Het oplossen van de mondiale milieuproblematiek begint in de grote stadslandschappen, zegt Dirk Sijmons, curator van de Architectuurbiënnale (IABR) Urban by Nature: “Dit is het Antropoceen, het tijdperk van de mens. Inderdaad, we zijn onderdeel van het probleem, maar óók van de oplossing.”
“Ik zag laatst een advertentie voor bio-afbreekbare kogelhulzen, voor een duurzame oorlogvoering”, lacht Dirk Sijmons, landschapsarchitect en curator van de Internationale Architectuurbiënnale Urban by Nature. “Dat maakt heel duidelijk hoe ver greenwashing de oorspronkelijke bedoeling van duurzaamheid uitholt.”
In de omvangrijke tentoonstelling in Rotterdam waar behoorlijk wat hedendaagse milieuproblemen behandeld worden, kwam het woord ‘duurzaamheid’ dan ook geen enkele keer voor. “Duurzaamheid heeft toch te veel de subtekst dat het verstoorde evenwicht van de natuur hersteld zou moeten worden”, vindt Sijmons. “Terwijl veel van de verschijnselen waarin de menselijke economie en de natuurlijke processen met elkaar verweven zijn, onomkeerbaar blijken te zijn. We hebben de zuurgraad van de oceanen beïnvloed, de geochemische cycli van de aarde, het klimaat, de biodiversiteit. We moeten constateren dat er geen weg terug is.”
Positief
Ongehinderd door moralisme heeft hij geprobeerd de problemen waarvoor de wereld staat recht in de ogen te kijken en te bedenken: wat kunnen we eraan doen? Het bang maken van mensen en het inspelen op hun schuldgevoel is uiteindelijk niet effectief, denkt hij. We moeten af van het verlammende schuldgevoel waarin we zowel dader als slachtoffer zijn; niet alles wat we doen is desastreus voor de natuur. We kunnen ook projecten ontwikkelen die een positieve impact hebben, zoals de omstreden aanleg van de Amsterdamse wijk IJburg, waarvoor 720 hectare IJmeer in land is omgezet. “Door allerlei slimme toepassingen hebben we wel ecologische winst weten te boeken. Volgens de stadsecoloog van Amsterdam, Martin Melchers, heeft het gebied belangrijk biodiversiteit toegevoegd aan het omringende IJmeer. Met die instelling moet je aan steden en infrastructuur werken.”
Wil je de milieuproblemen oplossen, dan moet je beginnen in de stad, is dan ook het prikkelende thema van Urban by Nature. Dan heeft Sijmons het dus over de stad 3.0, stedelijke tapijten als de ABC-metropool (Amsterdam-Brussel-Cologne), die je pas op kaarten van 500 bij 500 km in hun geheel ziet. Als je, zoals hij, met die bril kijkt, horen landbouwproductiegebieden of de Oostvaardersplassen daar gewoon bij.
Vruchtbaar
Voor scepsis over natuur in de stad of stadslandbouw ben je bij hem dan ook aan het verkeerde adres. Die grote stadslandschappen liggen namelijk vooral langs kusten en delta’s; vaak de meest vruchtbare gebieden van onze aarde. “Ze hebben de beste vlakligging en de beste natuurlijke bodemvruchtbaarheid – waardoor weinig hulp- en bestrijdingsmiddelen nodig zijn – dus we hebben die gronden nodig voor de wereldvoedselvoorziening.”
Overal speelt zich volgens hem hetzelfde patroon af: “De stad kan meer betalen voor het land dan de landbouw, dus die rolt er overheen, waarop de landbouw een stukje verderop weer wat wetlands ontgint.” Daardoor verdwijnen er belangrijke natuurlijke regenwaterbuffers (de wetlands) en wijkt de landbouw steeds meer uit naar meer onvruchtbare grond. Vanuit die helikopterview kan ook de stadslandbouw dus een bijdrage aan de oplossing voor het wereldvoedselprobleem zijn. Op kleine schaal is de macht van het individu en de consument van belang. “De opvattingen van stadsbewoners over bespoten of onbespoten, genetische manipulatie of voedselkilometers zijn ontzettend bepalend voor hoe die landbouw eruit zal zien. Stadslandbouw is daarin een belangrijke niche.”
Stadsnatuur
Ook over de natuur kan de prachtig formulerende Sijmons, als oud-medewerker van de natuurbeschermingsdirectie bij het ministerie van CRM, boeiend vertellen. Over de vrolijke biologen en ecologen die in de eigen woonomgeving een heel nieuwe biotoop ontdekten. Zoals de pothoofdplanten, genoemd naar het pothoofd in Kampen waar graanschepen gelost werden en vreemde gras- en andere plantensoorten aangetroffen werden en zich hebben verspreid over de stad. Of de rotskruipers die abusievelijk het VU-hoofdgebouw aanzien voor een alp en daar gingen broeden.
