komt terecht in bezinkbassins van waaruit chemicaliën, zware metalen en niet-afbreekbare vervuilende stoffen in de grond en het water terechtkomen. Over de effecten hiervan lopen de meningen sterk uiteen.

 

Vies! Maar hoe vies?

Volgens een schatting van het WNF in 2006 stoot de Canadese teerzandindustrie jaarlijks 13 procent van de totale CO2-uitstoot van Canada uit, ongeveer evenveel als de jaarlijkse uitstoot van Noorwegen. Maar is dat veel?

Het bekt lekker om te zeggen dat productie van olie uit teerzand drie tot vijf keer meer CO2 uitstoot dan conventionele olie. Dat is de bron-tot-pomp benadering die de milieubeweging hanteert. Maar olie vervuilt het meeste als je het verbrandt. De olie-industrie gebruikt dus vooral de bron-tot-wielen-analyse van CO2-uitstoot, die verbranding meerekent. Want dan lijkt de extra uitstoot van teerzandwinning minder groot: vijf tot vijftien procent meer klinkt stukken beter.

10

Kom op de mailinglijst

Schrijf je in voor de D2E nieuwsbrief

Categorie: Energie & klimaat, Grondstoffen Tags: schaliegas, fossiele energie, klimaat Dossier: Schaliegas Verschenen in: Down to Earth 02 (dec 2010)

Dirk Janssen

Dirk Janssen

  • Alle artikelen van Dirk Janssen op Down To Earth Magazine

Gerelateerde berichten

De Activist

Keep it in the ground: Erlan Sleur

We moeten af van fossiele brandstoffen. Erlan Sleur verzet zich tegen oliewinning voor de kust van Suriname. Keep it in the ground!
Leestips

Boekentips voor een groene zomer

De zon schijnt, en het regent... groene boeken. Deze verhalen zetten Down to Earth aan het denken (en doen!).
Grondstoffen, Plastic

Veelzijdig tapijt tegen vervuiling

Duurzaamheid wordt een steeds groter thema in design. Zo ook bij de Dutch Design Week in Eindhoven. We lichten een paar exposities uit.
Artikel, Grondstoffen

“De plek waar we voor strijden, is het strijden waard”

Activisten strijden al meer dan 10 jaar tegen de komst van een kopermijn in Lower Zambezi National Park. “Iedereen weet nu dat Zambianen niet over zich heen laten lopen.”
Ontvang ons magazine

Recente reacties

  • Alexa op Fluweelzachte muren zonder latex
  • Loek Beukman op Protesteren met een smiley
  • Ingrid Staal op Gek van insecten: Paul Beuk
  • Ronaldo op “De tijd van het ecopopulisme is aangebroken”
  • Loek Beukman op “Het probleem ligt bij de machine”
  • Loek Beukman op Kaas zonder koe
  • Ad op “De tijd van het ecopopulisme is aangebroken”

Lees ons papieren magazine

Lees — Down to Earth 56

Contact

Redactieadres:
Nieuwe Looiersstraat 31
1017 VA Amsterdam
Tel: 020-5507433
redactie@downtoearthmagazine.nl

Over ons

  • Over ons
  • Auteurs
  • Word abonnee
  • Disclaimer
  • Privacy en cookies

Volg ons