Dit jaar worden de acht Millenniumdoelen vervangen door nieuwe ambities, gevat in wel zeventien Duurzame Ontwikkelingsdoelen. Wat is er van de doelen terechtgekomen? En heeft zo’n lijst wel zin? “Laten we vooral niet cynisch zijn.”
Het is nog vroeg in de ochtend, maar oud-politicus Jan Pronk ijsbeert al druk op en neer door zijn werkkamer in het Haagse International Institute of Social Studies (ISS). De voormalige minister van Ontwikkelingssamenwerking in de kabinetten Den Uyl (1973-1977), Lubbers III (1989-1994) en Kok I (1994-1998) is al aan het werk. Pronk was nauw betrokken bij de topontmoetingen in de jaren negentig in de aanloop naar de ondertekening van de historische Millenniumverklaring in september 2000. In prachtige volzinnen verklaarde de internationale gemeenschap eensgezinder dan ooit om gezamenlijk naar een rechtvaardiger wereld toe te werken: “Wij erkennen dat wij, naast afzonderlijke verantwoordelijkheden jegens de samenleving in onze eigen landen, ook de gezamenlijke verantwoordelijkheid hebben om de beginselen van menselijke waardigheid, gelijkheid en billijkheid te schragen op mondiaal niveau”.
Al die nobele intenties werden vervolgens geconcretiseerd in de overzichtelijke en netjes meetbare lijst die we tegenwoordig kennen als de acht Millenniumdoelen, geïllustreerd met de logo’s hiernaast. Voor het eerst sprak de internationale gemeenschap zich met één stem uit tegen het onrecht in de wereld en werd er een alomvattend plan geformuleerd om armoede de wereld uit te krijgen, memoreert Pronk: “De jaren negentig waren een decennium van voorspoed. Maar het was voorspoed die teveel achterblijvers kende en daar schaamden politiek leiders zich voor. De economie groeide, de WTO was net opgericht, maar er gebeurde niks tegen armoede. Daar protesteerden destijds ook heel veel mensen tegen op straat. Staatslieden keken terug en zagen dat de beloftes om een betere wereld te realiseren tijdens al die topontmoetingen keer op keer niet waren waargemaakt; er was veel gepraat maar niets gebeurd. Het gevoel tijdens die top in New York in 2000 was bij veel politici dan ook dat we gefaald hadden.”
Gemengd beeld
Vijftien jaar later laten de resultaten van de Millenniumdoelen een nogal gemengd beeld zien. Ja, het aantal mensen dat van minder dan 1,25 dollar per dag (de officiële definitie voor extreme armoede zoals gehanteerd door de VN) moet rondkomen werd vijf jaar geleden al gehalveerd. Volgens de jaarlijkse voortgangsreportage 2014 van de VN zijn er in 2010 wereldwijd zelfs 700 miljoen minder armen dan in 1990. De strijd tegen allerlei dodelijke ziektes heeft vruchten afgeworpen, waardoor een geschatte 3,3 miljoen malaria- en 22 miljoen tuberculosepatiënten hun ziektes hebben overleefd. En ook de doelstelling om de toegang tot schoon drinkwater te vergroten is inmiddels behaald. Dat zijn resultaten om trots op te zijn. Maar er had veel meer bereikt kunnen zijn. En dat heeft veel te maken gehad met de geopolitieke en economische realiteit zelf die de acht Millenniumdoelen na 2000 pijlsnel ingehaalde, zegt Pronk: “De aanslagen van 11 september 2001 hebben de Millenniumdoelen in zekere zin ondermijnd. Uiteindelijk heeft de Millenniumdeclaratie toen al verloren van het markt- en het veiligheidsdenken. Vanaf 2001 deden de Amerikanen eigenlijk al niet meer mee. Maar de genadeklap voor de Millenniumdoelenagenda was eigenlijk toen het neoliberale kapitalisme na de economische crisis van 2007 uit zijn eigen as verrees. De ongelijkheid is sindsdien alleen maar toegenomen terwijl de ontwikkelingsbudgetten slonken.”De wereld ziet er anno 2015 helaas absoluut niet zo uit als bij de ondertekening van de Millenniumverklaring zo vurig gehoopt werd. Desondanks toont Pronk zich nog steeds enthousiast: “Het waren heel ambitieuze doelstellingen. Ik ben er politiek gezien nog steeds heel positief over. Maar er is veel misgelopen, sommige doelen zijn wel gehaald en andere niet. Extreme armoede is misschien wel gehalveerd, maar de daarvoor gehanteerde norm van 1,25 dollar per dag is eigenlijk schandalig laag. Toch is dat een extra reden om ons nu extra in te spannen om die armoede in de toekomst wel de wereld uit te helpen. Toen de VN in 2000 beloofde armoede te halveren in 2015 was het immers ook de bedoeling om daarna door te pakken.”
