De vrijwilligers van Precious Plastic maken machines waarmee je plastic afval om kunt zetten in bruikbare producten. Machines die je thuis makkelijk zelf na kunt bouwen. Verslaggever Dirk Janssen werkte een hele zomer mee en leerde er te houden van soldeerbouten, shredders en zagen.
Woensdagmiddag, hartje zomer, op een parkeerplaats in Eindhoven. Een internationaal gezelschap neemt plaats in een kring om de groepsdynamiek te bespreken. De meeste mensen zitten op de stenen. Ikzelf blijf liever staan. Iedereen wordt uitgenodigd om zijn klachten en frustraties te uiten. Tom, een Amerikaanse vrijwilliger met lang haar, neemt het woord: “We mogen dankbaar zijn dat we met deze machines zulke mooie dingen kunnen maken. Daar verdienen ze liefde en respect voor. Als ik zie dat de metaalcirkelzaag onder de metaalsnippers zit, dan denk ik dat deze machine niet de liefde krijgt die hij verdient. Veeg hem gewoon even schoon als je hem hebt gebruikt.” De anderen in de groep knikken instemmend. Ik ben bang dat dit een hele lange zomer gaat worden.
Ik heb me aangemeld bij Precious Plastic, een club die open source-machines maakt waarmee je plastic afval kunt recyclen. In de loods in Eindhoven werken vrijwilligers aan nieuwe machines en producten. En in ongeveer honderd werkplaatsen over de hele wereld gebruiken mensen hun technologie om plastic afval te verwerken tot nieuwe gebruiksvoorwerpen. Ik ga deze zomer de elektronica van een van de machines een upgrade geven. De shredder ofwel plasticversnipperaar moet een mechanisme krijgen dat voorkomt dat de machine vastloopt en doorbrandt.
Een van die mensen was Jerry de Vos, inmiddels student industrieel productontwerp in Delft. Hij is deze zomer even in Eindhoven voor de vakantie. “Na mijn bachelor moest ik een schakelprogramma doen omdat ik geen wiskunde B in mijn pakket had. Ik had dus een jaar over en heb toen een weekje meegedraaid met versie 3. Daarna heb ik een platenpers ontworpen en gebouwd. Toen was ik een jaar verder.” Jerry vond de machines van Precious Plastic aanvankelijk niets. “Wat je thuis in je garage in elkaar zet, kan nooit concurreren met de industrie. Dat was het enige wat ik zag. Maar het model achter open source is ook heel anders dan de industrie. Het feit dát je die machines in je garage kunt nabouwen, is precies de kracht.”
De vrijwilligers van versie 3 kregen geen vergoeding. Dave wilde dat bij een volgende versie tenminste kost en inwoning beschikbaar zou zijn. En dat is gelukt. In de zomer van 2018 won hij de Famae-award voor initiatieven op het gebied van milieu; een bedrag van 300.000 euro. De gemeente Eindhoven stelde twee fabriekshallen op loopafstand van het station ter beschikking en een woningbouwvereniging had nog tien sloopwoningen over. Nu woont er een klein leger vrijwilligers in Eindhoven dat versie 4 van Precious Plastic vormgeeft.
Mediastrategie
De filmpjes zijn behoorlijk populair. “Op de oproep om mee te werken aan versie 4 reageerden 700 mensen in de eerste week,” zegt Dave. “Het was best een klus om die te selecteren.” De selectie gebeurde op basis van skills en de tijd dat vrijwilligers konden blijven. Het zijn voornamelijk twintigers. Sommigen zijn zulke trouwe volgers op social media dat ze bij aankomst iedereen al van naam kennen.
“Er zit niet echt een uitgekiende mediastrategie achter hoor”, zegt Dave. “We kijken wat we nodig hebben en dat doen we dan. Als je wilt discussiëren kom je al snel bij een forum uit. Een elektronische werkomgeving is ook handig, daarom gebruiken we Slack. Maar de landkaart is onze meest productieve tool. Er kwamen vaak mensen uit dezelfde stad vragen wat ze konden doen. Nu brengen we ze via die kaart met elkaar in contact.” De landkaart geeft duizenden potentiële vrijwilligers zicht op elkaars bestaan. Zo zijn ook al die werkplaatsen ontstaan, zodat overal ter wereld de machines van Precious Plastic worden gebruikt.
