Volgens experts speelde klimaatverandering een belangrijke rol in het uitbreken van de Syrische burgeroorlog. Moet Europa zich voorbereiden op een toenemend aantal klimaatvluchtelingen?
Waarom zijn er zoveel Syrische vluchtelingen onderweg naar Europa op dit moment? De redenen daarvoor zijn complex. Jarenlange repressie door de Syrische regering, religieus fundamentalisme en de sektarische anarchie in buurland Irak hebben allemaal bijgedragen aan de snelkookpan van burgerlijke ontevredenheid die in 2011 uiteindelijk ontplofte en Syrië in een smeulende puinhoop veranderde. Er is echter één belangrijke factor die in de meeste analyses van het conflict over het hoofd gezien wordt. Die factor is klimaatverandering.
Eerder dit jaar presenteerde het Earth Institute van de Amerikaanse Columbia Universiteit een rapport over de klimatologische veranderingen die aan de opstand in Syrië vooraf gingen. Wat blijkt? Van 2006 tot 2011 werd het platteland van Syrië geteisterd door de ergste droogte sinds mensenheugenis. Boerenfamilies trokken daarom naar de toch al overbevolkte steden van het land en er ontstond een explosief mengsel van uitzichtloosheid in de buitenwijken, voedselschaarste en armoede op het platteland, tegenvallende landbouwopbrengsten en een vervolgens desastreuze reactie van het regime van president Bashar al-Assad dat direct zijn toevlucht nam tot geweld om elke oppositie de kop in te drukken.
Kun je vluchtelingen zoals deze Syriërs dan zien als klimaatvluchtelingen? De discussie hierover is complex, maar maakt één ding heel duidelijk, klimaatverandering gaat niet over klimaat alleen.
Ongewone droogte
Het gebied dat we nu kennen als het Midden-Oosten is een prima voorbeeld. Het was zo’n twaalfduizend jaar geleden de bakermat van de landbouw. De regio gaat echter ook sinds mensenheugenis gebukt onder extreme weersomstandigheden.
Toch is er de laatste jaren iets veranderd. De temperatuurstijging die zich de laatste decennia heeft voorgedaan lijkt namelijk structureel te zijn en daarnaast ook nog eens netjes te overlappen met mondiale opwarmingspatronen, zo concluderen de onderzoekers van Columbia Universiteit. Windpatronen die eerder regen vanaf de Middellandse Zee het Syrische binnenland in brachten zijn opeens veranderd en door de stijgende temperaturen verdampt het overgebleven vocht in de toch al uitdrogende bodem de laatste jaren veel sneller.
Een droge periode die in Syrië dus eigenlijk niet heel abnormaal zou zijn geweest, kon door die omstandigheden veranderen in een aanhoudende en desastreuze droogte die meer dan 1,5 miljoen plattelanders naar de stad dreef, zegt Colin Kelley van de prestigieuze Amerikaanse universiteit: “Het is onmogelijk om te weten of de opstand ook had plaatsgevonden zonder die droogteperiode vooraf. Dit was niet de eerste keer dat er sprake was van droogte in het land. Maar de heftigheid ervan in 2011 was ongehoord.”
Kelley is klimatoloog en de hoofdauteur van het rapport van Columbia Universiteit. Volgens hem zijn er nog meer gebieden in het nabije Oosten en in Afrika waar de gevolgen van klimatologische veranderingen in de toekomst voor problemen, en in het slechtste geval voor conflict en meer ontheemden, kunnen gaan zorgen. “Veel landen in het Midden-Oosten en Noord-Afrika zijn absoluut kwetsbaar als het gaat om waterstress of hun voedsel- en energiezekerheid”, zegt Kelley. “In de hele regio wordt een algehele temperatuurstijging verwacht die de grond verder zal uitdrogen. Elk land kent natuurlijk zijn eigen context en die moet ook als zodanig bestudeerd worden. We moeten niet te snel conclusies willen trekken. Zo is Jemen recentelijk getroffen door twee ongewoon zware cyclonen. Of die te maken hebben gehad met klimaatverandering weten we dan weer niet. Maar de omstandigheden in de regio als geheel geven wel alle reden tot grote zorg.”
