Het leek een pure win-win-situatie: snoeiafval uit het natuurbeheer gebruiken voor opwekking van groene energie. Langzaam komen echter ook de negatieve effecten aan het licht voor de Nederlandse natuur, en die in het buitenland.
Tonnen groenafval komen jaarlijks uit de natuur door het onderhoud van onze bossen en natuurgebieden. Nederland kent immers veel half-natuurlijke terreinen – ooit door de mens gecreëerd – die zonder onderhoud niet blijven bestaan. Heide wordt geplagd, gras en riet worden gemaaid, bossen worden gedund om de beste bomen meer ruimte te geven. Het restafval bleef tot voor kort achter in de terreinen, of werd gestort bij een composteringsbedrijf. Door subsidies op het gebruik van biomassa voor warmte- en energieopwekking, kwam er echter een nieuwe markt voor dit ‘afval’. Een welkome nieuwe inkomstenbron voor de natuurorganisaties, die door bezuiniging juist in zwaar weer waren beland.
Maar een te fanatieke afvoer van biomassa uit de natuur ligt op de loer. Langzaam worden de negatieve effecten daarvan duidelijk. Met name in voedselarme bossen dreigt schade aan bosbouw en ecologie.
Afvoer mineralen
“We ontnemen het bos belangrijke voedingsstoffen”, legt Anjo de Jong van onderzoeksinstituut Alterra uit. Hij schreef onlangs het rapport ‘Ecologie van bosbodems’, waarin de werking van bosbodems en de mogelijke effecten van biomassa-oogst hierop uiteen worden gezet. “Bij de houtoogst werden eerder alleen de stammen uit het bos gehaald. De achterblijvende takken en bladeren zijn belangrijk voor de bodemopbouw en vooral voor de beschikbaarheid van nutriënten. Tegenwoordig wordt in toenemende mate ook het takhout geoogst om op te stoken in de oven van de energiecentrale. Maar dit zijn juist de delen van de boom waar veel mineralen in zitten. Die mineralen komen normaal gesproken langzaam in de bodem terecht en worden beschikbaar voor het bodemleven en planten en bomen in het bos, maar nu verdwijnen ze uit het systeem. En al is de totale massa van dat takhout niet zo groot, toch kan de afvoer van voedingsstoffen op deze manier wel verdubbelen.”
Nou is dat op veel plekken in Nederland niet zo’n probleem, daar is de grond rijk aan voedingsstoffen. Maar op de hoge zandgronden, waar juist veel van onze bossen staan, is dit anders. Deze gebieden hebben van nature een arme bodem en door zure regen en natuurlijke bodemvorming zijn veel mineralen als fosfor en calcium voor een deel al uit de grond verdwenen. De gevolgen zijn in Nederland nog maar weinig onderzocht, maar onderzoeksresultaten in het buitenland geven reden tot zorg. “We zien daar dat volgende generaties bomen de eerste tien jaar minder hard groeien. Dat is dus uiteindelijk ook slecht voor de houtproductie”, aldus De Jong.
“Bosbodems hebben daarnaast een enorme biodiversiteit, en al die bodemdieren en schimmels zijn heel bepalend voor processen in de bodem. Buitenlandse studies laten soms een direct korte-termijneffect op het bodemleven zien. Hoe dat in Nederland zit, weten we niet, maar effecten zullen er waarschijnlijk vooral indirect en op langere termijn zijn. Als de bodem verarmt, verandert de samenstelling van het bodemleven. Er komen soorten die de organische stof minder snel omzetten. Maar de bodem is zo complex, dat het soms toch net anders werkt dan je zou vermoeden. Daarom moeten we de ontwikkelingen in terreinen waar biomassa wordt geoogst goed blijven monitoren.”
Uitgemergelde sperwers
Een andere onderzoeker die waarschuwt voor het weghalen van biomassa uit het bos, is Arnold van den Burg. Hij deed afgelopen jaren voor verschillende onderzoeksinstellingen onderzoek naar ecologische gevolgen van onnatuurlijke verhoudingen van voedingsstoffen in de bodem. Het is een complex verhaal, dat te maken heeft met de balans tussen stikstof enerzijds en andere nutriënten anderzijds. In Nederland zit veel stikstof in de lucht, vrijgekomen uit mest en uitlaatgassen. Van stikstof is daarom meestal een overschot in de lucht en in de bodem. Nutriënten als fosfor, calcium en magnesium zijn vaak maar beperkt beschikbaar. Deze onbalans brengt vreemde mechanismen in bomen teweeg. Door een andere beschikbaarheid van chemische elementen, maken bomen in hun bladeren andere aminozuren (de bouwstenen voor eiwitten) aan dan gewoonlijk.
