Down To Earth Magazine

Milieu | Mensen | Meningen

Logo Down To Earth

Zoek op de site

  • Home
  • Onderwerpen
    • Uitgelicht
    • Energie & klimaat
    • Landbouw & voedsel
    • Mobiliteit
    • Bossen
    • Economie
    • Mensenrechten
  • Rubrieken
    • Interview
    • De Activist
    • Opinie
    • Boeken en films
    • Consument
    • Recept
    • Columns
  • Magazines
  • Nieuwsbrief
  • Over ons
Home > Interview > De waarde van woede

De waarde van woede

Marije Wilmink | 10 juni 2025 |

Filosofe Sigrid Wallaert is woede-expert. Waar woede vaak een nogal slechte naam heeft, ziet zij vooral het vruchtbare potentieel. Goed kwaad worden, hoe werkt dat?

Sigrid Wallaert studeerde in 2019 aan de Universiteit Gent af op een masterscriptie over kwade vrouwen en deed promotieonderzoek naar feministische woede. Als postdoctoraal onderzoeker bij de vakgroep filosofie aan dezelfde universiteit bestudeert zij the anger turn: de golf van woede over onrecht als seksisme, racisme en klimaatschade die de afgelopen 7 jaar op gang kwam. Activistische woede is in haar ogen een belangrijke aanjager van protestbewegingen als MeToo, Black Lives Matter, Fridays For Future en Extinction Rebellion. Alle reden voor een vraaggesprek over de meerwaarde van woede voor de klimaatbeweging.

Jij vindt woede heel tof. Maar is het niet heel naar om woedend te zijn?
“Ik heb het in mijn werk niet over woede als een individuele emotie, over bijkans stikken in je woede omdat je kwaad bent op een bepaald persoon. Het gaat mij om wat ik ‘activistische woede’ noem: een collectieve en constructieve vorm van woede die ontstaat in reactie op een onrecht dat door veel mensen ervaren wordt. Onrecht ook waarvoor vaak niet één specifieke dader aan te wijzen valt, zoals onder meer bij klimaatverandering het geval is.”

De meeste mensen praten vooral in termen van bezorgdheid over het klimaat, zoals klimaatangst. Het gaat inderdaad vaak over climate grief zoals dat in het Engels heet. Maar verdriet is maar één manier om te reageren op klimaatverandering. Er zijn heel veel verschillende klimaatemoties, die allemaal legitiem en reëel zijn. Ik doe ­onderzoek naar woede, maar dat betekent niet dat ik denk dat mensen vaker kwaad zouden móéten zijn. Wat ik vooral wil bepleiten is: áls je kwaad bent over wat er met het klimaat gebeurt, zet die woede dan ook in.”

Kijkend naar de sit-ins en de demonstraties van de afgelopen jaren, valt vooral de gemoedelijkheid en de keus voor ludieke slogans op. Daarmee lijkt het meest zichtbare deel van klimaatactivisme juist te kiezen voor blijmoedigheid als strategie. Misschien vinden activisten het vaak te tricky om woede in te zetten.

Hoe zie jij die nadruk op positiviteit bij klimaatdemonstraties?
“Die strategische keuze is op zich begrijpelijk. Woede wordt makkelijk weggezet als een negatieve emotie, als ongepast. Hoe vaak krijgen mensen die kwaad zijn niet te horen: tel eerst eens tot tien. Dus ik snap wel waarom klimaatactivisten vaak kiezen voor blijmoedigheid. Ze willen voorkomen dat ze anderen afschrikken met hun woede, en hopen dat ze met een positieve toon meer mensen aanspreken. Maar woede heeft onterecht een slechte naam en kan ook buitengewoon productief zijn, wil ik laten zien met mijn werk.”

Wat zijn de voordelen van activistische woede?
“Als iemand kwaad wordt, is dat vaak een krachtig signaal dat er iets helemaal misloopt. Ik pleit ervoor om woede heel serieus te nemen. Soms is het juist woede die mensen vanuit hun zetel naar de straat brengt. Woede is een fantastische brandstof! Wie boos is, denkt namelijk dat het in de toekomst anders zou kunnen. Als je dat niet denkt, dan word je niet boos. Dan word je moedeloos of ga je rouwen.

