De Goldman Environmental Prize is dé prijs voor grassroots milieuactivisten. De prijs wordt sinds 1990 elk jaar op de Dag van de Aarde uitgereikt aan zes mensen. Zij krijgen internationale erkenning, een geldbedrag en een bronzen beeld voor hun inspanningen en opofferingen voor een wereld die groener en rechtvaardiger is. De geschiedenis van de prijs weerspiegelt een wereldwijde, niet aflatende strijd – en successen. Dit is de winnaar voor Azië:
Prafulla Samantara
Mensenrechtenactivist in Odisha, India
Zorgde dat dorpsraden mogen beslissen over mijnbouw in hun regio; de Dongria Kondh stemden een bauxietmijn weg
Het Niyangiri heuvelgebied in India is een van de meest biodiverse wildreservaten in de oostelijke kuststaat Odisha. Het is de woonplaats van de Dongria Kondh, een gemeenschap van achtduizend mensen voor wie de heuvels heilig zijn. De regio is rijk aan mineralen, waaronder bauxiet. Mijnbouwprojecten worden er steeds talrijker. De wegen die daarvoor worden aangelegd, maken de bossen kwetsbaar voor stropers en ontbossing.
In 2004 tekende de Odisha State Mining Company (OMC) een overeenkomst met het Londense Vedanta Resources voor een open bauxietmijn in de Niyamgiri heuvels. De Dongria Kondh werden niet geraadpleegd. De overeenkomst was aangekondigd in Engelstalige landelijke kranten en gepubliceerd op de website van het ministerie van milieu. De Dongria Kondh spreken geen Engels en internet geen gebruiken. Zij waren niet geïnformeerd en hadden niet ingestemd. Activist en mensenrechtenverdediger Prafulla Samantara (65) startte een campagne.
Unaniem
Samantara, zelf afkomstig uit Odisha, reisde fietsend en lopend van dorp naar dorp om mensen te mobiliseren. In november 2004 diende hij een petitie in bij het Central Empowered Committee (CEC) van het Hooggerechtshof, over de milieu-, mensen- en volkerenrechtenschendingen. Daarmee was hij de eerste burger die de juridische strijd aanbond met een door de staat geleid winningsproject. Die strijd duurt inmiddels al twaalf jaar. Ondanks intimidatie door de staatspolitie en Vedantapersoneel, organiseerden Samantara en de dorpelingen allerlei protesten. Er waren geweldloze sit-ins in Bhubaneshwar, de hoofdstad van Odisha. Ook vormden zij een zeventien kilometer lange menselijke ketting om te voorkomen dat Vedanta hun land betrad.
In 2010 verkochten twee grote investeerders in Vedanta – de Noorse overheid en de Church of England – hun aandelen in het bedrijf. In 2013 gaf India’s Hooggerechtshof de beslissingsbevoegdheid aan de dorpsraden van de Dongria Kondh. Zij stemden unaniem tegen de bauxietmijn. Bauxietmijnbouw in de regio is nu definitief van de baan. Samantara’s zaak heeft bovendien een precedent geschapen. Lokale dorpsraden in het hele land krijgen beslissingsbevoegdheid bij mijnbouwactiviteiten in hun regio’s.
Geef een reactie