India is met 1,2 miljard inwoners een belangrijke markt voor multinationals als Coca Cola en PepsiCo. Maar cola produceren kost grote hoeveelheden water en dat is een steeds groter probleem in het opdrogende land. Boeren en activisten strijden om het overgebleven grondwater. Tegen alle verwachting in boekten zij in Mehdiganj succes.
Mehdiganj is een Indiaas plattelandsdorp van ruim vierduizend zielen in de provincie Uttar Pradesh. Het ligt ongeveer twintig kilometer ten westen van de legendarische bedevaartsstad Varanasi, waar drommen toeristen en pelgrims verfrissing zoeken aan de zwaar vervuilde oevers van de heilige Ganges. Dorpsbewoners verbouwen rijst en tarwe, tomaten en mango’s. Gloednieuwe asfaltwegen doorsnijden het dorp. De deelstaatregering heeft er moderne toiletten en schone doucheruimtes aangelegd. Elektriciteit wordt opgewekt door zonnepanelen. Slecht is het leven er niet, zegt boerenzoon Sanjay.
Langs de snelweg richting Varanasi ligt de fabriek van frisdrankproducent Coca Cola, een wit en onopvallend complex. Het enige zichtbare logo van de frisdrankproducent is uitgevoerd in grijstinten en zit verstopt achter een grote boom. Halt houden om polshoogte te nemen is verboden, vertelt Sanjay. Op dit moment worden er zo’n zeshonderd flessen cola per minuut geproduceerd. Om een liter cola te produceren is (volgens het frisdrankbedrijf zelf) 1,98 liter water nodig. En dat waterverbruik is een groot probleem volgens Sanjay. Want het water raakt op in Mehdiganj. Hij wijst op een put, verscholen tussen enkele boerenhutten: “De mensen hier pompen tot zestig meter diepte om het grondwater te bereiken. Een paar jaar geleden was dat nog maar twintig meter. Hoe droger de grond wordt, hoe sneller de toplaag erodeert. Uiteindelijk gaat de vruchtbare grond op deze manier verloren. Dat is funest voor een landbouwgemeenschap als dit.”
Watercrisis
India wordt hard getroffen door steeds extremere droogte. Voor het vierde jaar op rij is de situatie hier kritiek. Experts vrezen dat de vraag naar schoon drinkwater in 2030 anderhalf keer zo groot zal zijn als het aanbod. Het gebied rond Mehdiganj verkeert volgens de Indiase Central Ground Water Authority (CGWA) sinds 2009 in een watercrisis.
Nandlal Master laat zien hoe het grondwater sinds de millenniumwende ruim acht meter is gedaald. De activist is sinds 2003 betrokken bij de protestacties in Mehdiganj en geeft leiding aan de lokale ngo Lok Samiti, in een koele ashram net buiten het dorpscentrum. Hij was de drijvende kracht achter massale volksprotesten tegen de Coca Colafabriek die Indiase en zelfs internationale media haalden. Een strijd die frisdrankfabrikanten meestal winnen. Maar in Mehdiganj hebben de activisten een lange adem.
Inpakkers en heftruckchauffeurs
Voor grote frisdrankbedrijven is India een belangrijke groeimarkt. Binnen vijftig jaar verdrievoudigde de bevolking. Vooral onder de groeiende middenklasse in miljoenensteden als Mumbai en Delhi stijgt de vraag naar frisdranken snel. Daarom richtte de Amerikaanse Coca Cola Company in 1997 de Indiase dochteronderneming Hindustan Coca Cola Beverages Private Limited (HCCB) op. Naast Coca Cola behoren ook onder meer Sprite, de Indiase colavariant Thums Up en de vruchtensappen van Maaza tot het assortiment. HCCB runt bijna zestig fabrieken verspreid over heel India en wil voor 2020 de omzet verdubbelen.