Toch waakt de Amerikaanse wetenschapper ervoor om klimaatverandering aan te wijzen als de hoofdschuldige van de crisis in Syrië: “Wij zijn heel voorzichtig met het veronderstellen van een directe link tussen de Syrische opstand, de droogte en zelfs de invloed van klimaatverandering dáárop. De mensen die op dit moment op de vlucht zijn naar Europa zijn op zoek naar een beter leven en doen dat voor een aantal verschillende redenen. Factoren als werkgelegenheid spelen daarin ook een rol. Het conflict in Syrië een klimaatoorlog noemen is dan ook veel te simplistisch.”
Geneefse Conventies
Alhoewel termen als ‘klimaatoorlog’ of ‘-vluchteling’ pas recentelijk in zwang beginnen te raken, is kennis over de grote invloed die klimaatverandering kan hebben op veiligheidsissues en migratiepatronen niet nieuw.
In 2001 schatte het Internationale Rode Kruis het aantal mensen op de vlucht voor extreme weersomstandigheden al hoger in dan het aantal oorlogsvluchtelingen op dat moment. In 2009 registreerde de internationale hulporganisatie niet minder dan 36 miljoen mensen als klimaatvluchtelingen. Toch duurde het tot 2014 voordat de eerste klimaatvluchtelingen officieel erkend werden. Een familie uit de kleine eilandengroep Tuvalu in de Grote Oceaan kreeg, met verwijzing naar de zeespiegelstijging, asiel in Nieuw-Zeeland.
Het grote probleem is volgens de meeste experts dat het in de meeste gevallen eigenlijk heel erg onduidelijk is wanneer iemand nou echt op drift is geraakt vanwege die klimatologische oorzaken. Er bestaat immers een heel palet aan redenen dat mensen tot migratie kan drijven. Dus wanneer kan iemand zich officieel een klimaatvluchteling noemen?
In 2011 gaf het Europees Parlement daarom opdracht aan het International Centre for Migration Policy Development (ICMPD) om klimaatmigratie aan een serieus onderzoek te onderwerpen. Klimaatvluchtelingen worden immers niet beschermd door Geneefse Conventies over humanitair en vluchtelingenrecht en kunnen dus ook geen aanspraak maken op bescherming in de Europese Unie, zoals oorlogsvluchtelingen dat wel kunnen. Een situatie die de EU voor een levensgroot dilemma stelt als zich opeens wel klimaatvluchtelingen aan de poort melden, zegt Marion Noack van het in Wenen gevestigde ICMPD.
“Op Europees niveau bestaat er op dit moment geen beleidsinstrument dat specifiek geldt voor personen die vanwege milieuredenen op de vlucht zijn en ook geen provisies onder bestaande beleidsinstrumenten die dermate breed geïnterpreteerd kunnen worden dat ze inwoners van derde landen kunnen beschermen die door klimaatincidenten getroffen zijn”, schrijven Noack en haar collega-onderzoekers in 2012 in een uitgebreid beleidsadvies aan het Europees Parlement. Er bestaat immers geen internationaal geldende definitie voor wat een klimaatvluchteling precies is.
Tijdelijke status
Eén van de potentiële beleidsinstrumenten die het ICMPD in de studie heeft bekeken om in de toekomst efficiënter om te kunnen gaan met de voorspelde toename in het aantal klimaatvluchtelingen, is het verlenen van een tijdelijke beschermingsstatus aan deze specifieke groep migranten. Mocht er zich een noodsituatie voordoen die een massale migratiestroom richting Europa ten gevolge heeft, dan kan de Europese Raad daardoor bijvoorbeeld toestemming geven om vluchtelingenregistratie in dat geval tijdelijk collectief in plaats van individueel af te handelen.
