Fossiele brandstoffen zorgen binnenkort óf voor een klimaatramp, óf voor een economische crisis zonder weerga. Stop daarom nú met het investeren in fossiele bronnen. Met deze boodschap kwam de Amerikaanse journalist en milieuactivist Bill McKibben onlangs naar Europa. “Het is een kwestie van politieke wil, en die kunnen we veranderen.”
Het gebeurt niet vaak dat een tijdschriftartikel aan de basis ligt van een snel groeiende protestbeweging. Global Warming’s Terrifying New Math luidde de kop van het artikel dat de journalist en klimaatactivist Bill McKibben vorig jaar in het zomernummer van het populaire Amerikaanse tijdschrift Rolling Stone publiceerde. “Wellicht heeft het geholpen dat tieneridool Justin Bieber op de cover stond”, zegt McKibben gekscherend. Maar het artikel was vooral online succesvol: het werd het meest op Facebook gedeelde artikel in de geschiedenis van Rolling Stone.
De ‘schrikwekkende nieuwe som’ komt hier op neer. Als we de opwarming van het klimaat willen beperken tot 2 graden Celsius – een doelstelling die sinds de klimaatconferentie in Kopenhagen in 2009 zelfs door de meest conservatieve regeringen wordt onderschreven – mogen we tot 2050 niet meer dan 565 gigaton CO2 uitstoten. Alle tot nu toe bekende reserves aan olie, gas en kolen leven bij verbranding echter 2795 gigaton aan CO2-emissies op. Bijna vijf maal zo veel als we ‘veilig’ kunnen uitstoten. Dat betekent dat als regeringen de tweegradendoelstelling serieus nemen, ze 80 procent van de nu bekende fossiele brandstofreserves in de grond moeten laten zitten.
De economische consequenties hiervan zijn enorm. HSBC, een van de grootste zakenbanken ter wereld, schat dat olie- en gasbedrijven dan 40 tot 60 procent van hun waarde kunnen verliezen. Volgens het Carbon Tracker Initiative gaat het om triljoenen dollars. “Je kunt je niet voorstellen wat dit betekent”, zegt McKibben. “Bedrijven, beleggers, maar ook overheden zullen een groot deel van hun vermogen als sneeuw voor de zon zien verdwijnen. De recente hypotheekbubbel valt bij deze koolstofbubbel in het niet. We moeten dus zo snel mogelijk stoppen met investeren in het opsporen en exploreren van fossiele energie. Eigenlijk hadden we er 20 jaar geleden al mee moeten beginnen. Maar wat doet een bedrijf als Shell, nu het poolijs zich terugtrekt als gevolg van de klimaatverandering? Ze gaat ook in de poolcirkel naar olie boren. Dat moeten we stoppen. Zo snel mogelijk.”
Om deze boodschap te verkondigen is McKibben al meer dan een jaar vrijwel onafgebroken op tournee. Deze Fossil Free Tour, een initiatief van de in 2009 door McKibben opgerichte campagneorganisatie 350.org, trok eerst door de Verenigde Staten, vervolgens naar Australië en deed eind oktober Europa aan. Overal worden studenten en burgers opgeroepen campagnes te beginnen om er bij universiteiten, pensioenfondsen, gemeentens en andere grote vermogensbeheerders op aan te dringen hun geld terug te trekken uit de fossiele brandstoffen-industrie.
Ik spreek McKibben vlak voordat hij samen met Greenpeace International-directeur Kumi Naidoo in het kader van de Fossil Free Europe Tour het podium van een stampvolle aula in de Vrije Universiteit in Amsterdam zal betreden. Hij is zojuist samen met zijn vrouw gearriveerd uit Berlijn en zal nog diezelfde avond doorreizen naar Edinburgh om vervolgens nog Birmingham en Londen aan te doen. Terwijl McKibben een vegetarische maaltijd uit de mensa krijgt geserveerd, vraag ik hem of universiteiten en studenten wel de meest voor de hand liggende doelgroep zijn voor een oproep om te stoppen met investeren in fossiele energie?
McKibben: “In de Verenigde Staten in ieder geval wel. We kennen nauwelijks een publiek onderwijssysteem en daarom zijn universiteiten private instellingen die veel geld verwerven en beheren. Dat vermogen beleggen ze in aandelen, waaronder die van de fossiele energiebedrijven. Maar we richten ons in de VS ook op andere vermogensbeheerders, zoals gemeenten en religieuze instellingen. Het kan ook per land verschillen. In Australië richten we ons vooral op pensioenfondsen, in Nederland ligt dat ook voor de hand. Maar studenten zelf zijn zeker een goede doelgroep omdat zij een groot belang hebben bij het beheersen van de klimaatverandering. Het gaat over hún toekomst, ík ben over een jaar of 20, 30 dood.”
Hoe groot is de campagne in de VS inmiddels?
