Grofweg de helft van het hout dat Europa binnenkomt is illegaal gekapt en malafide verhandeld. Ecologen Pieter Zuidema en Mart Vlam ontwikkelen zich tot de forensisch experts van de houtkap; ze werken aan een manier om fraude in de wereldwijde hardhouthandel op te sporen en tropisch regenwoud te beschermen.
Het kleine houtlab van Wageningen University heeft iets weg van een hippe kookstudio die geoliede hakblokken etaleert. De wanden hangen vol plakken van boomstammen in allerlei kleuren, vormen en maten. “Deze heeft in het veen gelegen en is wel achtduizend jaar oud”, wijst hoogleraar Tropische Bosbouw Pieter Zuidema op een verweerd, bruinzwart exemplaar. De plakken zijn waardevol voor klimaatreconstructies, de ringen in het hout verbeelden een logboek van voorspoed, schaarste, hitte en kou en vormen bijvoorbeeld de basis van de klimaatrapporten van het IPCC.
Zuidema en zijn voormalige promovendus Mart Vlam verzamelden duizenden boommonsters om die relatie tussen boom en klimaat te onderzoeken toen ze zich realiseerden dat ze hun kennis en gegevens ook op andere wijze konden benutten. Nu werken de twee boomliefhebbers in hun bescheiden lab aan een methode om fraude in de wereldwijde hardhouthandel op te sporen.
En dat is nodig, want hoewel de EU handel in illegaal gekapt hout sinds twee jaar verbiedt, is naar schatting de helft van het tropisch hardhout dat de Unie binnenkomt illegaal gekapt. De Verenigde Naties en Interpol beraamden dat illegale kap verantwoordelijk is voor ruim 50 procent van de ontbossing in Midden-Afrika, het Amazonegebied en Zuidoost-Azië.
Het verbod is lastig te handhaven. Iedere houthandelaar is weliswaar verplicht de herkomstpapieren van houtpartijen te registreren. “Maar dat is slechts een papieren werkelijkheid”, zegt Vlam. “Er bestaat momenteel geen manier om te achterhalen of die herkomstpapieren kloppen en dus sjoemelen exporteurs en handelaren door houtpartijen te verwisselen of ambtenaren om te kopen.”
Uniek
De ecologen gebruiken de sporen van neerslag en temperatuur in de ringen van het hout om profielen op te stellen die uniek zijn voor specifieke soorten in specifieke gebieden. Gekluisterd aan een microscoop naast een computerscherm meet de Russische promovendus Linar Akhmetzyanov de jaarringen van een Spaanse den. Op zijn beeldscherm verschijnt te midden van een bergachtig patroon van witte lijntjes van andere Spaanse dennen een nieuwe gele lijn voor het staaltje onder zijn microscoop. Iedere piek toont de breedte van een jaarring. Die wisselt sterk van jaar tot jaar en ook tussen bomen onderling is de variatie groot. Maar de lijntjes laten wel eenzelfde patroon zien en hebben bijvoorbeeld allemaal een piepkleine piek bij het jaar 2004.
Zuidema: “Daar zie je de grote hittegolf van dat jaar in terug, toen hadden de bomen het zwaar.” Een dunne jaarring betekent weinig groei. Hoewel het woord ‘regenwoud’ anders doet vermoeden, is in de tropen naast hitte ook watergebrek een belemmering voor de groei. Droge jaren laten ook een smallere jaarring na. Het patroon van jaarringen in een monster uit een stam van bast naar merg laat zich als een streepjescode lezen.
Een controleur kan dat patroon afzetten tegen de klimaatgegevens van verschillende teakproducerende streken en zien of het inderdaad matcht met de plantage op de Filipijnen waar het hout volgens de papieren vandaan komt, of dat het bijvoorbeeld beter overeenkomt met het klimaatprofiel van Myanmar, waar veel illegaal wordt gekapt.
IJkmeting
Maar voordat de ladingen hardhout die de Rotterdamse haven binnenkomen kunnen worden onderzocht, is er eerst een database met ijkmetingen nodig. Daaraan werken de ecologen nu. Hoewel Nederlandse houthandelaren te hulp schieten door houtmonsters van over de hele wereld aan te leveren, is het veel werk.
Zuidema en Vlam ontvingen 190 duizend euro van de Europese Unie en wetenschapsfinancier NWO om de komende twee jaar het controlesysteem, dat zij Timtrace hebben gedoopt, van de grond te krijgen. Ze beginnen in eerste instantie met de populairste houtsoorten en de belangrijkste herkomstgebieden. Toch durven ze al te dromen van een grootse toekomst, zeker vanwege het ontbreken van goede alternatieve methoden om illegale handel te traceren. Vlam, die is aangesteld als voorman van Timtrace, lacht besmuikt. “Ik zie al voor me dat dit over twintig jaar een belangrijk wapen is in de wereldwijde strijd tegen illegale handel, die kant gaat het wel uit.”
Beer
Van een gereedschapswand met beitels, zagen, gutsen, hamers en een doos pleisters haalt Vlam een handboor tevoorschijn waarmee hij tijdens zijn promotieonderzoek in Thailand zo’n 1500 monsters uit bomen heeft gestoken. Dat was in Huai Kha Khaeng, een Nationaal Park aan de grens met Myanmar, werelderfgoed, ongeschonden bos met tijgers, olifanten en gibbons. En zwijnen, zo dacht Vlam toen tijdens het boren een groot beest op hem af kwam. Het dier snuffelde aan de bodem, kop omlaag. Pas toen het zich oprichtte realiseerde de onderzoeker zich dat hij oog in oog stond met een beer van honderd kilo. Hij zette het op een schreeuwen en het dier maakte rechtsomkeert.
