Laat ik eens beginnen met een gedachte-experiment.
Denk aan vakbonden, buurthuizen, dagbladen, kerken, milieuorganisaties – en daarna aan wat zij met elkaar gemeen hebben. Denk vervolgens aan: thuiszorg, rechtbanken, politie, uitkeringsinstanties, gemeenten. Wat is hun gemeenschappelijke noemer?
Ieder antwoord of beeld is goed. Maar toch ben ik wel benieuwd, waar u aan dacht. Als u positief ingesteld bent en niet meteen denkt aan de ontwikkelingen van de afgelopen twintig jaar, dan kwam u bij beide vragen wellicht zelfs tot hetzelfde antwoord: de overeenkomst is dat ze allemaal een bredere blik op de wereld hebben. Ze zijn allemaal betrokken bij het algemeen belang, een gezamenlijk belang. Ze zetten zich in voor “iets” wat uitstijgt boven het individu.
Of voelt het negatiever? Ziet u bij de eerste groep vooral een emmer water, waarvan een groot deel is verdampt? Of nog dramatischer: een emmer met gaatjes; het water stroomt eruit. Kan ook. En de tweede groep? Nu we toch bezig zijn; ook zij kunnen met één voorwerp worden verbeeld: een stopwatch. Voor uw dossier zijn tien minuten ingepland.
Ikzelf slinger nogal tussen de eerste instelling en de laatste. Hoe kan het toch dat mensen zich steeds minder verenigen in vakbonden? Waarom lopen de ledenaantallen van milieuorganisaties terug? Terwijl iedereen weet dat je als individu nergens bent. Een nummer, dat je kunt ontslaan en langs wiens huis je een snelweg kunt aanleggen waar iedereen 130 km per uur rijdt. Astma of niet. En tegelijkertijd: waarom krijg je bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State vijf minuten spreektijd? Waarom moet een dakloze via internet zijn uitkering aanvragen?
Veel mensen zeiden in de jaren 90: er moet eerst een crisis komen, voordat we de werkelijke waarden en ook elkaar weer ontdekken. Goed, als ik het journaal moet geloven (de file bij de Mediamarkt zegt mij wat anders), dan is het al enkele jaren crisis. En? De daling van leden en inkomsten van goede doelen was nog nooit zo groot.
Transitie-hoogleraar Jan Rotmans houdt ondertussen de moed er in: juist kleine nieuwe clubjes van mensen gaan elkaar vinden. Vooral ‘ad hoc’. Dat zijn de zogenaamde ‘kantelaars’. Hoe ad hoccer, hoe beter lijkt het.
Is dat dan de oplossing? Om eerlijk te zijn, vind ik het nogal wishful thinking om te denken dat je bijvoorbeeld best kunt zonder de structuren, kennis, fondsen en omvang van grote milieuorganisaties.
Maar goed, laten we het dan allebei maar doen. Met uw buurt gaat u zich druk maken over de weggesaneerde groenvoorziening. U richt een stichting op tegen die ene megastal of een verbreding van de snelweg. En als u voor de rechter staat, vraagt u of hij zijn stopwatch even opbergt, voor die ene zaak die echt belangrijk is: de uwe.
Geef een reactie