Het College Toelating Gewasbeschermingsmiddelen (CTGB) moet twee groepen insecticides zo snel mogelijk van de markt halen, uiterlijk per 2015. Dat zegt Natuur & Milieu in een reactie op de zojuist verschenen wetenschappelijke analyse van de Task Force on Systemic Pesticides. Daaruit blijkt dat de meest gebruikte neonics minstens 5.000 tot 10.000 keer giftiger zijn voor bijen dan het al lang verboden insecticide DDT.
Neonicotinoïden (ofwel neonics) en fipronil zijn zogeheten systemische insecticiden. Deze middelen zijn bijzonder schadelijk voor onder andere bijen en vlinders, regenwormen, waterdiertjes en vogels. Het zijn de meest gebruikte insecticiden ter wereld met een wereldwijd marktaandeel van naar schatting 40 procent.
Bezorgdheid over bijensterfte is niet nieuw. Maar het is voor de eerste keer dat wetenschappers een allesomvattende, onafhankelijke analyse hebben uitgevoerd naar deze twee groepen van systemische insecticides die in de landbouw worden gebruikt als gewasbescherming. Volgens de Task Force on Systemic Pesticides, een werkgroep ‘Systemische Pesticiden’ die samengesteld is uit onafhankelijke wetenschappers van over de hele wereld, zijn er voldoende duidelijke bewijzen van schade om het gebruik van deze middelen drastisch terug te dringen.
Volgens Natuur & Milieu aarzelen veel overheden om actie te ondernemen.”Deze meta-analyse is helaas overtuigend om nu zo snel mogelijk in te grijpen om deze middelen van de markt te halen”, zegt Sijas Akkerman van Natuur & Milieu. “Het grootschalig gebruik van deze middelen brengt planten, dieren en de landbouw veel te veel schade toe. Een wereldwijd verbod is op zijn plaats, om te beginnen in Nederland.” Milieudefensie zegt desgevraagd deze oproep te ondersteunen.
Dodelijke gevolgen
Volgens de analyse, die bekend staat als de Worldwide Integrated Assessment (Wereldwijde Integrale Beoordeling) of de WIA en die gepubliceerd zal worden in het wetenschappelijk tijdschrift Environmental Science and Pollution Research, vormen neonicotinoïden een ernstig gevaar voor honingbijen en andere bestuivers zoals vlinders, alsook voor talloze andere ongewervelde dieren zoals regenwormen en gewervelde dieren zoals vogels.
Neonicotinoïden zijn neurotoxinen (stoffen die de werking van het zenuwstelsel beïnvloeden) en blootstelling aan deze stoffen kunnen leiden tot onmiddellijke, dodelijke maar eveneens chronische gevolgen. Zelfs een langdurige geringe (niet-dodelijke) blootstelling kan schadelijk zijn. Chronische schade kan bv. betekenen: verminderde reukzin of aantasting van het geheugen, verlies van vruchtbaarheid, gewijzigd voedingsgedrag en verminderde voedselinname met onder andere bijen die minder foerageren, gewijzigd graafgedrag bij regenwormen, vliegproblemen en meer kans op ziekte.
Bedreigingen
De laatste 20 jaar nam de bezorgdheid over de impact van systemische pesticiden op heel wat nuttige soorten toe maar overheden oordeelde tot op heden veelal dat wetenschappelijk onderzoek nog geen afdoende bewijzen heeft opgeleverd om ingrijpen te rechtvaardigen.
Volgens dr. Jean-Marc Bonmatin van het Centre national de la Recherche scientifique uit Frankrijk, een van de hoofdauteurs van de WIA, zijn de bewijzen nu echter zeer duidelijk. “We zien hier een bedreiging voor de productiviteit van onze natuur en onze landbouw die te vergelijken is met het gevaar van organofosfaten of DDT’s. Door neonicotinoïden te gebruiken beschermen we onze voedselproductie helemaal niet. Integendeel, we brengen de infrastructuur ervan, die de productie mogelijk maakt, in gevaar waardoor de bestuivers, habitatbouwers en natuurlijke plaagbestrijders die een centrale rol spelen in een functionerend ecosysteem bedreigd worden.”
Geef een reactie