De fabriek in Mehdiganj werd in 1999 door HCCB overgenomen van een lokaal bedrijf en vervolgens uitgebreid tot een volwaardige productiemachine. Boeren uit de buurt verkochten hun landbouwland aan HCCB in de hoop op vast werk. Hele dorpsgemeenschappen zouden gaan meeprofiteren van de vooruitgang. Alleen werd die belofte vervolgens nooit waargemaakt, vertelt Master. “Ze konden hoogstens aan de slag als inpakker of heftruckchauffeur. Meestal parttime, zonder goede arbeidsvoorwaarden en alleen tijdens piekproductie in de zomer. Voor vast werk trok HCCB mensen uit Varanasi aan. Zo waren dorpsbewoners uiteindelijk hun land kwijt, zonder dat daar vervangend werk tegenover stond. En ze werden geconfronteerd met grondwaterproblemen en vervuiling.”
Publieke opinie
Het is duidelijk dat HCCB zich niet verantwoordelijk voelt voor de problemen van de dorpelingen. De frisdrankproducent wilde onze vragen niet beantwoorden, maar op de website staat het volgende statement te lezen over een bij de milieudienst van Uttar Pradesh ingediende klacht:
‘Reagerend op een klacht van Lok Samiti over het opdrogen van bronnen, waterplassen, handpompen en irrigatieproblemen voor boeren rondom de fabriek. Dit opdrogen etc. was niet te wijten aan de extractie van grondwater door Coca Cola. Ondanks de dalende grondwaterstanden was er water te zien in bronnen, waterputten en was er een goede oogst aan tarwe en mosterd waar te nemen op de akkers.’
Een onverstandig statement, vindt Damandeep Singh van het in New Delhi gevestigde onderzoeksbureau CDP – een internationale organisatie die klimaatgerelateerde bedrijfsgegevens als CO2-uitstoot en waterverbruik documenteert. Want de reputatie van de internationale frisdrankmultinationals heeft dankzij schandalen met gifstoffen en grondwaterproblemen de laatste jaren fikse deuken opgelopen in India.
Coke and Pepsi free zone
Begin 2017 was de maat vol voor winkeliers in Kerala en Tamil Nadu. Zij weigerden nog langer producten van Coca Cola en PepsiCo te verkopen vanwege de aanhoudende grondwaterproblemen. Singh: “Om de problemen op te lossen, zullen alle spelers moeten samenwerken. Als bedrijven zoals Coca Cola hun verantwoordelijkheid blijven ontlopen en alleen naar anderen wijzen, moeten ze niet vreemd opkijken als de publieke opinie zich tegen hen keert.”
Aan de gele buitenmuur van Masters’ ashram hangen foto’s van religieuze en politieke leiders: Swami Vivekananda, Gandhi, Jawaharlal Nehru en zelfs moeder Theresa. ‘This is Coke Pepsi Free Zone’ staat op een bordje naast de hoofdingang. “Sinds Coca Cola in 1999 de productie in deze fabriek startte, zien wij een gestage daling van de grondwaterstand”, zegt Masters. “Maar Coca Cola pleit zichzelf vrij en wijst naar het zogenaamd inefficiënte watergebruik van lokale boeren.”
Naast oprakend grondwater is Coca Cola ook verantwoordelijk voor het dumpen van productieafval op landbouwgrond rondom de fabriek. Het frisdrankbedrijf probeerde zelfs vervuilde suikerresten als kunstmest aan boeren te verkopen. Daarop trokken de dorpelingen met duizenden tegelijk naar de fabriekspoorten en organiseerden sit-ins. Master laat foto’s zien van een protest bij het hoofdkantoor van de milieudienst van Uttar Pradesh in provinciehoofdstad Lucknow. “De suikerrietresten bleken vol met gifstoffen te zitten. Dus hebben we met zijn allen een zak van dat spul op het bureau van de verantwoordelijke ambtenaar gedumpt.”
Uitbreidingsplannen
In Uttar Pradesh verslechtert de situatie ondertussen snel. Nandlal Master haalt een map met tabellen, metingen en bij verschillende instanties opgevraagde cijfers te voorschijn. Sinds 2011 is de grondwatersituatie rond Mehdiganj dermate ernstig dat boeren niet meer zonder toestemming mogen boren naar grondwater. Toch dient HCCB in 2012 een uitbreidingsaanvraag in bij de regionale overheid; het bedrijf wil de productiecapaciteit verhogen en vraagt toestemming om dieper te mogen boren. Op dat moment pompt HCCB nog tot een diepte van 137 meter grondwater op. In de nieuwe fabriek worden de boorputten volgens de aanvraagpapieren 300 meter diep. “Boeren hier in de omgeving mogen geen putten slaan dieper dan een meter of zestig”, vertelt Master verontwaardigd. “Coca Cola wil zo diep boren dat ze van onderop toegang krijgen tot het grondwaterreservoir. Zo willen ze ondanks de toenemende droogte hun productie veiligstellen.”