Rupsen die van deze bladeren eten, leggen massaal het loodje, ontdekte Van den Burg. “De rupsenpopulatie is helemaal in elkaar geklapt in die bossen”, vertelt hij. “En in proeven die we hebben gedaan, bleken rupsen een voorkeur te hebben voor de bladeren die andere aminozuren aanmaken, maar er uiteindelijk wel aan dood te gaan. Het is niet duidelijk of de stoffen in het blad nou giftig voor ze zijn, of dat ze last hebben van een tekort aan aminozuren, maar er is in elk geval een duidelijk verband.”
De veranderde beschikbaarheid van aminozuren blijkt zelf in de hele voedselketen door te werken. “Enkele jaren geleden zagen we ineens veel uitgemergelde sperwers. Dat bleek te komen door een tekort aan eiwitten.” Ook vermoedt Van den Burg een verband met het niet-uitkomen van eieren van zangvogels.
Overigens is dit hele fenomeen niet zozeer toe te schrijven aan de oogst van biomassa; vooral vermesting en verzuring spelen een rol. Maar weghalen van biomassa, en daarmee van mineralen, vergroot het probleem, waarschuwt Van den Burg. “Eerder dachten we dat het afvoeren van biomassa juist een oplossing kon zijn voor het probleem, omdat je daarmee heel veel stikstof afvoert. Maar die stikstof komt vanzelf weer uit de lucht, terwijl je de mineralen niet terugkrijgt. De disbalans wordt dus alleen maar groter. Daarom zou ik zeggen: laat takken en strooisel vooral liggen.”
Terughoudend
Reden voor natuurbeherende organisaties om te stoppen met biomassa-oogst? Dat niet, maar ook binnen deze organisaties bestaan zorgen over negatieve effecten. Zo kijkt Erwin Al van Staatsbosbeheer, zelf opdrachtgever van het genoemde Alterra-rapport, naar eigen zeggen al langer kritisch naar de takoogst op zandgronden. Hij droeg bij aan een driedeling in type bossen, om de meest kwetsbare terreinen te sparen. “We hebben onderscheid gemaakt tussen de armste zandgronden waar we geen biomassa oogsten, de rijke gronden waar dat zonder problemen kan, en een tussencategorie. Bij die laatste oogsten we één keer per omloop maximaal zestig procent. Maar we blijven kritisch naar die tussencategorie kijken en stimuleren daarom de komende jaren nader onderzoek naar hoe bosbodems functioneren.”
De andere grote natuurbeheerder, Vereniging Natuurmonumenten, is ook voorzichtiger. “Sinds die zorgen enkele jaren geleden opkwamen, zijn wij terughoudender geworden”, zegt Hans Massop, bij de vereniging verantwoordelijk voor het biomassa-beleid. “Op de meest arme gronden oogsten we dan ook geen takhout meer.” Massop ziet vooralsnog geen reden nog terughoudender te worden, maar zegt alert te blijven. “Onze eerste taak is immers natuurbeheer, dat staat voorop.”
As terugstrooien
In andere Europese landen, zoals het Verenigd Koninkrijk, zijn strenge richtlijnen opgesteld voor biomassa-oogst uit natuurgebieden, weet onderzoeker De Jong. “Daar mag je op bepaalde bodems geen takhout oogsten, of moet je een deel laten liggen. Of je moet de as na verbranding terugstrooien in het bos.” Dat laatste gebeurt ook in Zweden, maar is in Nederland juist verboden. “Volgens de mestwetgeving moet je exact weten wat er in de mest zit, dat weet je bij verbranding van hout gewoon niet, dat kan enorm variëren. En het brengt een schok teweeg, veel nutriënten komen in korte tijd vrij”, aldus De Jong.
Staatsbosbeheer werkt mee aan de ontwikkeling van een zogenoemde schone biochar, koolstofkorrels gemaakt van houtsnippers en grondstoffen uit houtas uit de verbrandingsoven. “Dat is een project van de WUR en ECN waar we nu aan bijdragen”, vertelt Al. “Daarvoor gebruiken we enkel en alleen as van natuurlijk hout, zonder vervuiling. Ze kunnen dat als het ware programmeren om langzaam voedingsstoffen af te geven. Dat zou ideaal zijn. Mogelijk kunnen we daarmee in de toekomst toch op meer terreinen verantwoord biomassa oogsten.”
