Prikkelen en debat aanjagen, dat wil Marco Visscher, initiatiefnemer van het boek Ecomodernisme, het nieuwe denken over groen en groei. Want hij maakt zich zorgen over de agendapunten van de milieubeweging. “We moeten af van de schouderklopjescultuur”
Ecomodernisten willen een groene wereld met méér van alles. Meer energie bijvoorbeeld, en meer welvaart, voor iedereen. Marco Visscher vindt dat de klassieke milieu- en ontwikkelingsorganisaties vastzitten in ideeën die de wereld juist niet vooruithelpen. Daarom schreef hij, met een aantal andere auteurs, een essaybundel over de onderwerpen energie, landbouw en voeding, natuur, en armoede en ontwikkeling. Dit boek van deze zelfverklaarde ecomodernisten wil prikkelen en, zoals Visscher het zelf noemt: “het stapt af en toe op een uitgestoken teen”.
Waarom vind je dit boek nodig?
“Ik maak me zorgen over de agendapunten van de milieubeweging op hernieuwbare energie, biologische landbouw en duurzame ontwikkeling. Ik denk dat ze onwenselijk zijn en veel schade zullen berokkenen aan de natuur en arme mensen.”
Wat is er mis met het agendapunt hernieuwbare energie?
“Met alleen zon en wind gaan we het klimaat niet stabiliseren. Hoewel wij geloven in technische innovatie, gaat de vooruitgang in opslagcapaciteit niet snel genoeg om op tijd over te stappen op 100 procent hernieuwbare energie. Bovendien zijn het materiaalverbruik en het ruimtebeslag te groot. Zonnepanelen hoeven geen ruimte te kosten, maar bij windmolens ligt dat anders. Bovendien heb je een achtervang nodig uit centrales die constant energie leveren. In Duitsland, dat zogenaamd het goede voorbeeld geeft, vallen ze terug op steenkool- en bruinkoolcentrales, waardoor de CO2-uitstoot daar niet afneemt. Wij vinden dat kerncentrales die rol moeten spelen. Het is betrouwbare, nagenoeg CO2-vrije energie. Frankrijk heeft daardoor een lage CO2-uitstoot. Het is nodig dat de milieubeweging erkent dat kernenergie groene energie is.”
Maar kernenergie kent toch ook grote nadelen?
“Natuurlijk zijn er nadelen. Sommige kerncentrales zijn verouderd, in sommige landen zijn ze gevoelig voor misbruik.En ik zal me er meer in moeten verdiepen voor ik me aansluit bij de bewering van sommige ecomodernisten, zoals Michael Shellenberger, dat kernafval geen probleem zou zijn. Maar er zijn ook spannende nieuwe ontwikkelingen. Neem thorium. In een thoriumcentrale is geen uranium nodig, is er minder radioactiviteit en geen kans op een meltdown. Die centrales bestaan nog niet, het ontwikkelen en bouwen kost tijd en geld, maar het potentieel ervan is zo groot dat we vinden dat je daarin moet investeren.”
Wat is er mis met het agendapunt biologische landbouw?
“Biologische landbouw is slecht voor de natuur. Biologische akkers hebben weliswaar meer biodiversiteit dan conventionele akkers, maar je hebt meer grond nodig voor dezelfde opbrengst. Dat gaat ten koste van de veel grotere biodiversiteit wanneer die grond natuur is. Wij pleiten daarom voor intensieve landbouw zodat er meer ruimte overblijft voor natuur.”
Momenteel wordt veel opbrengst echter als veevoer gebruikt.
“Er moet dan ook veel minder vlees gegeten worden. Het zal niet gemakkelijk zijn om grote groepen te verleiden vegetariër te worden. Ook daarvoor geloven we in innovatie. Kweekvlees kan voldoende eiwitten leveren en veel problemen met milieubelasting en dierenwelzijn oplossen.”
Om de bodem gezond te houden noemen jullie landbouw zonder spitten. Dat komt uit de permacultuur.
“We keuren niet standaard alles uit de klassieke milieubeweging af! Ik vind ook niet dat je moet stoppen met biologische landbouw, maar je kunt er de wereld niet mee voeden. Het is onverantwoord om het in ontwikkelingslanden aan te raden waar ze echt extra opbrengst nodig hebben. Wij vinden dat gentech beschikbaar moet zijn. Als een lijst Nobelprijswinnaars in een open brief schrijft aan de milieubeweging dat haar anti-gentechstandpunt onwetenschappelijk is en levens kost, dan moet je dat serieus nemen.”
Is dat ook je kritiek op het agendapunt duurzame ontwikkeling?
“Ja. Ik vind dat duurzaamheid een rem op ontwikkeling zet en dat organisaties als Oxfam Novib de lat veel hoger moet leggen voor armoedebestrijding. Ik heb ook zonnepanelen op m’n tuinhuisje, maar daarop kun je geen economie bouwen. Dat kan wel met een steenkoolcentrale. Dan moet je dat in Afrika niet tegenwerken.”
Energiebesparing wordt in het boek gelijkgesteld aan terugkeren naar armoede. Maar energiezuinige huizen, bijvoorbeeld, zijn toch comfortabel?
“Energiebesparing klinkt goed in onze westerse oren, maar het is geen thema voor het grootste deel van de wereldbevolking. Net als minder vlees en minder consumptie. Je hoeft niet de fouten van het westen te herhalen, maar ik vind wel dat – in plaats van de randjes van de armoede af te halen – iedereen zo snel mogelijk op ons welvaartsniveau moet komen. Daarvoor is veel meer energie nodig.”
