Veel vuurwerk leverde het niet op, het expertdebat met kandidaat-Europarlementariërs over het manifest De Financiële Hervormingsagenda van het Europees Parlement dat een zevental maatschappelijke organisaties op 8 mei presenteerde in het SER-gebouw in Den Haag. Het manifest benoemt tien concrete stappen die het Europees Parlement de komende vijf jaar moet nemen om tot een werkelijk dienstbare en stabiele financiële sector te komen.
De grootste clash was die tussen Bas Eickhout van GroenLinks en Dennis de Jong van de SP. Eickhout verweet de SP door hun anti-Europese houding een krachtige hervorming van de financiële sector te saboteren. Vooral over het voorstel van de SP om de Europese Commissie af te schaffen was hij niet te spreken. “Dan geef je alle macht aan de Raad van Ministers en die blokkeren vrijwel elk hervormingsvoorstel”, sneerde Eickhout. En dat geldt ook voor minister Dijsselbloem, voegde hij daar richtig PvdA aan toe.
Liberaliseringsideologie
De Jong was niet onder de indruk van deze kritiek. Hij erkende dat de Europese Commissie zo af en toe best iets goed deed. Maar het centrale idee achter Europa is de creatie van een interne vrije markt en het liberaliseren van de handelsstromen, inclusief de financiële sector. De commissie moet dit idee uitvoeren en zal dus nooit tegen de belangen van het bedrijfsleven ingaan. Daarom heeft de SP vooralsnog weinig fiducie in het Europese project.
De Jong heeft een punt. De financiële en economische crisis is het gevolg van het ongebreidelde liberaliseringsideologie die Europa en de rest van de wereld sinds de jaren negentig van de vorige eeuw teistert. Hoewel deze ideologie sinds de financiële crisis van 2008 iets aan kracht heeft ingeboet, staat het geloof in het vrijemarktkapitalisme als enige maatschappelijke systeem dat ons welzijn en geluk kan brengen nog recht overeind.
Geldmachines
Ook in het manifest dat SOMO, Finance Watch, Consumentenbond, FNV Finance, Oxfam Novib, VBDO en Milieudefensie gisteren presenteerden ontbreekt de ‘systeemkritiek’. Uit de zaal kwam wel de fundamentele vraag of het grootste probleem niet is dat we sinds de liberalisering van de banken en de financiële markten de geldschepping in commerciële handen hebben gegeven. Hierdoor is sinds de jaren negentig niet de creatie van maatschappelijke waarde, maar het verdienen van meer en vooral véél geld de motor van de (financiële) economie. Banken en andere financiële instellingen hebben hun maatschappelijke taak verloren en zijn nu vooral geldmachines voor de happy few.
Dat is, ondanks de maatregelen die de afgelopen jaren zijn genomen, niet veranderd, zo constateren ook de opstellers van het manifest. Sinds 2009 zijn de kapitaaleisen voor banken aangescherpt, is het beloningsbeleid bij sommige banken gematigd en zijn financiële markten transparanter gemaakt. Desondanks nam de omvang van de Europese bankensector ook na 2008 verder toe, van 340 procent van het Bruto Binnenlands Product van de EU in 2007 naar 368 procent in 2011. De wereldwijde markt voor afgeleide financiële producten – derivaten – groeide zelfs tot twaalf maal het mondiale BBP in 2012. Bijna tien keer zoveel als eind jaren negentig.
Hervormingen
Volgens de opstellers van het manifest zijn daarom verdere hervormingen nodig die voornamelijk op Europees niveau plaats moeten vinden. Zo pleiten zij voor het scheiden van zakenbanken en spaarbanken en voor grotere reserves bij banken om tegenvallers op te kunnen vangen. Ook willen ze dat consumenten beter worden beschermd en dat financiële producten eenvoudiger en daarmee begrijpelijker worden. Daarnaast moeten inkomens in de financiële sector ‘verantwoorder’ worden en belastingontduiking c.q. -ontwijking door financiële instellingen worden tegengegaan. Voorstellen waarin de aanwezige politici – van links tot rechts – zich wel konden vinden, al bleek tijdens het debat al snel dat iedere partij hieraan zijn eigen draai geeft. Hervormen willen we immers allemaal, de vraag is alleen hoe?
Gemiste kans
Juist daarom was het een gemiste kans dat de vraag uit de zaal over de onwenselijkheid van particuliere geldschepping – dat banken geld dat ze niet hebben mogen uitlenen en met rente terugvragen – werd afgedaan als een pleidooi voor een planeconomie en dus irrelevant. De ongebreidelde particuliere geldschepping door banken maakt immers dat de economie eindeloos moet blijven groeien, omdat anders het systeem in elkaar stort, en er bovendien constant geld stroomt van arm naar rijk. Hiermee is het een van de belangrijkste oorzaken van de wereldwijde ongelijkheid, maar ook van milieuvernietiging. Kritische maatschappelijke organisaties, waaronder een aantal opstellers van het manifest, zouden dat debat toch aan moeten zwengelen. Want als zij het niet doen, wie doe het dan wel?
Geef een reactie