Het is flauwekul dat je hier geen baktarwe kunt verbouwen, ontdekt Michiel Bussink, terwijl hij bij Nijmegen stuit op het nieuwste modewoord: ‘natuurinclusieve landbouw’. Hij bakt er een ‘nachtbrood’ van: langzaam gerezen focaccia met olijven en rozemarijn.
Daar waar ik in de jaren negentig door velden liep en over landweggetjes fietste, ten noorden van Nijmegen, stuit je nu op onafzienbare duizend-in-één-dozijn nieuwbouwhuizen met bijbehorende ontsluitingsrotondes en stoplichtkruispunten. Benauwd krijg ik het van die oprukkende stedelijkheid. Daar staat tegenover dat er aan de nieuwe stadsrand van Nijmegen-Noord ook aardige dingen gebeuren: achter- en vooruitgang blijken hand in hand te kunnen gaan. Er wordt voedsel verbouwd terwijl de natuurlijke rijkdom er met sprongen op vooruitgaat. ‘Natuurinclusieve landbouw’, heet dat, volgens het nieuwste modewoord.
Oud-Rekenkamermedewerker Louis Dolmans, tevens vogelaar, ontdekte in de overbemeste maïsakkers bij zijn huis maar drie broedvogelsoorten. Hij bedacht een plan, stuurde een brief naar de gemeente en mocht het plan uitvoeren: Doornik Natuurakkers, ruim tachtig voetbalvelden groot, in erfpacht van Louis. Meidoornhagen werden aangeplant, bloemstroken aangelegd, oude graansoorten ingezaaid, fruit- en notenbomen geplant. Inmiddels zitten er 63 soorten verschillende broedvogels. ‘En ik heb er nog op mijn lijst die ik ook wil.’ De meer dan vijfentwintig verschillende oude graansoorten dragen namen als Géant de Sainte Helène, Nonette de Lausanne, Schwartzbehaarter Winteremmer en Gigante Lampino de Najera. Tussen elke meidoornhaag en akker ligt een bloemenstrook. Zo moet het er ongeveer honderd jaar geleden in Nederland hebben uitgezien, voordat de 30 duizend kilometer aan heggen en hagen sneuvelden in de landbouwmodernisering.
De graanoogst wordt verwerkt door biologische bakkers uit de regio. Dat je in Nederland geen baktarwe kunt verbouwen, zoals de meeste bakkers beweren, blijkt flauwekul. Ja, geen tienduizend kilo per hectare, zoals in Frankrijk en Amerika, die een lage kiloprijs mogelijk maken. Ietsje duurder is dit natuurgraan, maar dan heb je ook wat: smakelijk brood én een prachtig landschap met 63 vogelsoorten, vrij toegankelijk voor de naburige nieuwbouwwijkbewoners.
Van eind mei tot en met de graanoogst in augustus geeft Louis iedere woensdagavond graanwandelingen door zijn natuurakkers, samen met postbode, dichteres, romanschrijfster en broodbakster Ineke Berentschot. Haar boek Nachtbrood is een hit onder langzaam-brood-bakkers: lang rijzen – ’s nachts – is volgens haar de crux van lekker én goed verteerbaar brood.
Focaccia à la Ineke
Geef een reactie