Colombia is een land met een ongelofelijk rijke biodiversiteit. En het is een van de gevaarlijkste landen voor activisten, ook nadat een vredesverdrag in december 2016 een eind maakte aan een halve eeuw burgeroorlog. Wij portretteren vijf natuur- en mensenrechtenverdedigers. Nahún Quintero is woordvoerder van een organisatie die strijdt tegen economische megaprojecten die het land verwoesten. Daarom wordt hij vervolgd en bedreigd – en moest hij zijn land verlaten.
“Onze organisatie is ontstaan als een strijd voor het leven. Niet alleen het leven van de mensen, maar ook dat van de bomen, het water, de grond, de vissen”, zegt boer en gemeenschapsleider Nahún Quintero. Hij is woordvoerder van de Beweging voor Boeren, Arbeiders en Gemeenschappen van de provincie El Cesar (MTCCC). “We begonnen in de tijd dat paramilitairen de bevolking moesten verdrijven zodat mijnbouw- en agrobedrijven hun grond konden opkopen. Dat deden zij met terreur en door het zaaien van angst.”
Al rijdend door de provincie El Cesar, in het noordoosten van Colombia, zien we eindeloze oliepalmplantages, veehouderijen en olie-raffinaderijen. Verderop naar het noorden liggen de steenkoolmijnen van onder andere multinational Drummond. Grond die ooit door kleine boeren als Quintero bewerkt werd. Zij hebben noodgedwongen hun land moeten verlaten, verdreven door paramilitaire groepen.
Weerstand
De MTCCC begon als antwoord op die terreur. Quintero’s organisatie wil de bevolking van de provincie organiseren zodat zij weerstand kan bieden aan de economische machten die haar bedreigen. Dat doen ze door de verschillende gemeenschappen te informeren, en analfabete boeren te leren lezen en schrijven. Ook organiseren ze workshops over onderwerpen als biologische landbouw en mensenrechten.
“Wanneer een nieuw bedrijf hier aankomt, organiseren we bijeenkomsten met de gemeenschappen over hun rechten en de gevolgen van het betreffende project”, zegt Quintero. “Vervolgens gaan we de straat op, met de boodschap aan de bedrijven dat ze hier niet zomaar hun gang kunnen gaan.” Zo verzetten ze zich onder andere tegen de geplande winning van koper en schaliegas in het gebied, en tegen de vervuiling van de olie-industrie. “We beroepen ons daarvoor op de Colombiaanse wet, die voorschrijft dat bij een economisch project op zijn minst de gemeenschapsraden geraadpleegd moeten worden.”
Plomo
“Wij staan niet toe dat ze ons leven komen vernietigen. Want wat heeft de bevolking aan het exploiteren van grondstoffen in ons gebied, als ons milieu en sociale leven daarmee verloren gaan? Niets”, zegt Quintero. “Maar vanaf het moment dat we begonnen te protesteren, en de bedrijven de toegang tot ons gebied te ontzeggen, hebben zij een militair apparaat opgetuigd om ons te vervolgen.” De gemeenschappen willen zorg, onderwijs en goede toegangswegen, zegt Quintero. “Land om te bewerken en autonomie over onze voedselvoorziening. Waardige levensomstandigheden, kortom. Maar wanneer we dat opeisen, is het antwoord plomo”: lood. Hij houdt zijn hand als een pistool in de lucht.
Bij verschillende manifestaties zijn leden van zijn organisatie vermoord. Drie anderen zitten in de cel, nadat ze bij protesten werden opgepakt. “De politie zegt dat het guerrillero’s zijn, hetzelfde argument als altijd.” Quintero zelf moest al drie keer huis en haard verlaten. De eerste keer nadat paramilities de vrouw van zijn broer vermoordden in 1998, de tweede keer in 2007, nadat hij aan een ontvoeringspoging ontsnapte. En afgelopen jaar moest hij voorgoed zijn finca (boerderij, red.) ontvluchten. Het leger maakte hem het leven onmogelijk. “De bezoeken begonnen tijdens ons protest tegen oliewinningsbedrijf Ecopetrol. Met MTCCC hebben we destijds de weg geblokkeerd om te eisen dat Ecopetrol het milieu beschermt en de al veroorzaakte schade herstelt. Sindsdien zagen we elke dag militairen op onze finca. Ze hielden ons in de gaten, we voelden ons niet meer veilig. Daarom heb ik de finca verkocht.”
Nog steeds krijgt Quintero regelmatig telefoontjes waarin zijn leven wordt bedreigd – en dat van zijn kinderen. Hij is bang. “We worden vervolgd en vermoord omdat we zeggen: Luister, deze grond is bedoeld om voedsel te produceren, en het water van de rivier is er voor de vissen. Omdat we strijden voor het leven.”
Geef een reactie