
Wanda Bodewitz redt amfibieën. Met puthaak, zaklamp en veel geduld haalt ze wekelijks padden, kikkers en soms zelfs salamanders uit straatputten.
“Ik las ooit in een krantenartikel dat er meer dan een miljoen kikkers en padden per jaar vast komen te zitten in straatputten en dat er een trappetje bestond waarmee ze makkelijk uit die putten konden klimmen. Alleen, die waren nog op weinig plekken geplaatst. Dat liet me niet meer los. Ik ben gaan kijken hoe groot het probleem was in Utrecht, en dat viel niet mee. In een week haalde ik in één wijk wel 30 amfibieën uit putten. Ik nodigde de gemeente uit om mee te kijken. Toen zij zagen hoeveel dieren erin zaten, zijn ze in actie gekomen. Ze plaatsten gaasjes over de putten, maar die raakten verstopt. Samen met RAVON (Reptielen Amfibieën Vissen Onderzoek Nederland – red.) heb ik verschillende trapjes getest. Nu is er een trapje waarmee meer dan 90 procent van de amfibieën uit de put weet te klimmen. Dat wordt in Utrecht standaard in nieuwe putten geplaatst én in de putten waarvan wij weten dat er veel amfibieën in vallen.”
Paddenregen
“Mensen denken vaak dat dit probleem alleen tijdens de paddentrek speelt, maar het gebeurt het hele jaar door. In juni heb je bijvoorbeeld de ‘paddenregen’, dan barst het van de zogenaamde juvenielen, jonge padjes en kikkers. En we treffen helaas niet alleen amfibieën aan, maar ook egels, mollen, muizen en zelfs jonge eendjes. Soms doe je ook een bijzondere vondst. Een keer stuitten we op een kamsalamander. Een zeldzaam en indrukwekkend beest met een felgele buik. Gelukkig leefde die nog.”
Drijfveer
“Ik doe dit omdat ik het ondraaglijk vind dat de dieren zo’n langzame dood sterven. Ze drogen uit of verhongeren als ze niet kunnen ontsnappen. Of ze worden weggespoeld in het riool. Daarom startte ik een paddenwerkgroep voor mensen die ook putt en in hun buurt willen controleren. De meeste putdeksels kun je openen met puthaken, die het kolkenreinigingsbedrijf aan ons beschikbaar stelt. Dat bedrijf controleert de putten nu ook eerst op beestjes voordat ze ze leegzuigen. Zij plaatsen trouwens ook de trapjes. Het mooie is dat het onderwerp in steeds meer gemeenten aandacht krijgt. De bewustwording dat wij de stad delen met niet-menselijke wezens groeit.”
Recente reacties