Duurzaam
Het behoud van dat soort bossen is wat de twee onderzoekers drijft. Zuidema: “De regenwouden zijn prachtige, soortenrijke gebieden die in rap tempo verdwijnen, maar waarvan ook nog heel veel over is. Wij willen helpen die delen te beschermen.” Moeten we dan niet helemaal stoppen met het gebruik van hardhout en in plaats daarvan kiezen voor kunststof kozijnen, sluisdeuren en tuinmeubilair?
Een volmondig nee, luidt het antwoord van Vlam. “Een materiaal dat meer cradle to cradle is dan hout bestaat niet. Het is volledig vernieuwbaar, je hebt alleen geduld nodig. Ik heb liever een robuuste sluisdeur van hout dan een die gemaakt is van aardolie, want dat is wat kunststof uiteindelijk.”
Zuidema beaamt dat hout een duurzaam materiaal kan zijn, ook als het uit tropisch regenwoud afkomstig is. “Slechts een fractie van de boomsoorten in het regenwoud is economisch interessant. Als je met beleid kapt en rekening houdt met waterlopen en bosbewoners bij de aanleg van weggetjes om het hout uit het bos te halen, dan kan je tropisch hardhout leveren zonder de ecosystemen in de bossen aan te tasten en zonder dat het tot ontbossing leidt.”
Fout
Het feit dat nu vijftig procent van het illegale hout op de Europese markt ‘fout’ hout betreft, betekent niet dat dat altijd even schadelijk is, benadrukken de wetenschappers. De impact van illegale kap varieert. “Soms gaat het om kleine landeigenaren die af en toe een boom omhalen om hun inkomen wat te spekken”, zegt Zuidema. “Maar het kan ook desastreus zijn, als het beschermde soorten of kaalkap betreft. Bovendien werken mensen in de illegale kap vaak onder gevaarlijke omstandigheden tegen een slecht loon.” Die wanpraktijken ondermijnen duurzaam bosbeheer omdat overheden inkomsten mislopen die daarvoor bestemd zijn en omdat illegale kap de prijs van hardhout drukt.
Chemische analyse
De ecologen hebben hun hoop in de strijd tegen die misstanden niet alleen gevestigd op analyse van de jaarringcodes. Ze kijken ook naar chemische samenstelling van het hout. De concentraties van zeldzame varianten van stikstof, zuurstof en koolstof vertellen een gecompliceerd verhaal van afstand tot de oceaan, moessonregens, droogte en de nabijheid van landbouw en industrie. Hoewel minder aansprekend dan de jaarringen, zien de ecologen er eigenlijk meer heil in. Niet alle tropische boomsoorten maken namelijk jaarringen aan. En het identificeren van de ringen in hardhout met weinig contrast is slecht te automatiseren en dus arbeidsintensief en kostbaar. Chemische analyse, daarentegen, kost in een gespecialiseerd lab slechts een paar tientjes per monster, vertelt Zuidema. Bovendien kan die analyse toegepast worden op ieder willekeurig stukje boom, plank of tafelblad, terwijl je voor het herkennen van de jaarringen een dwarsdoorsnede van de stam nodig hebt.
Pakkans
Belemmering voor beide methodes is dat ze afhankelijk zijn van klimaatgegevens. Hoe zeer het klimaat van streek tot streek verschilt, bepaalt de resolutie van de opsporingsmethode. Dat geeft een grove herkomstindicatie, op een paar honderd kilometer nauwkeurig. Het onderscheid tussen een boom uit een gecertificeerd bos in Congo en die uit een nabijgelegen beschermd natuurgebied is niet te maken.
Toch is de techniek nuttig, menen de onderzoekers. Het kan grove fraude aankaarten en het feit dat er überhaupt een methode voor handen is om fraude mee op te sporen, zal malafide exporteurs en handelaren afschrikken. Vlam: “De afgelopen twee jaar heeft de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit, die verantwoordelijk is voor toezicht op de houthandel, alle Nederlandse handelaren bezocht en de herkomstpapieren onderzocht. Dat kost heel veel tijd en geld, maar heeft geen enkele grote vangst opgeleverd, terwijl er ongetwijfeld fout hout tussen zit. De pakkans voor fraudeurs is nu dus zeer gering.”
Keurmerk
Tot Timtrace een duurzamere houthandel waarborgt, raden de onderzoekers consumenten aan vooral op keurmerken te letten. En dan specifiek op die van FSC en PEFC, omdat die hun waarde hebben bewezen en streng controleren op de herkomst. “In de particuliere bouwmarkt is dat wellicht minder nodig, omdat duurzaam hout daar min of meer de standaard is”, zegt Vlam. “Maar vraag er vooral naar bij je aannemer, want in de bouwwereld, waar grote ladingen hout worden verbruikt, is duurzaamheid veel minder vanzelfsprekend. Als je er niet op let, is de kans groot dat er illegaal gekapt hout in je nieuwe dakkapel wordt verwerkt.”
Geef een reactie