Het simpelweg verruimen van wie wel en niet onder de in de Conventie van Genève vastgelegde voorwaarden recht heeft op directe bescherming, is volgens Noack in ieder geval niet realistisch: “Zeker als het gaat om klimaatverandering is het lastig hard te maken dat iemand ook daarom gevlucht is en niet om economische redenen. Die definities zijn op dit moment glashelder. Als je die gaat oprekken kan dat ten koste gaan van de bescherming van bijvoorbeeld mensen die vluchten voor een conflict.”
Wat dus ontbreekt is een juridisch mechanisme voor personen die op de vlucht zijn vanwege milieuproblemen als droogte, landdegradatie of verwoestijning die nou geen onmiddellijke noodsituatie opleveren. Dat is lastig, zegt Noack. “Want het effect van klimaatschokken kan in plattelandssamenlevingen groter zijn. Maar in die rurale context kan evengoed het aanpassingsvermogen van mensen groter zijn dan in beter ontwikkelde maar complexere stadssamenlevingen. Wie is dan precies de klimaatvluchteling?”
Ontwikkelingsdoelen
Dat blijft dus lastig vast te stellen. Ondertussen wordt het probleem wel steeds meer onderkend. President van de Europese Commissie Jean-Claude Juncker waarschuwde op 9 september 2015 in Straatsburg voor de dreigende toestroom van klimaatvluchtelingen die Europa in de nabije toekomst te wachten zou staan. Ook de Franse president Hollande deed een duit in het zakje door te waarschuwen voor ‘miljoenen’ in plaats van de huidige ‘honderdduizenden’ vluchtelingen als gevolg van de klimaatverandering.
Frank Biermann, hoogleraar politicologie & milieubeleid aan de Vrije Universiteit van Amsterdam, denkt er net zo over. Hij schreef in 2010 al een alarmerend rapport waarin hij stelt dat het aantal klimaatmigranten in 2050 wel eens zou kunnen oplopen tot 200 miljoen.
Of zijn apocalyptisch klinkende schatting realistisch is, ligt voor een groot deel aan de gebruikte definitie, zegt Biermann. Mensen die een door zeespiegelstijging bedreigde Nijldelta moeten ontvluchten zijn zonder twijfel klimaatvluchtelingen. Maar of mensen die met geweld van hun landbouwgrond worden verdreven om plaats te maken voor een palmolieplantage dat ook zijn, is minder duidelijk: “De vraag is inderdaad wie je meetelt in zo’n definitie”, zegt Biermann. “Vaak ontbreekt immers de directe causaliteit. Maar dat mag geen excuus zijn om de ernst van het probleem te ontkennen. Hoe realistisch het aantal van 200 miljoen vluchtelingen in 2050 is weet niemand. Ik kies ervoor het gevaar niet te bagatelliseren. Dat getal is geen voorspelling. Het is een indicatie van wat er kan gebeuren als we niets doen.”
Om een chaotische toekomst vol klimaatmigranten te voorkomen moet de discussie dan ook helemaal niet gaan over migratiebeleid of de omgang met migranten, zegt hij stellig. Volgens hem is een ambitieus klimaatbeleid de enige manier om de vluchtelingenstromen die de EU vreest te voorkomen. En om coherent klimaatdoelen te kunnen coördineren is mondiaal beleid noodzakelijk, stelt hij in zijn boek.
Een voorbeeld van hoe zo’n mondiaal systeem eruit zou kunnen zien, zijn in Biermanns optiek de in september ondertekende Duurzame Ontwikkelingsdoelen van de Verenigde Naties: “Die zeventien doelen zijn een prachtig framework voor regionaal, nationaal en internationaal beleid. Onze regeringen moeten nu aan de slag om de Duurzame Ontwikkelingsdoelen te vertalen in concrete beleidsprogramma’s. De landen die het meest de gevolgen gaan ondervinden van klimaatverandering kunnen daaraan niet in hun eentje het hoofd bieden. Om meer klimaatvluchtelingen te voorkomen moet een land als Nederland daarom in zijn ontwikkelingsbeleid rekening houden met mondiaal vastgelegde duurzaamheidsprincipes, maar ook de uitstoot van broeikasgassen terugbrengen en een buitenlandbeleid formuleren dat op een lijn ligt met die duurzaamheidsagenda.”