De activisten trekken, gewapend met trommels en spandoeken, opnieuw naar de fabriekspoort. Ze trekken de aandacht van de media en dienen een klacht in bij de milieudienst van Uttar Pradesh. Dit keer met succes.
Eind 2014 sommeert de regionale milieucontroleur Coca Cola om de productie in Mehdiganj geheel stil te leggen. Als HCCB vervolgens protest aantekent, oordeelt de milieurechtbank uiteindelijk dat de productie hervat mag worden. Die moet wel echter onder het oorspronkelijke productieniveau van zeshonderd flessen per minuut blijven. Daardoor kan de fabrieksuitbreiding voorlopig niet doorgaan.
Boze brief
‘De Hindustan Coca-Cola Plant in Mehandiganj is onterecht gesloten’, schrijft de frisdrankproducent in een gepikeerd statement op zijn website. Daardoor kreeg HCCB keer op keer te maken met ‘buitensporige vertragingen’ in het verkrijgen van de benodigde bouw- en boorvergunningen voor de beoogde uitbreiding, claimt het bedrijf. Moe van alle controverse schrijft het bedrijf uiteindelijk een boze brief aan de regionale overheid van Uttar Pradesh en maakt bekend definitief af te zien van capaciteitsuitbreiding in Mehdiganj.
De onvrede van Coca Cola over de ontstane situatie is strikt gezien niet geheel onterecht, meent Damandeep Singh van CDP. “Juridisch gezien is Coca Cola landeigenaar en mag het bedrijf dus zoveel water oppompen als ze willen. Het is erg lastig om een causaal verband te leggen tussen grondwateruitputting en één daarvoor verantwoordelijke gebruiker. De staalfabriek verderop gebruikt immers grondwater om te koelen, en ook lokale boeren dragen bij aan het probleem.”
Maar de grote frisdrankproducenten moeten zich wel realiseren dat water – anders dan klimaatverandering – een lokaal probleem is, vindt Singh. “Coca Cola moet net als iedereen zijn verantwoordelijkheid nemen. In een toch al door droogte geteisterd gebied een uitbreidingsaanvraag indienen om de productie op te voeren, is dan gewoon niet slim. Dat zet kwaad bloed bij de lokale gemeenschappen.” En als die zich tegen je keren, kan het lastig worden om zaken te doen, zo blijkt in Mehdiganj.
Duurbetaalde advocaten
Nandlal Master overlegt op het binnenplein voor zijn ashram met een groepje lokale boeren. Sanjay staat verderop te wachten in de schaduw van een grote boom. “De droogte die je nu ziet, is normaal in deze maanden voor de moesson begint. Maar de droge periodes houden steeds langer aan. Fatsoenlijke toegang tot voldoende water is van levensbelang in dorpsgemeenschappen als dit.”
Ondanks het tegenhouden van de uitbreiding van de HCCB-fabriek verderop, is de strijd tegen Coca Cola nog niet gestreden, benadrukt Master. “Wij hadden de publieke opinie aan onze zijde. HCCB wist daardoor dat ze verloren hadden. Maar het blijft lastig opboksen tegen kapitaalkrachtige spelers met veel meer politieke connecties dan wij. Duidelijke internationale regels om grote bedrijven gemakkelijker verantwoordelijk te kunnen houden: dat zou handig zijn. Wij zijn maar simpele boeren en we hebben geen geld voor duurbetaalde advocaten. Dat we de fabrieksuitbreiding van Coca Cola toch tegen hebben kunnen houden, is een belangrijke overwinning voor ons”, zegt Master trots. “Het laat zien dat lokale gemeenschappen wel degelijk een vuist kunnen maken tegenover machtige multinationals.”
Geef een reactie