In zijn jaren bij het ministerie werden bloemrijke weiden, weidevogels en akkeronkruiden gezien als de prettige ecologische expressie van de extensieve landbouw. “Die biodiversiteit ging steeds verder achteruit, waardoor die van de stad er voor flora en fauna aantrekkelijk bij afstak.” Daartegenover stond ‘de ontdekking’ van de Oostvaardersplassen, een gepland industriegebied wat pas dertig jaar later nodig was. Daar bleek de bijna doodverklaarde Nederlandse natuur juist springlevend. “De optimistische boodschap is dat je zoiets, mits je de juiste condities biedt en de natuur loskoppelt van de agrarische druk, blijkbaar in enige decennia kunt laten ontstaan.”
Van onderop
Natuurlijk komen in de stad juist allerlei problemen samen. Enorme afvalstromen, verspilling, luchtvervuiling, iedereen kan dit rijtje moeiteloos aanvullen. Water is daarbij een terugkerend probleem: veel delta- en kustgebieden kampen met overstromingen. Nijpend onderdeel hiervan is de bodemdaling, vooral acuut in delen van Azië, met als dramatisch dieptepunt Noord-Jakarta, wat zo’n 15 centimeter per jaar daalt. Drink- en industriewateronttrekking is een grote boosdoener.
Dit soort bedreigingen van de leefbaarheid zijn vaak de motor voor vernieuwing. Overal ter wereld wordt gewerkt aan bijzondere oplossingen die de leefbaarheid van steden bevorderen. “Al die duizenden kleine initiatieven zorgen samen voor enorme effecten.” Dat betekent niet dat er geen rol is weggelegd voor de overheid of andere regelgevers en systeembepalende entiteiten. “Bij de energietransitie komen de veranderingen van onderop, maar de grote maatschappijen moeten het grid veranderen.”
En aan een zeer ingrijpende exercitie in Madrid – het ondertunnelen van de rondweg met op het dak een enorm stadspark – lagen deels de fijnstofnormen van de EU ten grondslag. “Een mooi voorbeeld van hoe regelgeving ook tot verandering kan leiden”, vindt Sijmons. “Madrid ging regelmatig over die normen heen, en moest dan bijvoorbeeld bouwprojecten stilleggen. Daar moesten ze iets aan doen.” Bovendien hakte de rondweg die al die uitlaatgassen veroorzaakte de stad in tweeën. Al was het een miljarden verslindend plan, het was duidelijk dat het enorm veel voor de stad zou betekenen. En dat bleek ook het geval: “Stadsdelen konden elkaar plotseling de hand weer schudden en werden weer leefbaar.”
Overheid
Enorm interessant is het intensieve onderzoek van de Biënnale naar het metabolisme van de stad Rotterdam, waarin is gekeken hoe verschillende stofstromen als lucht, water, energie en afval slimmer gebruikt kunnen worden. De zoektocht naar antwoorden op mondiale vraagstukken over schaarste van grondstoffen, energie en voedsel, milieuproblematiek en klimaatverandering leiden tot allerlei nieuwe denkkaders die de stad klaar kunnen stomen voor een circulaire, groene toekomst.
Onderdeel hiervan is een wat-als-scenario voor een verbod op de lozing van koelwater, zoals in Kopenhagen. “Er wordt in de Rotterdamse haven enorm veel warm water weggedonderd, daarmee kun je zo’n twee miljoen huishoudens verwarmen. Als het grote bedrijfsleven zich gedwongen voelt te investeren in een warmtenet, dan gaat het heel snel.”
Sijmons wijst erop dat er een heel urgent probleem voor de besturen van steden en regio’s ligt. “Zij moeten een systeemkeuze maken, want ondertussen zijn er woningcorporaties bezig met het thermisch isoleren van hun flats en warmte- en koudeopslag in de bodem. In het Westland zijn telers op individuele basis bezig met het slaan van putten voor geothermie. Dat zijn vervolgens geen klanten meer voor de warmteleiding. Dat is echt een enorm dilemma, waarover de regio een knoop moet doorhakken.”
Toekomst
Van al die verschillende mogelijke oplossingen die de bijna honderd op Urban by Nature gepresenteerde projecten bieden, verwacht Sijmons het meest van CO2-uitstootfiscalisering. “We hebben geprobeerd een belastingvorm te onderzoeken die op de BTW vervangt en ongeveer op dezelfde manier zou moeten functioneren. Over iedere stap in de productie of alles wat je consumeert reken je dan de uitstoot af. Ik heb het idee dat zoiets een enorme rugwind zou kunnen zijn voor alles wat met duurzaamheid te maken heeft. Deze belasting heeft natuurlijk als nadeel dat hoe succesvoller de maatregel wordt, hoe minder geld je binnenkrijgt.” En natuurlijk werkt het niet op de schaal van Nederland, of van die ABC-metropool. “Je zou dat ten minste op het niveau van Europa moeten afspreken.”
Geef een reactie