Duurzame Ontwikkelingsdoelen
In september 2015 wordt bij het aflopen van de Millenniumdoelentermijn daarom dan ook meteen een nieuwe lijst van in totaal zeventien Duurzame Ontwikkelingsdoelen geratificeerd door de leden van de VN. Wederom in New York en alweer met een geldigheidstermijn van vijftien jaar. In 2030 moet armoede dit keer echt de wereld uit zijn, lijkt de immer optimistische VN te willen benadrukken.
Koen Davidse is sinds begin 2013 namens Nederland als speciaal gezant betrokken bij de onderhandelingen over de Duurzame Ontwikkelingsdoelen. Een onderhandelingsproces dat door de sterk veranderde wereldverhoudingen stukken complexer was dan in het verleden, zegt de diplomaat. De lange lijst van zeventien doelen en maar liefst 169 zogenoemde beleidsindicatoren is dan ook het resultaat van twee jaar lang keihard onderhandelen.
Om te voorkomen dat het onderhandelingsproces stuk zou lopen op blokvorming vonden de onderhandelingen dit keer plaats in groepjes van drie willekeurige landen. Doordat die groepjes tot een gezamenlijke positie moesten komen over de voorstellen, kon voorkomen worden dat bijvoorbeeld de Europese Unie lijnrecht tegenover opkomende economieën als China zou komen te staan, legt Davidse uit: “Er stond een aantal zware onderwerpen op de agenda. Zo was de nadruk op duurzaamheid een risicovol onderwerp voor olie-exporterende landen en ook vrouwenrechten bleven tot aan het einde op tafel liggen. Daarover bestaan natuurlijk heel verschillende opvattingen. Maar uiteindelijk hebben we kunnen voorkomen dat alles eerst door de trechter van de EU of de G77 ging. Daardoor zijn standpunten van kleine lidstaten duidelijk naar voren gekomen. Kleine eilandstaten hebben zo bijvoorbeeld hun zorgen over de stijging van de zeespiegel op de agenda kunnen zetten. Dat heeft er heel erg aan bijgedragen dat de uitkomst van de onderhandelingen een lijst is waar we heel tevreden mee zijn.”
Medeverantwoordelijk
Met de Duurzame Ontwikkelingsdoelen treedt de VN uitdrukkelijk buiten het domein van de klassieke ontwikkelingssamenwerking. Armoedebestrijding wordt natuurlijk geagendeerd, net als jeugdwerkloosheid, gendergelijkheid en tegengaan van honger. Maar er wordt ook gepleit voor een groter aandeel van duurzame bronnen in de mondiale energiemix, voor financieel beleid om inkomensongelijkheid tegen te gaan en voor een tienjarig programma dat zowel productie- als consumptiepatronen wereldwijd moet verduurzamen.
De ontwikkelingsagenda van weleer is dus gelukkig uitgebreid met een aantal onderwerpen waar de nieuwe realiteit anno 2015 om vraagt, zegt hoogleraar duurzaamheid en ontwikkeling Joyeeta Gupta. Klimaatverandering, vluchtelingenstromen maar ook ongelijkheidsproblematiek en waterproblemen zijn immers mondiale issues. Dit is van groot belang, zegt de geboren Indiase in haar werkkamer aan de Amsterdamse universiteit: “Wat die doelen uit moeten dragen is dat we een andere wereld nodig hebben. En daarin hebben rijkere landen ook een belangrijke rol te vervullen. Want je kunt niet van Brazilië verwachten dat ze actie ondernemen tegen ontbossing terwijl wij zelf met onze multinationals en consumptiepatroon daar medeverantwoordelijk voor zijn. Met deze nieuwe agenda worden álle landen ontwikkelende landen.”
