Overal zijn weer volop bospaddenstoelen. In Nederland vind je ze zelfs het hele jaar door, vertelt paddenstoelenjager Gerard Koopmanschap. Maar dat gaat veranderen.
Een dikke twintig jaar geleden plukte hij in Zuid-Frankrijk zijn eerste cantharellen en eekhoorntjesbrood. Nu heeft Gerard Koopmanschap er zijn vak van gemaakt: paddenstoelen vinden, herkennen en opeten. “Paddenstoelen zijn lekker, maar ik vind zelf het zoeken eigenlijk leuker. Gewoon, lekker buiten. Het is wandelen met een doel.”
Koopmanschap geeft les in het herkennen van en gericht zoeken naar eetbare paddenstoelen. “In die combinatie. Het is één ding om een gevonden paddenstoel een naam te geven, maar ik leer mensen ook het landschap te lezen. Veel paddenstoelen – preciezer gezegd: bospaddenstoelen – leven in symbiose met bomen, en dat zijn vaak hele specifieke symbioses. Als ik in een nieuw gebied kom en ik zie alleen maar dennen, weet ik al wat ik zou kunnen vinden. En wat zeker niet.”
Opmars
Bospaddenstoelen zijn aan een opmars bezig, al geruime tijd. In 2015 ging het volgens een rapport van het CBS nog slecht met de paddenstoelen. Tot de verbazing van enthousiaste zoekers. Koopmanschap: “Met z’n allen weten we allang dat het beter gaat, want dat zien we gewoon. Op paddenstoelencommunities op facebook komen dagelijks foto’s voorbij.” Het beste voorbeeld is de cantharel. “Die volg ik al een jaar of tien. Ik bezoek regelmatig groepjes cantharellen op dezelfde plekken, en die groepen worden met het jaar groter. Laatst ben ik op één plek vluchtig gaan tellen, ik kwam tot tweehonderd exemplaren. Op een paar vierkante meter.”
Die opmars danken we vooral aan een lagere stikstofuitstoot. “Bospaddenstoelen voorzien ‘hun’ bomen van stikstof. Toen er veel teveel stikstof in de grond en in de lucht zat, hadden die bomen de paddenstoelen dus niet meer zo hard nodig. Daarom zijn ze verdwenen.” De afname van stikstof is vooral te danken aan de quota die boeren zijn opgelegd, denkt Koopmanschap. “Denk aan het mestoverschot, dat in de jaren ’70 een hoogtepunt bereikte. Op een gegeven moment is dat gelukkig aan banden gelegd.”
Meer paddenstoelen betekent overigens niet dat iedereen ongeremd mag plukken. “Daar moet je om te beginnen toestemming voor hebben van de beheerder. Plukken doe je ook niet langs wandelpaden bijvoorbeeld, mensen willen er graag naar kijken. Maar vergeet niet dat een paddenstoel het vruchtlichaam is van een schimmel; uit onderzoek blijkt dat de schimmel zelf door het plukken niet geschaad wordt. Het is alsof je appels plukt van een appelboom. Natuurlijk moet je altijd wat paddenstoelen laten staan, zodat die hun sporen kunnen verspreiden.”
Trends
In Nederland zie je het hele jaar door paddenstoelen. “Met de voorjaarsregens komen als eersten de morieljes uit de grond – die zijn het leukst om te vinden, omdat ze zich zo goed verstoppen. Vlak daarna komen paddenstoelen tevoorschijn die de rest van het jaar te vinden zijn, tot aan de vorst. Met ons vochtige zeeklimaat hebben we eigenlijk het hele jaar herfstige omstandigheden.” Maar dat gaat veranderen, denkt Koopmanschap. “We krijgen ook hier te maken met een ander klimaat. Vorig jaar was extreem droog, en in een droge zomer vind je geen paddenstoelen. Het lijkt erop dat dat een trend gaat worden. Paddenstoelen zoeken wordt weer echt iets voor de herfst.”
Gelukkig was dat dit jaar anders. “Het was feest, vanaf april tot de vorst. Soms vind ik wel tot in december paddenstoelen, omdat de winter maar niet inzet.” Ook dat is een trend: steeds hogere temperaturen. “Soorten die hier zeer zeldzaam waren omdat ze van warmer klimaat houden, zie je nu steeds meer. Vooral boleten.” Koopmanschap zoekt zijn paddenstoelen ook in warmere streken als Griekenland en Noord-Italië. Dat laatste alleen als hij op vakantie is met zijn gezin. “Daar maken we dan wel afspraken over, anders loop ik de hele dag te zoeken. Ik kan niet anders. Meestal ga ik aan het eind van de dag nog even een paar uurtjes het bos in. Gelukkig gaat één van mijn dochters sinds kort altijd mee.”
Atten van der Vlugt zegt
Misschien kunnen jullie een reactie geven op het feit dat boswachters tegenwoordig torenhoge boete’s geven voor bijv. brandnetels pluk. of soortgelijke acties. De extreem hoge boetes lijken totaal niet in verhouding te staan tot bijv. brandnetelblaadjes plukken voor een soepje. ?