“Woede is een fantastische brandstof”

In feite is woede nauw verbonden met hoop. Hoop ligt aan de basis van woede, en woede ligt aan de basis van hoop. Een mooi citaat in dit verband vind ik dat van de politieke filosoof Antonio Gramsci, die ooit pleitte voor ‘pessimisme van het intellect en optimisme van de wil’. Rebecca Solnit haalt hem ook aan in haar interessante boek Hope in the Dark. Als je puur naar de feiten kijkt, heb je alle reden om depressief te worden. Maar tegelijk is daar de wil die verandering wenst. Hoop hebben is in de ogen van denkers als Rebecca wat dat betreft ook een plicht die je bewust zou moeten cultiveren. Iets soortgelijks stelt de Brits-Pakistaanse schrijfster Noreen Masud, die samen met andere schrijvers het initiatief Fossil Free Books trekt, waarbij schrijvers weigeren om te spreken op events die gesponsord worden door de fossiele industrie. Noreen vertelde op een event dat ik met haar organiseerde dat zij van nature bepaald niet activistisch is, maar dat ze het als een morele plicht ziet om de hoop op een betere toekomst handen en voeten te geven door in actie te komen.”

Het doet er ook op nog een andere manier toe wíé er boos is, maakt Sigrid duidelijk in haar werk. In haar boek Kwaad spreken: wie gelooft de boze vrouw laat ze zien dat er op boze vrouwen heel anders wordt gereageerd dan op boze mannen.

Je schreef ook over Greta Thunberg, iemand die activistische woede in jouw ogen tot haar handelsmerk maakte. Is boos zijn voor vrouwelijke activisten lastiger dan voor mannelijke activisten?
“Als woede-onderzoeker ben ik zeer gefascineerd door de speech die Greta Thunberg in 2019 hield bij de VN Klimaattop in New York. Hierin beet zij de verzamelde wereldleiders met ingehouden woede toe: ‘People are suffering. People are dying. Entire ecosystems are collapsing. We are at the beginning of a mass extinction, and all you can talk about is money and fairy tales of eternal economic growth. How dare you!’ Een prachtvoorbeeld van het uitspelen van woede op een belangrijk internationaal podium. Vaak hoor je mensen zeggen: ‘Och, die arme kleine Greta die zo door emoties overmand werd toen ze de VN-raad toesprak.’ Maar het was natuurlijk gewoon een hele slimme strategie, boos worden richting dat publiek van vooral oude mannen. Ik denk dat haar woede ook precies was wat haar zoveel aantrekkingskracht gaf. Dat het die woede was die zoveel andere jongeren motiveerde om zich ook uit te gaan spreken voor het klimaat en massaal mee te gaan doen aan schoolstakingen.”

Moet iedereen die met lede ogen naar klimaatverandering kijkt dus op zoek naar de woede in zichzelf?
“Nee. Als je alleen bezorgd bent, dan is dat zo. Maar als je wél woede voelt: houd die dan niet verborgen en zet hem gericht in. Ik wil overigens wel benadrukken dat ik het verkeerd vind om mensen die direct slachtoffer zijn van klimaatverandering, zoals klimaatvluchtelingen en mensen die geraakt worden door overstromingen of bosbranden, te vragen hun woede in een productieve vorm te kneden. Het is vooral aan bondgenoten van directe slachtoffers om daarmee aan de slag te gaan. Mensen zoals ikzelf, en zoals de lezers van Down to Earth waarschijnlijk ook, die wel boos zijn, maar zelf nog niet in hun bestaan worden bedreigd. Die wellicht in hun dagelijkse leven alleen maar last hebben van, zeg, een oncomfortabel warme zolderkamer in de zomer. Wij zijn het die ons bewust moeten worden van de impact die we maken als we onze woede doelgericht inzetten als motivatie voor activisme, zoals ook Greta Thunberg heeft gedaan, met enorm effect. Klimaatwoede kan andere mensen motiveren om zich bij de klimaatbeweging aan te sluiten.”

Helaas verenigt woede ook groepen mensen die nu juist volop tegen klimaatactie strijden.
“Ah, je bedoelt de woede van de Trumpies, om het maar even scherp te stellen. Volgens mij is entitlement het kernbegrip dat helpt om hier helderheid te scheppen. Als je kijkt naar de Trumpies versus de klimaatactivisten: beide voelen zich onrecht aangedaan. Maar de Trumpies denken vanuit schaarste. Zij vinden dat ze recht hebben op bepaalde privileges én zien die privileges als exclusief: zij zijn die privileges waard en anderen niet. Klimaatactivisten daarentegen opereren vanuit het idee dat iederéén recht heeft op eten, veiligheid, een vredig bestaan. Die willen de boel op een acceptabel niveau krijgen voor de hele planeet en voor alle mensen. Dat maakt de woede van klimaatactivisten fundamenteel anders dan de verbolgen, rancuneuze woede van Trumpies.”