Eibert Draisma zegt
Wordt er in bossen en steden niet te veel gekapt om aan biomassa te komen voor de opwekking van energie? Zo worden er in de oudere wijken van Almere massaal net volwassen, ca 30 jaar oude bomen gekapt die wel 150 jaar oud kunnen worden. De Gemeente beroept zich daarbij op bewonersklachten over “overlast” van schaduw, afvallende blaadjes en vogelpoep op geparkeerde auto’s en totaal betegelde tuinen. Maar de gekapte bomen worden grotendeels opgestookt.
Thomas zegt
Ik zie in n stad als Arnhem ook zeer fanatiek biomassa gegraai. De stad is bomenrijk, maar heeft de kapvergunning afgeschaft en sindsdien is de kettingzaag vaak te horen. Dan heb je ook de bladblazers nog die in rookwolken en herrie voor dag en dauw voor je deur staan te knetteren.
Pieter Kuiper zegt
Sporadisch tref ik in West Europa nog een stukje oerbos aan. Daar mag niets worden gedaan, niet gekapt, niets weggenomen. Jaren geleden zag ik een klein stukje oerbos in wording bij het Duitse Varel, vlakbij eigenlijk. Misschien een idee om substantiële gebieden te bestemmen als oerbos, waar niets mag gebeuren. Wellicht met ecologische verbindingszones.
Jeroen zegt
Heel goed idee Pieter!
Arno zegt
Jammer dat beleid vooral gemaakt wordt door mensen zonder enige visie en gemeenten tegenwoordig meer bezig zijn met ontwikkelen van allerlei korte termijn verdienmodellen. De overheid maakt meer kapot dan ons lief is.
Edu zegt
de mensen zijn dom bezig, en denken niet logisch.
alles is de natuur draait om recycling van voedings-stoffen.
Haal je dat weg, dan verarmd de voedingsbodem.
Alles wat leeft, .. eet, drinkt en laat ook wat achter in vorm van mest dat dan weer verder afgebroken word tot vruchtbare voedingsbodem voor planten, die ons weer voeden, maar de mens wil maar 1 ding, doorgaan met energie winning ten koste van alles, en dat is niet logisch voor onze nakomelingen.
Wie gaat dat uitleggen?
Nelly Goldstein-Meijnema zegt
We hebben zóveel hout nodig! Maar nog bruikbaar hout wordt verspild in plaats van hergebruikt; voorbeeld: het bouwen van de hoogste pallets-berg op het strand, die op oudjaar in brand wordt gestoken…..een wedstrijd voor jongeren!!
O, we houden zo van tradities, maar we zijn ook zó dom…..
David Meijer du Jardin zegt
Je slaat de spijker waar hij hoort Nelly, wat je noteerde is onomstotelijk waar!!
Hans zegt
Op dit moment worden weer massa’s snoeihout ingezameld voor de middeleeuwse traditie van het paasvuur stoken. Middeleeuws in de zin van achterlijk dus. Fijnstof, gifstoffen en kankerverwekkers komen vrij in de directe nabijheid van mensen, superongezond. En maar roepen dat hout verbranden CO2-neutraal is. Mensen denk eens na.
Is het niet het paasvuur of het oudjaarsvuur, dan is het de vuurkorf, de barbecue, de open haard, de houtkachel en het kampvuur. En dan de gemeentes die boeren in het buitengebied ontheffing geven voor open vuren. Dat alles terwijl Nederland al zo’n slechte luchtkwaliteit heeft…
David Meijer du Jardin zegt
AL MET AL, MET ZO VEEL VERDEELDHEID {VOORAL OERDOMHEID} REDDEN WE DE PLANEET NIET …….. EN HET WORDT ALLEEN MAAR GEKKER MET STUURLIEDEN DIE VOOR HET GROTE GELD GAAN! HET IS DE HOOGSTE TIJD OM ANDERE MAATSCHAPPELIJKE WEGEN TE BEWANDELEN, EN WIE GEEN INZICHTELIJKE KENNIS VAN ZAKEN HEEFT ………….. MOET ER UIT, MAAR HOE?????!!