De milieubeweging technofoob? Nee, stelt Milieudefensie-directeur Hans Berkhuizen. Maar anders dan sommigen ons willen doen geloven zijn wetenschap en techniek zelden dé oplossing voor wereldwijde milieuproblemen. Daarvoor moeten we leren kijken met een systeembril.
“Met haar ritueel verzet tegen technologische vernieuwing bewijst de milieubeweging niemand een dienst”, zegt Sander van Walsum vandaag in de Volkskrant. In diezelfde krant verweet Hidde Boersma op 27 september milieuorganisaties als Milieudefensie ’technofoob en antiwetenschappelijk’ gedrag. Een verwijt dat hij niet kan staven aan de hand van ook maar één concreet voorbeeld dat direct is terug te voeren op één van de genoemde organisaties.
Anders dan Boersma ons wil doen laten geloven, zijn wetenschap en techniek zelden dé oplossing voor wereldwijde milieuproblemen. We leven in een complexe wereld met grote problemen, waarvoor Milieudefensie ook technologie als onderdeel van de oplossing ziet. We kiezen er echter niet voor om alleen te vertrouwen op technologie, maar kijken liever met een systeembril: zo werken we aan integrale oplossingen, waarbij de oplossing van het ene probleem niet de oorzaak is van het andere en onze oplossingen ook op de lange termijn een positief effect hebben.
Systeemverandering
Ooit leek de katalysator een prachtoplossing voor stikstofuitstoot van auto’s. Maar de maatregel werd niet gecombineerd met beleid om de groei van het aantal auto’s af te remmen. Het autogebruik steeg, en daarmee de problemen eromheen: de lucht in steden is nog steeds even ongezond.
Daarom werken wij aan een geheel van maatregelen: we pleiten voor roetfilters (ja, een technologische oplossing!) maar zetten ons vooral in voor minder auto’s en een beter OV: pas dan heb je een systeemverandering die echt zoden aan de dijk zet: verbetering van de leefomgeving en gezondheid, minder energieverbruik, meer ruimte, minder geluidsoverlast en meer veiligheid.
Techniek lijkt vaak een makkelijke oplossing, maar voor politici en bedrijven neemt zo’n tijdelijke of deeloplossing vaak de noodzaak weg om problemen fundamenteler te analyseren en structurele maatregelen te treffen. Dat is wél wat Milieudefensie nastreeft.
Veevoer
Bij technologische oplossingen wordt de nadruk vaak gelegd op efficiëntieverhoging of end-of-pipe solutions, zonder het systeem echt onder de loep te nemen. Neem de veehouderij: de soja voor ons veevoer komt uit Zuid-Amerika, waar landroof en ontbossing voor landbouwgrond en ziektes door verwaaid gif veel problemen veroorzaken. In Nederland produceren we vervolgens vlees, zuivel en eieren die we grotendeels exporteren, en blijven we zitten met een enorme berg mest waarvoor niet genoeg landbouwgrond is. Die mest proberen we dan met veel techniek te verwerken.
Zijn betere mestverwerkingstechnieken dan de oplossing? Natuurlijk niet; het systeem zélf klopt niet. Daarom pleiten wij voor Europees geteelde veevoergewassen, waarmee we ons beslag op landbouwgrond buiten Europa verkleinen én de kringloop van grond-veevoer-mest sluiten. Daaraan werken we, samen met boeren en bedrijven die ook inzien dat het écht anders moet.
Ecover
Boersma beschuldigt ‘de milieubeweging’, en specifiek Milieudefensie, van anti-wetenschappelijk gedrag. Er is echter niet één milieubeweging, al probeert Boersma dat wel zo te schetsen door voor het gemak alles en iedereen over één kam te scheren en wat magere en extreme voorbeelden te noemen, die vooral uit het buitenland komen of van andere organisaties, om daar vervolgens uit te destilleren dat dat ‘onze’ ideologie is. Milieudefensie tekende bijvoorbeeld geen Ecover-petitie: wij gebruiken juist alleen maar Ecover op kantoor.