Het doet er ook op nog een andere manier toe wíé er boos is, maakt Sigrid duidelijk in haar werk. In haar boek Kwaad spreken: wie gelooft de boze vrouw laat ze zien dat er op boze vrouwen heel anders wordt gereageerd dan op boze mannen.

Is boos zijn voor vrouwelijke activisten lastiger dan voor mannelijke activisten?
“Ja, al speelt niet alleen gender een rol bij hoe woede wordt ontvangen. Palestijnse mannen bijvoorbeeld, worden als ze boosheid uiten als een soort monsters weggezet, als bedreigende onmensen. Dat gebeurt bij witte vrouwen niet. Niet dat dit heel veel beter voor ze uitpakt, mocht je dat denken. Bij vrouwen wordt hun geloofwaardigheid weer op een heel andere manier ondergraven. De kwade vrouw wordt gemakkelijk weggezet als irrelevant, hysterisch, niet serieus te nemen. Terwijl bij de ‘zevenvinkjes-mannen’, de witte mannen met privileges op tal van terreinen, woede eerder als assertiviteit wordt gelezen. Misschien zouden boze witte mannen in de klimaatbeweging er dan ook makkelijker dan vrouwen en dan mensen van kleur in kunnen slagen om tegenstemmen om te buigen. De zevenvinkjesman is simpelweg minder kwetsbaar voor stereotypen. Minder kwetsbaar voor ‘getuigenisonrecht’ zoals ik dat noem.”


“We moeten vooral goed luisteren naar kwade mensen”

Getuigenisonrecht is een begrip dat eerder door filosofe Miranda Fricker werd geïntroduceerd. Het is een vorm van wat zij ‘epistemisch onrecht’ – met andere woorden: kennisonrecht – noemde. De kern van kennisonrecht is dat de overdracht of de verwerking van kennis wordt verhinderd. Er is sprake van getuigenisonrecht als iemand die spreekt niet geloofd wordt omdat de luisteraar er stereotiepe vooroordelen op nahoudt over de spreker. Een zwarte vrouw wordt bijvoorbeeld sneller weggezet als irrationeel of onbetrouwbaar als ze zich ergens boos over uitspreekt dan een witte man. Daarnaast onderscheidt Miranda nog een tweede vorm van kennisonrecht: het interpretatieonrecht.

Wat is interpretatieonrecht?
Sigrid legt uit: “Bij interpretatieonrecht gaat het erom dat we in onze samenleving gezamenlijke conceptuele kaders hebben om onszelf te begrijpen. Maar in dat gezamenlijke begrippenkader zitten gaten. Als jij bepaalde ervaringen hebt, maar er voor jouw ervaringen geen woorden en begrippen bestaan, dan worden die als het ware weggepoetst. Een goed voorbeeld is dat in de jaren zeventig het begrip ‘seksuele intimidatie’ nog niet bestond. Vrouwen die met ongewenste avances te maken kregen, konden dat dus niet benoemen. Daardoor konden ze er ook niet tegen in het geweer komen. Als je je in een interpretatie-vacuüm bevindt, dan leidt dat maar al te gemakkelijk tot woede. Juist als er nog geen taal bestaat voor onrechtvaardige ervaringen, kan woede de uitweg bieden uit de onduidelijkheid. Daarom moeten we vooral goed luisteren naar kwade mensen. Hoe ongemakkelijk dat ook is, want dat is het.”