Escalatie
Het Amerikaanse Pentagon noemt klimaatverandering bovendien een ‘threat multiplier’. Het kan immers het laatste zetje zijn voor onrust in landen waar de verhoudingen toch al onder druk staan, waardoor de kans op conflicten verveelvoudigt. Maar de implicaties die klimaatproblemen gaan hebben voor internationale veiligheid en stabiliteit zijn een politiek onderschat fenomeen, volgens Francesco Femia. Hij is medeoprichter en directeur van het in Washington D.C. gevestigde Center for Climate and Security (CCS). Deels komt die onderschatting door die uiterst onduidelijke en onnoemelijk complexe oorzaak-gevolgrelaties, stelt hij. Wie uiteindelijk de gevolgen gaat dragen van mondiale klimaatverandering is immers vooralsnog koffiedik kijken. Venetië kan evengoed te maken krijgen met zeespiegelstijging als de Malediven.
En waar die klimatologische veranderingen het laatste duwtje zullen zijn in de richting van politieke instabiliteit en vluchtelingenstromen is al even moeilijk te voorspellen, benadrukt hij: “Natuurlijk moeten we de plekken die al te lijden hebben onder chronisch watertekort, honger of een falende staat scherp in de gaten houden”, zegt Femia. “In Somalië, bijvoorbeeld, bestaat helemaal geen centraal gezag, klimaatschokken zullen daar absoluut desastreus zijn. Maar in het geval van Syrië zag niemand binnen de internationale gemeenschap aankomen dat het nou juist daar zou misgaan. Zelfs onder het repressieve regime van Assad was het land stabiel en werd over de rand geduwd door een aanhoudende droogte waardoor er allerlei factoren opeens bij elkaar kwamen in een giftige mix. We zullen veel breder in kaart moeten gaan brengen waar in de toekomst problemen kunnen gaan ontstaan als we verdere escalaties willen voorkomen. In Syrië hadden veel waterproblemen op het platteland bijvoorbeeld opgelost kunnen worden door middel van betere irrigatietechnieken.”
Migratiebeleid, duurzaamheid en veiligheidsbeleid hangen allemaal samen, zegt de Amerikaan. “Het oplossen van klimaatproblemen behoort niet alleen tot het domein van ontwikkelingsministeries of milieuorganisaties. Dit moet op het hoogste politieke niveau aangepakt worden. Dat klinkt heel ambitieus. Maar die ambitie is wel wat er nodig gaat zijn om mondiale instabiliteit te voorkomen.”
Vluchtelingenbeleid gaat dus niet alleen over vluchtelingen net zoals klimaatproblemen over veel meer gaan dan klimaat alleen. Een muur om Europa bouwen om vluchtelingen buiten te houden en niks doen aan consistent en ambitieus klimaat-, ontwikkelings- en zelfs veiligheidsbeleid gaat geen zoden aan de dijk zetten en is zelfs gevaarlijk, waarschuwt Femia: “We moeten het grotere plaatje leren zien en goed bedenken welke impact klimaatverandering heeft op natiestaten en dus op veiligheid en ook op vluchtelingenstromen. Als een nucleaire staat als Pakistan in een regio waar veel terroristen zich ophouden, opeens in elkaar stort omdat ze geen smeltwater meer krijgen uit de Himalaya, dan ontstaan er serieuze veiligheidsproblemen. We moeten dus nu beginnen met preventieve oplossingen verzinnen voor gebieden die instabiel zijn en dat kunnen worden. Alleen maar reageren op het moment dat de vluchtelingenstroom al op gang is gekomen heeft geen zin. Want anders zal het aantal fundamenteel instabiele regio’s de komende eeuw alleen maar gaan groeien.”
Studio zvz zegt
Mogelijk van toepassing: Woestijnbevloeier o.a
http://www.zelfvoorziening.nl/nieuwsbrief_42.html#woe