Door simplistische standpunten van voor- en tegenstanders zit het debat over kernenergie muurvast, constateert Behnam Taebi. Als techniekfilosoof is hij gespecialiseerd in de ethische aspecten van kernenergie. We ontkomen niet aan een echt gesprek over energie in de toekomst, zegt Taebi. “Als je kernenergie bij voorbaat uitsluit, steek je je kop in het zand. Of ben je stiekem kolen aan het tolereren.”
Een tijdje terug liet techniekfilosoof Behnam Taebi zich desgevraagd interviewen in de opslagplaats van de Centrale Organisatie Voor Radioactief Afval (COVRA). “Ik had daar geen problemen mee, want ik weet hoe de opslag in zijn werk gaat. Als wetenschapper geloof ik dat het veilig is.” Tegelijkertijd vindt hij het goed dat milieuorganisaties aandacht vragen voor het feit dat kernenergie ‘geen grap’ is.
Onlangs bracht hij een bezoek aan Fukushima, de foto’s zitten nog in zijn mobiele telefoon. “Kijk, dit is ook kernenergie.” De beelden tonen eindeloze rijen blauwe zakken met afgegraven grond uit de omgeving van de beschadigde centrales. “In iedere zak zit een ton aarde, er staan ongeveer 15 miljoen van die zakken overal door het landschap verspreid. Mensen moesten zelf hun tuin enkele centimeters afgraven. Als het bijvoorbeeld een speelplaats voor kinderen was, moest het afgraven veel dieper.” Langs de weg zag hij digitale borden met live het stralingsniveau van dat moment. “Op sommige plekken moet je echt niet uit de auto stappen.”
Hoe desastreus de gevolgen van een kernramp kunnen zijn, heeft hij met eigen ogen gezien. Tegelijkertijd vindt Taebi dat we ons dreigen blind te staren op de risico’s. De vraag die we ons moeten stellen is: hoeveel risico vinden we acceptabel, en waarom? Een ethische vraag dus, en als maatschappij ontkomen we er niet aan die vraag te beantwoorden.
De tegenstanders – de milieubeweging – wijzen kernenergie bij voorbaat af. Niet correct, vindt Taebi. “Ik heb niks met de argumentatie: kernenergie produceert langetermijnrisico’s en daarom moeten we het afschieten. Kolen en andere fossiele brandstoffen produceren óók langetermijnrisico’s, zoals klimaatverandering. En daarmee bedoel ik niet dat we kerntechnologie meteen op grote schaal in zouden moeten voeren. Maar als je het in de taboesfeer plaatst, ga je het gesprek uit de weg. En daarmee verdwijnt het probleem niet.
Kiezen tussen kwaden
Het grootste probleem is nu vooral steenkool, betoogt Taebi. Het verbranden van kolen zorgt wereldwijd voor de meeste luchtvervuiling door fijnstof en de meeste dodelijke slachtoffers. “Maar die doden zien we niet, want het is niet zo spectaculair als Tsjernobyl of Fukushima. En dus komt het niet in het nieuws. Dat geldt ook voor de doden in de kolenmijnen.”
Ondertussen zal de energieconsumptie wereldwijd – door bevolkingsgroei en de toename van welvaart – de komende jaren met ruim een kwart toenemen, zo blijkt uit een recent rapport. Die energie moet ergens vandaan komen. Een kerncentrale neerzetten kan niet zonder subsidie van de overheid. Dat betekent dat het geld dat hierin gestoken wordt, niet ten goede komt aan de échte oplossing: duurzame energie. Taebi vindt dit een legitiem argument dat echter geen recht doet aan de realiteit. “Het zou geweldig zijn als we alles kunnen ondervangen met schone energie uit hernieuwbare bronnen, zoals aardwarmte en wind op zee. Maar als je kijkt naar de capaciteit van wat we nu aankunnen en een simpele berekening maakt, is de conclusie dat we de komende decennia ter overbrugging grote vervangers nodig hebben.”
Toch wil Nederland van het gas af, en kolencentrales moeten gesloten om de doelen voor CO2-reductie te halen. Als we geen eigen reactor willen, kunnen we eigenlijk ook geen met kernenergie geproduceerde elektriciteit uit Frankrijk importeren. Wat blijft er dan over als ‘grote vervanger’? “De kolenvervuiling betekent dat je er niet omheen kunt om ook kernenergie voor de toekomst ten minste serieus te overwegen”, zegt Taebi. “Anders krijg je het plaatje gewoon niet kloppend. Je hoeft kernenergie niet te omarmen, maar je kunt het wel in een breder perspectief zien. We moeten kiezen tussen meerdere kwaden om een transitieperiode richting volledig hernieuwbare bronnen te kunnen overbruggen. Als je kernenergie bij voorbaat uitsluit, steek je je kop in het zand. Of ben je stiekem kolen aan het tolereren.”
Emoties
Collega-filosoof Ibo van de Poel, ook uit Delft, omschrijft de introductie van een risicovolle technologie in een maatschappij als een doorlopend sociaal experiment. Taebi sluit zich daarbij aan, en ziet het als zijn taak om zich – hardop – af te vragen onder welke voorwaarden zo’n experiment ethisch aanvaardbaar is. Hij heeft het dan over procedurele rechtvaardigheid: dat iedereen die de gevolgen zal dragen van de nieuwe technologie als betrokkene erkend wordt, en dat alle betrokkenen kunnen deelnemen aan het besluitvormingsproces. Dat we ons daarbij bewust moeten zijn van machtsverschillen, en dat mensen goed geïnformeerd worden. Hij heeft het ook over verdelende rechtvaardigheid: als een besluit in het nadeel van een bepaalde groep mensen uitvalt, moeten zij gecompenseerd worden.