Analyses
Hij lijkt moeite te hebben met de toon die sommige organisaties aanslaan, iets waarover je inderdaad van mening kunt verschillen. Maar hij verwart die toon vervolgens met de onderliggende analyses. En daar gaat zijn verhaal mank: voor Milieudefensie – en veel andere milieuorganisaties – geldt dat onze onderwerpen juist in belangrijke mate voortkomen uit de analyse van wetenschappers: denk aan het klimaatprobleem of de problemen rond antibioticaresistentie. We werken vaker wel dan niet samen met wetenschappers. Ze spreken op onze symposia, maken gebruik van onze informatie, en we doen regelmatig onderzoek met wetenschappers of wetenschappelijke instituten, zoals bijvoorbeeld naar luchtvervuiling – samen met het RIVM – of de problemen rond schaliegaswinning.
Als uit wetenschappelijk onderzoek blijkt dat een technologische ingreep of innovatie de oplossing lijkt, omarmen en stimuleren wij die. Wat ons soms terughoudend maakt, is ons principe dat een oplossing voor het ene probleem niet elders of later tot schade mag leiden. Dat gebeurt bijvoorbeeld als technologische oplossingen worden gemonopoliseerd door een beperkt aantal grote bedrijven, zoals bij gentech. Dat zijn oplossingen die aandeelhouders, maar uiteindelijk niet de maatschappij ten goede komen.
Netwerk
Doordat wij onderdeel zijn van een netwerk van honderden lokale en internationale bewoners-, milieu- en sociale organisaties, herkennen wij zulke ‘valse oplossingen’ snel. Toen iedereen nog juichte over biobrandstoffen, kregen wij al signalen van Zuidelijke partners dat onze vraag naar palmolie daar tot problemen leidt. Dat maakten we zichtbaar, en inmiddels vinden ook Europese politici dat er een limiet moet komen op het bijmengen van voedselgewassen bij fossiele brandstoffen. Het is wederom die systeembril: wat kost het, wat levert het op. Alleen kijken wij verder dan de korte termijn, of ons eigen land, en zoeken we een totaaloplossing.
Luddisme
We leven in het Westen op te grote voet. Dat vinden ook veel wetenschappers, die de alarmbel luiden over het klimaatprobleem, doden door luchtvervuiling of de achteruitgang van de biodiversiteit. Belangrijke oorzaak is de omvang van onze productie en consumptie. Steeds meer overheden, bedrijven, organisaties en burgers zien dat in en begrijpen dat het écht anders moet. Milieudefensie zet zich samen met hen in voor structurele oplossingen.
Natuurlijk speelt technologie daarin een rol. Daarom voeren we geen campagne om auto’s af te schaffen, maar zetten we ons met projectA15 in voor de versnelde introductie van elektrische auto’s, die rijden op elektriciteit uit wind en zonne-energie. En pleiten we niet voor een verbod op mobieltjes met vervuilend tin, maar sporen we producenten aan telefoons te maken die langer meegaan en stimuleren we recycling van oude mobieltjes. Met luddisme heeft dat alles niets te maken, wel met een brede benadering van problemen en hun oplossingen. En daarbij is technologie soms best handig.
roland zegt
“Ooit leek de katalysator een prachtoplossing voor stikstofuitstoot van auto’s .. de lucht in steden is nog steeds even ongezond.”
– Sinds de invoering van de katalysator is de luchtvervuiling duidelijk verminderd, niet onbelangrijk is dat met de katalysator lood uit benzine verdween!
Helaas kennen sommige drukke busroutes (openbaar vervoer!) nog aanzienlijke luchtvervuiling.
Ook een kolenheffing, die zorgt voor minder kolenverbruik, draagt bij tot minder luchtvervuiling.
Jammer dat onvermeld blijft welke gentech Milieudefensie steunt, om de indruk weg te nemen dat Milieudefensie tegen alle gentech is.