Bèta’s
Te midden van al het positieve hippiegedoe besluit ik een aantal bèta’s aan te spreken, in de hoop dat zij er in meer nuchtere termen over kunnen praten. Erdenesuvd Bat-Erdene bijvoorbeeld, ook wel Suvda genoemd. Zij is chemisch ingenieur uit Mongolië en doet onderzoek naar dampen die vrijkomen bij het omsmelten van plastic. “Het was wel raar dat ik bij mijn sollicitatie een portfolio moest uploaden. Dat is gebruikelijk voor ontwerpers, maar niet voor chemici. Nu vind ik het leuk om te werken met mensen uit andere disciplines. De combinatie van technologie en creativiteit is fijn, ik word hier steeds socialer.” Suvda is enthousiast over versie 4. “Er komt ook een injectiemachine die plastic balken kan maken. In Mongolië houden veel nomaden hun vee binnen omheiningen. Die zijn normaal van hout, maar die verweren vrij snel. Met deze machines zou je die omheiningen van gerecycled plastic kunnen maken.”
Hittegolf
Midden in de zomer trekt een hittegolf over Nederland. De hoogste temperaturen worden gemeten in de regio Eindhoven. En onder het metalen dak van de ongeventileerde hal van Precious Plastic vermoed ik dat ik op de heetste plek van Nederland sta. Ik slaap overdag en ploeter ’s nachts met gecorrodeerde soldeerbouten en slooponderdelen om een regelsysteem voor de shredder te maken. Aan het einde van de tweede nacht sluit ik hem aan. Even gebeurt er niets, dan spetteren er groene vonken uit mijn bouwsel en klappen de zekeringen eruit. Gefrustreerd en verslagen ga ik naar huis.
De volgende dag vraagt Jerry hoe het gaat. “Frustratie, dat is niet goed”, mijmert hij. “Loop maar even mee.” Jerry trekt kasten open en leent links en rechts wat spullen. In een paar uur zet ik met wat ondersteuning mijn schakeling opnieuw en met goede onderdelen in elkaar. Mijn verslagenheid verdwijnt als sneeuw voor de zon en jawel, het veiligheidsmechanisme werkt! Ik heb een krachtstroommachine gebouwd.
Een plastic muur
Het is dit virus van zelfvertrouwen en doorzettingsvermogen waardoor iedereen met plezier aan versie 4 werkt. Rory Thor-Dickens bijvoorbeeld, een architect uit Schotland. Rory werkte eerder voor All Hands And Hearts, een organisatie die hulpacties organiseert na natuurrampen. “Direct na een aardbeving of overstroming moeten mensen zo snel mogelijk voedsel en onderdak krijgen”, vertelt hij. “Dan is niemand kieskeurig over verpakkingen. Na een week ligt zo’n rampgebied bezaaid met plastic.”
Rory ging op zoek naar manieren om dat afval nuttig in te zetten en kwam bij de machines van Precious Plastic terecht. Met behulp van de filmpjes en bouwinstructies van de website zette hij een injectiemachine en een shredder in elkaar. Helaas bleek het maken van plastic baksteen duurder dan de gebruikelijke baksteenproductie, vanwege de kosten voor het inzamelen en sorteren van plastic af val. Hij bedacht daarop een ander soort plastic baksteen, die je als grote legoblokken in elkaar kunt klikken. “Daarmee bespaar je op cement en bouwtijd”, zegt Rory. “Misschien kunnen we straks wel met een bakstenen muur concurreren.” Terwijl in de hal langzaam een zachtroze muur van plastic blokken verschijnt, begin ik me steeds meer op mijn gemak te voelen. Tijdens ‘The cleaning song’ sta ik met een kwastje het metaalzaagsel van de cirkelzaag af te poetsen.
Zes weken later is er weer een woensdagmiddagsessie. Tom, de man die het eerder al voor de cirkelzaag opnam, neemt het woord. “Is het niet fantastisch dat we allemaal ogen in ons hoofd hebben? Ik vind dat heel bijzonder. Zo bijzonder dat ik zou willen dat we ze allemaal houden. Daarom kunnen we misschien wat consequenter zijn in het dragen van veiligheidsbrillen. Spreek elkaar erop aan als je weer eens iemand zonder bril met de slijptol in de weer ziet. Ogen zijn fijn.”
Ik hou van deze groep. Maar ik ga nog steeds niet op de grond zitten.
Geef een reactie