Dat zegt Dorine van Norren, jurist, ambtenaar en diplomaat. Onlangs promoveerde zij op een onderzoek naar filosofieën van drie verschillende continenten.
Met een individualistische en antropocentrische filosofie roept het westen klimaatverandering over zichzelf af. Om de ecologische crisis het hoofd te kunnen bieden, moeten we daarom luisteren naar de filosofieën van andere continenten. Van Norren onderzocht de betekenis van Ubuntu (Zuidelijk Afrika), Buen Vivir (Ecuador) en Gross National Happiness (Bhutan) voor de Duurzame Ontwikkelingsdoelen van de VN.
Hoe kwam je op het idee voor dit proefschrift?
“In 2010 schreef ik voor de Adviesraad Internationale Vraagstukken een evaluatie van de Millenniumdoelen. Die zouden namelijk in 2015 aflopen. Iedereen was erg tevreden over de tekst, behalve ikzelf. Ik vond dat er een essentiële dimensie ontbrak, namelijk de visie van de mensen on the ground. In 1994 studeerde ik een jaar in Kaapstad. Ik woonde er in een zwarte studentenresidentie en merkte hoe belangrijk de Afrikaanse denktraditie Ubuntu voor de mensen is.
Buen Vivir en Gross National Happiness van Bhutan kwam ik tegen in boeken; tijdens mijn drie jaar in Sri Lanka als diplomaat had ik al kennisgemaakt met het boeddhisme.
Ik stelde voor om inheemse filosofieën bij de evaluatie te betrekken, maar dat werd door enkele adviesleden meteen van tafel geveegd. Het zou een culturele relativering van de mensenrechten betekenen. Twee maanden later werd in de algemene vergadering van de VN toch een resolutie van Bhutan aangenomen over het belang van Happiness voor de Millenniumdoelen. De hoogleraar die het rapport begeleidde, zei toen: ‘Je had toch gelijk’.”
Wat maakt deze drie filosofieën relevant?
“We kunnen leren van een andere manier van kijken naar de verhouding tussen mens en natuur. Wij in het westen denken individualistisch. Maar als je denkt vanuit Ubuntu of Buen Vivir moet je het woord ‘ik’ vervangen door ‘wij’. Volgens Ubuntu zijn we pas mens door de verbondenheid met alles en iedereen om ons heen. Daarbij horen ook de generaties die voor ons kwamen en de toekomstige generaties. De rechten van die laatsten zijn sinds 1996 in de grondwet van Zuid-Afrika opgenomen.
In Ecuador zijn de rechten van de natuur in de grondwet opgenomen. En in Bhutan kent de grondwet een burgerplicht om voor de natuur te zorgen. Daar geldt dat de natuur heilig is en dat je respect moet hebben voor alle levende wezens. Ik had ook nog de Green Islam en de Aboriginals kunnen bestuderen, eigenlijk wilde ik graag één filosofie per continent. Maar met drie filosofieën had ik al een gigantische taak op me genomen. Mijn proefschrift telt nu 300 pagina’s, plus 300 pagina’s bijlagen.”
Je pleit voor een herijking van de mensenrechten in deze tijd van klimaatverandering. Waarom?
“We zeggen wel: mensenrechten zijn universeel, maar ze zijn opgezet vanuit een individueel perspectief. Terwijl er ook volkeren zijn die veel meer collectivistisch denken. Zo ziet Ubuntu het leven als een grote oefening in wederzijdse hulp. En de inheemse volken van Noord- en Zuid-Amerika zien alles als reciprociteit: tussen mensen onderling, tussen alle levende wezens én tussen mens en natuur.
In de mensenrechten staan menselijke waardigheid en vrijheid centraal. Maar volgens de boeddhisten gaat het om de waardigheid van álle levende wezens. En de ‘indianen’ zien de waardigheid van moeder Aarde als eerste rechtsbeginsel, boven de menselijke waardigheid. Zij vinden ook dat een rechtssysteem de harmonie tussen mensen onderling en tussen mens en natuur moet herstellen. Wij hebben een antropocentrische opvatting van recht. Doel is vaak vooral het beschermen van individueel eigendom. Met het oog op de klimaatverandering zou je een heel nieuw rechtssysteem moeten bouwen waarin het draait om de Aarde.”
Staan de VN open genoeg voor andere denkbeelden?
“Niet echt. Sommige lidstaten vinden het heel moeilijk om de universele verklaring van de mensenrechten te verbinden aan culturele waarden. Het westen is bang dat China dan zal zeggen dat zij heel anders tegen mensenrechten aankijken, of dat Saoedi-Arabië de vrouwenrechten onderuit gaat halen.
In VN-doelen en -verklaringen staat sinds kort vaak wel dat we ook de local knowledge van de indigenous people – de inheemse bevolking – moeten betrekken bij de implementatie. Maar dat is paternalistisch. Uitgangspunt is namelijk dat die kennis alleen van belang is voor lokale gemeenschappen en niet dat wij er in het westen ook iets van kunnen leren. Tijdens mijn promotieverdediging zei een van de hoogleraren dat Ubuntu niet toepasbaar is op mondiaal niveau. Het zou alleen betekenis hebben binnen de context waaruit het is ontstaan. Maar Europa heeft natuurlijk ook de westerse filosofie de wereld in gebracht. Waarom zouden wij dan niet van niet-westerse filosofieën kunnen leren?”
Is de westerse filosofie in die zin uitzonderlijk, dat daarbinnen de verhouding mens/natuur zo verstoord is dat we klimaatverandering over onszelf afroepen?
“Ja. De in het westen dominante filosofie heeft een kunstmatige scheiding aangebracht tussen mens en natuur. Wij mensen staan apart van, heersen over en exploiteren de natuur. We hebben nu wel begrepen dat we dat duurzaam moeten doen, omdat het anders ten koste van onszelf gaat. In de Duurzame Ontwikkelingsdoelen gaat het over ‘duurzaam gebruik’, maar er staat niks over de intrinsieke waarde van natuur. Laat staan over onze wederkerige uitwisseling met de natuur.
Onze westerse blik is antropocentrisch. Wij denken ten onrechte dat dit universeel is. In inheems Amerika zie je een biocentrische levensvisie, cultuur en natuur zijn er verweven. Mensen zeggen: natuur is ons thuis. Zij formuleren vrijheid als: in de natuur kunnen leven en in harmonie daarmee. De Ecuadorianen die ik sprak geloven niet in ontwikkeling, maar in een cyclische vorm van zijn. Het leven heeft seizoenen en terugkerende patronen, het hoeft niet lineair vooruit en alsmaar beter te worden. Belangrijk is leven in balans met jezelf, anderen en de natuur.”
Staat dat niet té haaks op het kapitalistische groeimodel om hier invloed te krijgen?
“Ik denk dat deze boodschap veel jonge mensen aanspreekt. Misschien ben ik de muziek wat vooruit met mijn onderzoek. De gevestigde instellingen hier zijn nog bezig met de marktwaarde van natuur; er moet wel een prijskaartje aan hangen, zodat natuur en duurzaamheid in het bruto nationaal product passen. Terwijl we toe moeten naar een ander bewustzijn, naar bruto nationale harmonie, waarbij we beseffen dat we als mens ook natuur zíjn. De drie filosofieën die ik bestudeerd heb, en de sociale bewegingen erachter, bieden een enorme (denk)kracht voor deze transformatie.”
Geef een reactie