De implementatie in álle VN-lidstaten is cruciaal. Veel van het in het verleden gevoerde ontwikkelingsbeleid stond, óók onder de paraplu van de Millenniumdoelen, immers maar al te vaak haaks op de economische belangen van machtige landen, zegt Gupta. De Millenniumdoelen kregen volgens haar en andere critici dus niet alleen te weinig beleidsprioriteit, de realisering ervan werd zelfs tegengewerkt door op handelsoverwegingen gestoelde realpolitik met heel andere uitgangspunten: “In het verleden kregen ontwikkelingslanden vaak een heel dubbele boodschap te horen. Aan de ene kant moesten ze van de internationale gemeenschap letten op duurzaamheid en rechtvaardigheid en aan de andere kant legde het IMF en de Wereldbank een eenzijdig adagium van efficiënte liberalisering en economische groei op. Zo moest India tegelijkertijd zijn energiesector liberaliseren én minder broeikassen uitstoten.” Of de nadruk op vrijhandel die het huidige politieke discours kenmerkt nou wel of niet leidt tot de verheffing van armen blijft dan ook een onderwerp van doorlopende discussie. Het heersende beleidsadagium dicteert immers dat handel altijd vooraf moet gaan aan ontwikkeling, terwijl critici van deze visie constateren dat teveel handelsliberalisering ongelijkheid nou juist vergroot en armoede soms in de hand werkt. Gupta behoort duidelijk tot het laatste kamp en stelt dat de kwalijke effecten van de vrije markt een belangrijke reden zijn voor waarom het verwezenlijken van de Millenniumdoelen achter is gebleven bij de verwachting. En zij is niet de enige die dit standpunt huldigt.
In 2011 opperde de Adviesraad voor Internationale Vraagstukken (AIV) het idee dat de verwezenlijking van de Millenniumdoelen voor een aanzienlijk deel bemoeilijkt is door incoherentie met het bredere beleid van rijke landen. De Millenniumdoelen hebben misschien wel succes gehad in de communicatie van het ontwikkelingsbeleid naar het grotere publiek, maar de meeste doelen zullen in 2015 uiteindelijk niet behaald zijn vanwege het niet nakomen van toezeggingen door de ontwikkelde landen en het uitblijven van hervormingen van het internationale handels- en financiële systeem. Het AIV zegt: “Donoren benoemen de MDG’s (Millenniumdoelen – hw) naast hun eigen prioriteiten in plaats van ze als leidraad te nemen, de hulp is niet significant toegenomen en donorcoördinatie lijkt niet langs de lijnen van de MDG-systematiek te verlopen.”
Economische maalstroom
Zelfs voor een supranationaal instituut als de VN is het dus lastig om een brede en sociale agenda als de Millenniumdoelen te implementeren in een wereld die bol staat van binnen de WTO afgehamerde handelsbelangen, een wettelijk bindende spaghetti van vrijhandelsverdragen en het vaak andere belangen dienende financiële regime van instellingen als het IMF en de Wereldbank.
Juist daarom is het belangrijk om een alternatief politiek narratief te hebben, benadrukt Gupta: “De Millenniumdoelen en de Duurzame Ontwikkelingsdoelen zijn een belangrijke manier om te vechten tegen de economische wereldorde. Duurzaamheid, armoede en noem maar op, dat moet je toch op de een of andere manier op tafel krijgen. Natuurlijk is zo’n doelenlijst ergens politiek hypocriet, want je belooft iets en je doet vervolgens iets heel anders in je economische beleid. Maar zonder die Millenniumdoelen sta je helemaal met lege handen.”
Ook Jan Pronk beziet de doelenagenda’s als een noodzakelijk strijdmiddel. Zeker met het oog op problemen die niet door marktwerking opgelost kunnen worden, zoals klimaatverandering of een onderklasse van chronisch armen, zijn doelenlijstjes volgens de ex-bewindsman nodig: “Deze doelen zijn cruciale elementen om tegenwicht te kunnen bieden aan het neoliberale model dat op dit moment de globe omspant. Dat model is nu een ernstigere bedreiging dan voor de financiële crisis. Daarom hebben we die Duurzame Ontwikkelingsdoelen echt nodig als een coherente alternatieve agenda. Van die instrumenten moeten we gebruik maken om te vechten voor een betere wereld. Dat is lastig, want er staan natuurlijk heel veel andere politieke en economische belangen lijnrecht tegenover.”
Wereldbankiers
De ontwikkelingsdoelen van de VN maken deel uit van een mondiale ideeënstrijd tussen, grosso modo, een competitief handelsdenken enerzijds en een inclusief ontwikkelingsdenken anderzijds. Een strijd die zal moeten gaan vormgeven hoe de wereld er in de 21e eeuw uit gaat zien. En ondanks alle scepsis en kritiek hebben de Millenniumdoelen wel mooi invloed gehad tot op het hoogste niveau, benadrukt Koen Davidse opgewekt.