Jullie willen meer ruimte voor natuur, maar het hoofdstuk daarover heeft – wat overdreven verwoorde – kritiek op natuurorganisaties.
“Natuur is niet noodzakelijk het beste af in handen van natuurorganisaties. Hun beleid gaat vaak ten koste van lokale gemeenschappen en, dichter bij huis, ook van onze eigen betrokkenheid bij de natuur. Overigens maakte Wybren Verstegen tijdens het debat over het boek een goed punt: wij gaan er te gemakkelijk vanuit dat toenemende welvaart leidt tot meer zorg voor natuur. Natuur waarderen is ons aangeleerd, zei hij. Natuuronderwijs is dan ook heel belangrijk.”
In het hoofdstuk over klimaat was het onduidelijk of je de conclusies van het IPCC onderschrijft. Met een alternatieve berekening voor klimaatgevoeligheid zou de opwarming trager gaan. Waarom?
“Ecomodernisten vormen een club waarin meningsverschillen bestaan en iedereen accenten anders zal leggen. Ik zou zeggen dat veruit de meeste ecomodernisten accepteren dat er klimaatverandering is en het verstandig is om de CO2-uitstoot terug te dringen. Ter illustratie: we zijn geen fan van kernenergie omdat we nou zo graag radioactief afval willen, maar omdat we minder CO2-uitstoot willen. Intussen wil ik ook aanvoeren dat wetenschappelijke klimaatmodellen voor verbetering vatbaar zijn. En dat het klimaatbeleid op punten tekortschiet: het is duur, weinig effectief en druist in tegen de prioriteiten van arme en opkomende landen.”
Bij intensieve landbouw en kernenergie kies je wel voor een wereldbeeld waarin je macht moet centraliseren.
“In ons clubje is hier veel over gediscussieerd. Sommigen van ons willen kerncentrales niet in Afrika vanwege de veiligheid, anderen denken dat het technisch mogelijk is problemen te voorkomen. Centralisatie wordt te pas en te onpas door groene organisaties gebruikt als argument. Ze willen bijvoorbeeld wel een sterke Europese Unie om gentech tegen te houden of groene stroom te subsidiëren, maar zouden dat niet willen om kernenergie veilig te houden. Ecomodernisten willen ook een sterke overheid, elektriciteit vinden we te belangrijk om over te laten aan bedrijven, burgers en NGO’s. Centralisatie van macht, in de markt of in de politiek, is pas slecht wanneer het tot slechte resultaten leidt. Ook de kritiek tegen grote bedrijven is selectief. Sommigen in de samenleving ageren graag tegen grote bedrijven, maar in de praktijk maken we er allemaal gebruik van, bij alles. Van de zoekmachines en medicijnen die we gebruiken tot de telefoons en auto’s die we aanschaffen. Dat vinden we over het algemeen gesproken ook niet allemaal een probleem. Wij ecomodernisten zijn voor gentech, niet voor Monsanto, je moet ervoor waken dat die de hele markt controleert – maar de groenen hebben daar ook geen goed antwoord op.
Wij hebben op onze beurt ook niet overal een antwoord op. Wat we willen, is een open en eerlijk debat. Je moet daarin je mening stevig neerzetten, maar losjes aanhangen. Als blijkt dat thorium niks wordt, is het natuurlijk absurd om dat te blijven voorstaan. Ik zou willen dat de traditionele groenen zich hetzelfde opstellen over hun standpunten. Wij willen af van die schouderklopjescultuur waarin álles wat de milieubeweging doet goed is. Ze heeft niet nóg een schouderklopje nodig, maar een schop onder de kont”
Wat vindt u? Heeft de milieubeweging inderdaad een schop onder de kont nodig? Laat het weten in de comments.
Hans Kanters zegt
Het stuk over ecomodernisme is heel interresant en realistisch groen doen is belangrijk maar je hebt veel grond nodig om alles op de biologische tour te doen. Tevens is kweekvlees interessant, mensen willen nou eenmaal vlees blijven eten, maar wel in mindere mate.
Henk Nijsingh zegt
Ik geloof geen snars van dit utopische verhaal van deze auteurs.
Biologisch boeren heeft de toekomst en de inzichten nemen alleen maar toe.
Deze auteurs pleiten voor grootschalige agrarische _industrie_, die juist een groot gevaar vormt voor de voedselveiligheid en wereldwijde ecologie. Dat is nu reeds het geval en kan nog veel erger worden. Het wordt tijd dat er opgetreden worden tegen de destructieve praktijken, fraude en het machtsmisbruik van Monsanto en Bayer! De EU moet de aanstaande monsterfusie van deze corporaties tegenhouden.
Waarom kweekvlees? Ook zo’n utopie. Waarom niet vegetarisch vlees? Ook die ontwikkeling bespreken de auteurs kennelijk niet, terwijl er juist grote sprongen worden gemaakt en de markt sterk groeit. Ook insectenvlees is een meer duurzaam alternatief voor gangbaar vlees en is een groeiende markt.
Maar de auteurs richten zich tegen de onschuldige milieubeweging en hebben zich kennelijk niet willen verdiepen in nieuwe ontwikkelingen in de biologische landbouw.
Wat een lafhartig en eenzijdig denken.