Welke rol speelt interpretatieonrecht als we kijken naar mensen die boos zijn over de verwoesting van onze leefomgeving en ons klimaat?
“Hier wend ik mij opnieuw tot Greta Thunberg. Voor zij zich ging uitspreken, waren veel jongeren zich nog helemaal niet bewust van de schadelijke gevolgen van klimaatverandering. Ikzelf ben 10 jaar ouder dan Greta en er was in mijn tienerjaren geen enkele vorm van gedeelde bezorgdheid over het klimaat. Met haar uitgesproken woede kreeg Greta het voor elkaar dat andere jongeren ook iets op het spoor kwamen. Zo kwam er een hele brede golf van schoolstakingsactivisme op gang. De Fridays For Future mogen nu dan misschien niet meer heel groot zijn, maar ze hebben wel het denken over de klimaatcrisis en inzicht in de oorzaken daarvan pontificaal op de agenda gezet van jongeren wereldwijd. Pas als je een term hebt, een gemeenschappelijke taal, kun je een probleem echt gaan begrijpen. Dan kun je de achterliggende structuren gaan doorzien en gaan werken aan hun ontmanteling. Rondom klimaatverandering is nu veel duidelijker geworden hoe daar grote spelers achter zitten met enorme economische belangen, en dat daar dus ook de sleutel tot verandering ligt.”

Is klimaatwoede in jouw ogen ook wel eens contraproductief?
“Misschien wel, maar klimaatwoede zal altijd terecht zijn. Woede is alleen nooit voldoende. Je hebt voor bepaalde dingen een hele lange adem nodig, en je kan niet maar altijd woedend blijven. Wat wel gevaarlijk kan zijn, is onderlinge woede. Dat activisten elkaar gaan afvallen en cancelen, omdat ze vinden dat de ander niet de perfecte, allesomvattende vorm van activisme vertoont of omarmt. Maar om het helder te houden: ook dat is geen activistische woede. Activistische woede is gericht op een gedeelde bezorgdheid en is bovenal toekomstgericht, en niet gericht op specifieke personen. Dat onderscheid moet je goed voor ogen houden. Het is zaak om de woede op de juiste dingen te richten. En het in te zetten als brandstof om meer mensen mee te nemen in jouw strijd. Zo heeft het geen enkele zin om mensen die klimaat- verandering ontkennen te proberen te overtuigen via woede. Daar zijn lange, begripvolle gesprekken een betere ingang. Maar voor het bereiken van mensen die niet al een ingegraven mening of idee hebben, kan woede een eyeopener zijn.”

Kom op de mailinglijst

Schrijf je in voor de D2E nieuwsbrief

Categorie: Interview Verschenen in: Down to Earth 89

Marije Wilmink

Marije Wilmink

Schrijver

  • Alle artikelen van Marije Wilmink op Down To Earth Magazine

Gerelateerde berichten

Biodiversiteit, Interview

“Voor ons is kennis en spiritualiteit niet gescheiden”

De Colombiaanse Hernando Chindoy zorgt ervoor dat zijn gemeenschap zich ontworstelt van het drugsgeweld, door papaverteelt in te ruilen voor koffie en fruit.
Interview, Natuur

Natuur als rechtse hobby

Frank Saris schreef een biografie over Pieter van Tienhoven, de oud-voorzitter van Natuurmonumenten. Die geschiedenis bleek behoorlijk besmet.
Interview, Klimaatrechtvaardigheid

“Deze oliepijplijn is een voortzetting van koloniale verhoudingen”

De Oegandese activist Patience Nabukalu reist rond om mensen te mobiliseren tegen de EACOP, de oliepijplijn die door Afrika zal gaan.
Interview

“Inheemse groepen negeren is een riskante strategie”

Bewoners van de Tiwi-eilanden hebben een rechtszaak aangespannen tegen ING en andere banken: het gasproject dat ze financieren gaat in tegen hun eigen mensenrechtenbeleid.
Ontvang ons magazine

Recente reacties

  • Rob Dikkers op Op Achterhoekse akkers keert de natuur terug
  • Marijke Kortekaas op Inheemse toppers voor in de tuin
  • Alexa op Fluweelzachte muren zonder latex
  • Loek Beukman op Protesteren met een smiley
  • Ingrid Staal op Gek van insecten: Paul Beuk
  • Ronaldo op “De tijd van het ecopopulisme is aangebroken”
  • Loek Beukman op “Het probleem ligt bij de machine”

Lees ons papieren magazine

Lees — Down to Earth 52 april 2019

Contact

Redactieadres:
Nieuwe Looiersstraat 31
1017 VA Amsterdam
Tel: 020-5507433
redactie@downtoearthmagazine.nl

Over ons

  • Over ons
  • Auteurs
  • Word abonnee
  • Disclaimer
  • Privacy en cookies

Volg ons