Eén van de belangrijkste verdiensten was volgens de topdiplomaat dat er eindelijk een internationale consensus kon ontstaan over ontwikkeling. Niet alleen tussen lidstaten van de Verenigde Naties, maar ook tussen de verschillende supranationale instellingen. Davidse werkte destijds zelf in Washington bij de Wereldbank, vertelt hij in zijn werkkamer in het ministerie van Buitenlandse Zaken in Den Haag: “Toen de Millenniumdoelen eind 2000 gepresenteerd werden bij de Wereldbank in Washington, werd er in de centrale hal een enorm spandoek uitgerold waarop al die acht doelen stonden afgebeeld. Tot dan toe bestond er altijd een heel groot verschil van mening tussen de VN en de Wereldbank over ontwikkelingsdenken, maar na de presentatie van de Millenniumdoelen zijn die wereldbankiers daar ook diep over gaan nadenken. Het formuleren van een gezamenlijke VN-agenda is zo dus wel degelijk goed geweest.”
Toch blijft de voornaamste vraag wat nationale overheden in de praktijk vervolgens precies doen met zo’n doelenlijst, benadrukt Davidse. Als regeringen de nieuwe Duurzame Ontwikkelingsdoelen niet toepassen op het eigen beleid, kunnen ze immers vrij snel tot een dode letter verworden. De diplomaat blijft echter strijdbaar: “Alleen geld besteden aan ontwikkelingssamenwerking, is niet genoeg. We moeten ook in ons eigen land gaan kijken naar de verduurzaming van onze productie en consumptie. En van onze bedrijven eisen dat ze dat ook in hun internationale handelsketens doen. Dat is een uitdagende agenda en er moet nog veel voor gebeuren. De Millenniumdoelen zijn cruciaal geweest, maar hebben niet alle wereldproblemen opgelost. Laten we vooral niet cynisch zijn. Dit is een belangrijke strijd en die zullen wij blijven voeren.”
8 Millenniumdoelen in het kort
- Armoede en honger. Het percentage mensen dat in extreme armoede leeft en chronische honger heeft is gehalveerd. Er is fatsoenlijk werk voor iedereen.
- Onderwijs. Alle kinderen (jongens en meisjes) maken hun basisschool af.
- Gelijkwaardigheid. Er bestaat geen ongelijkheid meer tussen het aantal jongens en meisjes in primair en secundair onderwijs.
- Kindersterfte. De kindersterfte bij kinderen tot vijf jaar oud is met tweederde gereduceerd.
- Gezondheid moeders. Het aantal moeders dat sterft in het kraambed is met driekwart gereduceerd en er is wereldwijd toegang tot reproductieve gezondheidszorg.
- Bestrijding dodelijke ziekten. De verspreiding van hiv en aids, malaria en andere veel voorkomende ziekten is gestopt.
- Milieu en duurzaamheid. Het verlies van natuurlijke hulpbronnen en de reductie van biodiversiteit is gestopt. Het aantal mensen zonder toegang tot schoon drinkwater en sanitaire voorzieningen is gehalveerd.
- Internationale ontwikkelingssamenwerking. Er is een einde gekomen aan de schuldproblemen van ontwikkelingslanden. Er is toegang tot betaalbare, essentiële medicijnen in ontwikkelingslanden. De mogelijkheden van nieuwe technologieën zijn verspreid.
17 voorgestelde Duurzame Ontwikkelingsdoelen
- Een einde aan alle vormen van armoede, overal.
- Einde aan honger, zorgen voor voedselzekerheid, betere voeding en duurzame landbouw
- Gezondheidszorg en bevorderen van welzijn voor iedereen
- Inclusief en gelijkwaardig kwaliteitsonderwijs voor alle leeftijden
- Gelijkheid voor alle genders en empowerment van alle vrouwen en meisjes
- Schoon en duurzaam beheerd water en sanitair voor iedereen
- Toegang tot betaalbare, betrouwbare en duurzame energie voor iedereen
- Stabiele, inclusieve en duurzame economische groei, volledige en productieve werkgelegenheid en fatsoenlijk werk voor iedereen
- Veerkrachtige infrastructuur voor duurzame, inclusieve industrialisatie en innovatie
- Verminderen ongelijkheid binnen en tussen landen
- Maak steden en nederzettingen veilig, veerkrachtig en duurzaam
- Duurzame consumptie- en productiepatronen
- Urgente actie tegen klimaatverandering en impact
- Beschermen en duurzaam gebruiken van de oceanen en zeeën voor duurzame ontwikkeling
- Beschermen, herstellen en bevorderen van duurzaam gebruik van grondgebonden ecosystemen, duurzaam beheren van bossen, verwoestijning bestrijden, stoppen en omkeren van landdegradatie, stoppen van het biodiversiteitsverlies
- Bevorderen van vredige en inclusieve maatschappijen voor duurzame ontwikkeling, toegang tot recht voor iedereen, effectieve, aansprakelijke en inclusieve instituties op alle niveaus
- Versterken van de middelen voor implementatie en het mondiaal partnerschap voor duurzame ontwikkeling nieuw leven inblazen
Geef een reactie