Duurzame maatregelen stuiten vaak op weerstand. De uitvoering zou te duur zijn of sommige mensen duperen, terwijl de voordelen voor het milieu twijfelachtig zijn. Onzin, zeggen milieuclubs: de baten zijn de kosten meer dan waard. Down to Earth bekijkt groene regels van alle kanten. Deze keer: functies van bomen omzetten in euro’s. Snijdt dat hout?
Bomen kosten geld. Het aanplanten, het onderhoud, de ruimte die ze innemen. Maar ze leveren ook veel op. De gemeente Amsterdam drukt die opbrengst uit in harde euro’s, waardoor er meer geld beschikbaar komt voor bomen. Tegenstanders maken zich zorgen: moet je een boom wel reduceren tot kapitaalgoed?
Een boom haalt CO2 uit de lucht, vangt overtollig water op, neemt ‘s zomerse hitte weg, verbetert de gezondheid van bewoners én stuwt de omliggende huizenprijs omhoog. Volgens bomenconsulent Hans Kaljee leveren bomen zelfs nog veel meer diensten aan de omgeving: “In totaal heeft een boom meer dan vijfentwintig functies.” Kaljee werkt bij de gemeente Amsterdam, waar hij zichzelf als woordvoerder voor de bomen opwerpt.
Ondanks deze opbrengsten, belanden bomen normaal gesproken alleen als kostenpost op de begroting van gemeenten. Om erachter te komen hoeveel de functies van bomen eigenlijk waard zijn, doet Amsterdam mee aan een landelijk onderzoek. Voor de berekening wordt gebruikt gemaakt van het Amerikaanse programma i-Tree, ontwikkeld door de US Forest Service. New York ging Amsterdam al voor: daar wordt dankzij i-Tree voor 220 miljoen dollar aan nieuwe bomen geplant in dit decennium, claimde de directeur van de US Forest service in 2016 in een toespraak.
Het programma berekent de opbrengst van bomen op grond van hun kroonvolume: hoe groter de boom, hoe meer die oplevert. Dat wordt gemeten met een scanauto, vergelijkbaar met de auto’s die je soms ziet rijden voor Google Streetview. Vervolgens berekent iTree per individuele boom hoe hoog de opbrengst is, ook al kan dat in Nederland nog niet zo uitgebreid als in de Verenigde Staten. Daar weet i-Tree al 24 verschillende ‘diensten’ van bomen uit te drukken in dollars. Drie daarvan zijn nu ook, onder Nederlandse omstandigheden, te meten in euro’s: CO2-afvang, wateropvang en verkoeling. Kaljee en medestanders in andere gemeenten willen dat de komende jaren verder uitbreiden. Kaljee: “Diensten uitdrukken in euro’s is een instrument om de waarde van bomen te laten zien.” De hoeveelheid CO2 die een grote boom uit de lucht haalt, levert een gemeente bijvoorbeeld 16 euro per jaar op, blijkt uit het programma. Zo kunnen ook minder groengezinde bewoners en beleidsmakers zien wat een boom bijdraagt.
Het lijkt te werken. De gemeente Amsterdam zet het openbaar groen sinds 2018 op de begroting als ‘kapitaalgoed’. Hierdoor kan Kaljee zijn collega’s beter duidelijk maken wat het oplevert om een boom goed en tijdig te onderhouden. Met als resultaat dat er nu ook in Amsterdam extra investeringsgeld voor groen beschikbaar is, volgens Kaljee zelfs 26,5 miljoen euro per jaar meer dan hiervoor.
Emotionele waarde
Marktdenken toepassen op natuur? Econoom Irene van Staveren vindt het geen goed idee. Ze is professor aan de International Institute of Social Studies (ISS) en neemt als columnist voor Trouw economisch beleid onder de loep. “Zo ontken je de intrinsieke waarde van een boom. Dan is het doel van een boom niet meer om gewoon een boom te zijn. En dan hoeven wij niet meer te zorgen dat een boom zo lang mogelijk zijn natuurlijke ontwikkeling kan volgen.”
Als je een boom ‘reduceert’ tot kapitaalgoed, moet een boom immers ‘renderen’. Dat is: meer geld opleveren dan die heeft gekost. Van Staveren ziet dat als een haast onomkeerbare stap de verkeerde richting op. “Stel dat er over een paar jaar iets alternatiefs gevonden wordt – hetzij natuurlijk, hetzij synthetisch – dat de functies van bomen nog veel beter vervult. Dan is het oude ‘kapitaal’ dus niet meer nuttig. Dat is althans de economische logica en daar stap je niet zo makkelijk meer uit. Dan zouden we een kastanjeboom van 50 jaar oud beter kunnen omzagen.”
Kaljee is daar niet zo bang voor. Hij zou ook liever willen dat de maatschappij genoeg geld over heeft voor natuur, “maar bomen moeten in een stad nou eenmaal concurreren met andere functies, zoals wonen, bereikbaarheid en recreatie.” Ondanks de Amsterdamse herplantplicht, een commissie voor monumentale bomen en het beleid voor biodiversiteit en ecologie, legt een boom het al snel af tegen een fietspad of een tram. Kaljee wijt dat aan ‘het systeem’. “Misschien is er iets mis met onze economie, maar dat is dan een ander vraagstuk.”
Van Staveren ziet dat anders. “Alsof economie maar één kant op gaat. Het kan ook anders. Als wij natuur intrinsiek belangrijk vinden, dan moeten we dat goed willen verzorgen met elkaar. Dan moeten bomen geen diensten leveren aan ons. Dan moeten wij diensten leveren aan de bomen.”
In 2007 laaide er in Amsterdam een discussie op over de boom waar Anne Frank op uitkeek. Die zou worden gekapt omdat hij dreigde om te vallen bij een storm. Van Staveren noemt dat als voorbeeld van verkeerd kijken naar bomen. “Zo’n boom heeft ook emotionele waarde. Het is toch absurd om dan te zeggen dat hij moet worden omgehakt. Zorg liever dat je de boom verstevigt.” Uiteindelijk gebeurde dat, maar waaide de boom 3 jaar later alsnog om.
Het simplistische marktdenken zit volgens Van Staveren zo in de haarvaten van onze samenleving, dat weinig mensen snappen wat er mis mee is. “De afgelopen 10 jaar heeft dit ook de natuur gekoloniseerd en dat zie je steeds vaker terug. Ik kom maar weinig mensen tegen die het hier niet mee eens zijn. Zelfs boswachters en boombeheerders zijn enthousiast over het marktdenken, hoewel ik hoopte dat dat mijn bondgenoten zouden zijn.”
Kees Quaadgras zegt
Herplantplicht: je zou kunnen invoeren dat voor iedere boom die ondanks alles toch wordt gekapt minstens een andere boom moet worden gepoot, maar dat voor bomen van een bepaalde dikte twee bomen moeten worden geplant. Voor nog dikkere drie enzovoort, tot tien of twintig bomen toe. Dit zou je wettelijk kunnen vastleggen. Uiteraard in de hoop dat er dan minder wordt gekapt.