“Die groeit dagelijks. Studenten zijn op 380 campussen acties gestart om het universiteitsbestuur zover te krijgen dat ze hun geld uit de fossiele energie terugtrekken. Tien universiteiten hebben al toegezegd dit daadwerkelijk te doen. Daarnaast zijn er inmiddels 15 tot 16 steden die zeggen te desinvesteren, waaronder Seattle, San Francisco en Portland. Ook een aantal grote religieuze instellingen doet mee. Dat alles in één jaar tijd, dat is best indrukwekkend.”
De campagne wordt wel vergeleken met die voor het beëindigen van de apartheid in Zuid-Afrika in de de jaren zeventig en tachtig van de vorige eeuw. Komt de inspiratie daarvandaan?
“Ja, ook toen werden vermogensbeheerders in de VS en Europa aangespoord om hun geld terug te trekken uit Zuid-Afrika. Dit heeft zonder twijfel een grote rol gespeeld in het beëindigen van de apartheid. Natuurlijk hebben de Zuid-Afrikanen uiteindelijk zichzelf bevrijd, maar deze hulp van buiten heeft zeker geholpen. Het verschil is wel dat we in dit geval onszelf moeten bevrijden. Hiervoor moeten we de fossiele energiebedrijven, die nu ons leven bepalen, verzwakken.”
Maar fossiele energie is de basis van ons leven. De landbouw, industrie, vervoer, gezondheidszorg, alles draait op fossiele brandstoffen.
“Het is momenteel niet mogelijk om op grote schaal te stoppen met het gebruik van fossiele brandstoffen, dat klopt. Maar het is wél mogelijk op korte termijn te stoppen er profijt van te trekken, te stoppen erin te investeren. Daarom verspreiden we de boodschap dat het grootste deel van de nu bekende voorraden in de grond moet blijven zitten. Dit is de achilleshiel van de fossiele industrie: haar immense vermogen is nu gebaseerd op de aanname dat zij al haar reserves kan winnen. Maar als de wereld klimaatverandering eindelijk serieus gaat nemen en maatregelen neemt om de tweegradendoelstelling te realiseren, moet je de waarde van deze bedrijven minstens halveren. Daarom is deze desinvesteringscampagne zo belangrijk. Wij zeggen: wie geld wil verdienen met investeringen in de fossiele energie neemt de gok dat er niks aan klimaatverandering gebeurt. En dus de verantwoordelijkheid voor de vernietiging van het leven op aarde neemt. We moeten investeerders met deze keuze confronteren.”
We kunnen dus kiezen tussen een klimaatramp of een economische crisis die zijn weerga niet kent? Geen vrolijke boodschap voor het publiek vanavond.
“Toch wel, het positieve nieuws is dat we er nu nog veel aan kunnen doen: stoppen met investeren in fossiele energie en overschakelen op duurzame energie. Wereldwijd organiseren mensen zich om dit voor elkaar te krijgen. Daarvoor is geen eenduidige oplossingen, maar er zijn wel talloze deeloplossingen. In Duitsland wordt op sommige dagen de helft van de energie met zon en wind opgewekt. Als Duitsland het kan moet mijn land met zonrijke staten – zoals Texas, Californië, Nevada – dat zeker kunnen. Dat is een kwestie van politieke wil. En politieke wil kunnen we veranderen.”
President Obama stelt wat dat betreft teleur. Maar kan een president van de VS überhaupt ingaan tegen de belangen van de fossiele energiebedrijven?
“Obama heeft te maken met een verschrikkelijk Congres, gedomineerd door slechte mensen die worden gesponsord door de fossiele brandstof-industrie. Dat geldt zowel voor Republikeinen als Democraten overigens, er is bij beide partijen een rechtstreeks verband tussen het stemgedrag en de – vaak enorme – donaties die Congresleden ontvangen van de fossiele energiebedrijven. Daarom zijn er grenzen aan wat Obama, of een andere president, kan doen.
Om die reden hebben wij met onze organisatie 350.org de afgelopen jaren onze pijlen gericht op het tegengaan van de Keystone-pijpleiding (een enorme pijpleiding dwars door de Verenigde Staten die olie gewonnen uit de Canadese teerzanden moet gaan vervoeren naar de havens van Texas, FK). Hierover kan Obama namelijk zelfstandig een besluit nemen, zonder goedkeuring van het Congres. Tot nu toe heeft hij steeds gezegd dat hij de aanleg van de pijpleiding zal tegenhouden als blijkt dat hierdoor de uitstoot van CO2 verergert. Dat laat hij nu onderzoeken. De druk op Obama, van de olie-industrie, maar ook van de Amerikaanse Kamer van Koophandel en andere vervuilende industrieën, is echter enorm. Maar als hij besluit de aanleg van deze pijpleiding te blokkeren, is hij de eerste wereldleider ooit die een groot project stopt omdat de gevolgen voor het klimaat te groot zijn. Dat zou echt een doorbraak zijn in de klimaatpolitiek.”
Dat is ook wel nodig. De onderhandelingen over een internationaal klimaatverdrag zitten muurvast. Na het echec van Kopenhagen leken veel mensen klimaatmoe. Is een klimaatverdrag nodig?
“Dat zal er zeker moeten komen, maar niet nu. Lange tijd dachten we dat we de strijd met redelijke argumenten zouden kunnen winnen. Dat het feit dat klimaatverandering talloze rampen en problemen zal veroorzaken overheden tot ingrijpende maatregelen zou dwingen. Maar er gebeurde niks, en feitelijk is er al twintig jaar niks gebeurd. Dus moet je een nieuwe politieke analyse maken. Waarom komt er geen effectief klimaatverdrag en waarom voeren overheden geen effectief klimaatbeleid? Omdat de fossiele industrie dat niet wil, en die industrie bepaalt het beleid. Zolang dat niet verandert, zal er geen zinvol klimaatverdrag komen. Wij trokken daarom de conclusie dat er een wereldwijde politieke beweging nodig is, groot genoeg om de macht van de fossiele brandstof-industrie te breken. Hiertoe hebben we in 2008 de campagneorganisatie 350.org opgericht.”
350.org slaat op veel plekken in de wereld aan, maar in Europa lijkt de belangstelling niet groot. Tijdens de jaarlijkse wereldwijde actiedagen bijvoorbeeld waren er in Europa maar weinig acties.
“Dat is niet helemaal waar, er waren ook acties in Europa. Maar het klopt dat de Europese klimaatbeweging, die er als een van de eersten bij was, na Kopenhagen wat is ingedut. Het zal niemand verbazen dat de meeste acties nu plaatsvinden in die delen van de wereld waar de gevolgen van klimaatverandering het grootst en al dagelijks merkbaar zijn: Azië, Latijns-Amerika, Afrika… Daar is het op de been brengen van mensen het eenvoudigst. Nederland is rijk, en heeft een groot – in mijn ogen té groot – vertrouwen dat het de gevolgen van klimaatverandering de baas kan.”
Nederlanders lijken zich inderdaad vooralsnog weinig zorgen te maken. Ook in de recente campagne tegen de proefboringen naar schaliegas blijkt dat mensen zich vooral zorgen maken over hun leefomgeving en hun drinkwater, de gevolgen voor het klimaat spelen nauwelijks een rol .
“Dat zie je ook terug in de campagne tegen de Keystone-pijpleiding. Deze zal ook door kwetsbare natuurgebieden lopen en veel tegenstanders maken zich vooral zorgen over de gevolgen van mogelijke lekkages. Wij hebben echter voortdurend de gevolgen voor het klimaat voorop gesteld en mijn ervaring is dat mensen daar wel degelijk bezorgd om zijn. Zeker nu in de VS deze gevolgen steeds vaker merkbaar worden. Het probleem is dat klimaatverandering zo omvangrijk is dat we het gevoel hebben er als individu niets aan te kunnen doen. Wat grotendeels klopt. Je kunt zonnepanelen op je dak leggen, je auto de deur uit doen, minder vliegen, minder vlees eten, en ga zo maar door. Maar daarmee alleen gaan we het niet redden. Er moeten structurele veranderingen komen en daarvoor is een politieke beweging nodig.”
In je recente boek Oil and Honey beschrijf je zowel het ontstaan van 350.org als de tijd die je doorbrengt in de imkerij van je vriend Kirk Webster. Vanwaar deze belangstelling voor bijen?
“Bijen zijn een zeer interessante metafoor voor de beweging die we momenteel proberen te bouwen. Het is een omvangrijke, wijdverspreide beweging met duizenden mensen die aan verschillende dingen werken. Een beweging zonder leiders. Toch moeten we proberen deze mensen op belangrijke momenten samen te brengen. In de VS was het verzet tegen de Keystone-pijpleiding zo’n moment, allerlei verschillende groepen kwamen daarin bij elkaar. Dat was de kracht. Bijen zijn daarom interessant. Ze vliegen voortdurend uit om nectar te verzamelen, ze zijn echter heel klein dus je kunt je niet voorstellen dat dat beetje nectar dat ze meebrengen naar de bijenkorf iets oplevert. Maar in de loop van een seizoen, of zelfs binnen een dag neemt de honing in de korf snel toe – tot er uiteindelijk kilo’s honing zijn verzameld. Dat vind ik een mooi en hoopvol gegeven.”
Al die kleine initiatieven kunnen uiteindelijk leiden tot een politieke omwenteling?
“Precies.”
[…] aan smaad. Zijn organisatie stelt dat een groot deel van de nu bekende fossiele brandstofreserves in de grond moeten blijven zitten, anders halen we het klimaatakkoord van Parijs […]