Het helpt allemaal om het debat naar een hoger niveau te tillen. Een veelgehoord argument is echter dat bij tegenstanders van technieken als kernenergie emoties een te grote rol spelen. “Emoties zijn er aan beide kanten”, werpt Taebi tegen. “Bij voorstanders en techneuten is dat enthousiasme, bij tegenstanders angst.” Bovendien maakt het feit dat je geëmotioneerd bent over een onderwerp je niet ongeschikt het erover te hebben. “Dat moet je niet gelijkstellen aan gebrek aan ratio.” Emoties bevatten altijd een kern van een morele overtuiging, zoals Sabine Roeser – een andere Delftse collega – in haar werk benadrukt. Daarom moeten emoties juist wel een rol kunnen spelen in het debat, vindt ook Taebi.
Containerbegrip
Een debat dat vele facetten moet hebben, want het verhaal over kernenergie is buitengewoon complex. “Het gaat niet alleen over een reactor die je ergens neerzet en waar je wel of niet profijt van hebt, en over waar je het afval laat”, licht Taebi toe. “Het gaat ook over de ellende rond uraniummijnen. De winning van uraniumerts is kostbaar, vervuilend én kost veel energie.” En ook met kernenergie behoort de CO2-uitstoot niet helemaal tot het verleden, al is die veel lager dan bij fossiele brandstoffen. “Als je kijkt naar de hele keten: van uraniumwinning tot de ontmanteling van kerncentrales, is het geen CO2 zero energiebron.”
Kernenergie is bovendien – in tegenstelling tot wat de meeste mensen denken – een containerbegrip. Het is juist een technologie met verschillende types reactoren en productiemethodes die verschillende risico’s met zich meebrengen. “Hoewel je altijd met straling en afval te maken zult hebben, zijn er ook typen kernreactoren waarbij bijvoorbeeld geen meltdown kan optreden.” Zoals de gesmolten zoutreactor, waar Delft ook onderzoek naar doet. Het afval dat achterblijft, is in principe minder schadelijk. Bovendien is het gevaar van proliferatie minder groot, omdat er nagenoeg geen proliferatiegevoelige materialen worden geproduceerd.
Ook in technologie rond afvalverwerking zijn grote verschillen: er zijn methodes die de levensduur van kernafval verminderen van 200.000 naar 10.000 jaar. Nog steeds ontzettend lang, beaamt Taebi. “Je kunt het verder reduceren, naar enkele honderden jaren. Maar daar hangt niet alleen een economisch, maar ook een maatschappelijk prijskaartje aan. Je vermindert risico’s voor toekomstige generaties, maar je ontplooit ook extra nucleaire activiteiten. En dat levert weer meer risico’s voor de huidige generatie op.”
Economische transactie
Bij kernafvalopslag geldt opnieuw dat je de ethische implicaties goed moet doordenken én de besluitvorming moet koppelen aan een breed maatschappelijk debat. Taebi: “Je moet oplossingen bedenken die door de mensen aangedragen en gedragen worden. Zweden kan hierin als voorbeeld dienen. Daar zijn burgers in een heel vroeg stadium intensief bij de besluitvorming betrokken.”
Volgens het Nederlands Nationaal Plan moet het Nederlandse kernafval vanaf 2120 ondergronds worden opgeslagen. Veertien landen onderzoeken momenteel binnen de European Repository Development Organisation (ERDO) de juridische en economische implicaties van gezamenlijke kernafvalopslag. Dat biedt veiligheidsvoordelen: je hebt dan bijvoorbeeld meer keuze wat betreft het soort aardlaag waarin je het afval op kan slaan, en er zijn economische voordelen. Tegelijkertijd roept het ook vragen op, waarschuwt Taebi. Want wat zijn de voorwaarden van zo’n multinationale kernafvalopslag en vooral: wie wordt het ontvangende land?
Als sociale acceptatie het enige criterium is voor het kiezen van een opslaglocatie, legt Taebi uit, dan kan het zomaar gebeuren dat kernafval van rijke landen voornamelijk wordt opgeslagen in arme landen. Die daarvoor gecompenseerd worden – en die ook veel vatbaarder zijn voor economische prikkels. Als een land profiteert van kernenergie en het afval exporteert naar een ander land, is volgens hem sprake van onrechtvaardigheid. “Je kunt dat niet simpelweg als een economische transactie zien”, zegt Taebi. “Het gaat om langetermijnrisico’s.” Dat onrechtvaardigheid tussen rijke en arme landen, of tussen generaties, al gauw op de loer ligt, betekent niet dat je het niet moet doen. Wel moet je bepaalde zaken goed doordenken.
Build, Own, Operate
Ondertussen denken we in West-Europa dat kernenergie een langzame dood aan het sterven is. Niets is minder waar. “In Duitsland is na Fukushima de helft van de centrales dichtgegaan, de andere helft gaat over twee jaar dicht. Maar Duitsland had slechts 17 centrales.” Wereldwijd zijn nu zo’n 430 kerncentrales operationeel, en de komende jaren komen er naar schatting zo’n 500 bij – deels ter vervanging van oude reactoren – in landen als de Verenigde Arabische Emiraten, China, Pakistan en Rusland.
Veel opkomende economieën vinden kernenergie aantrekkelijk, maar hebben te weinig geld om zelf een centrale te bouwen. Rusland speelt hierop in door het aanbieden van een pakket: Build, Own, Operate. “Ze bouwen een reactor en draaien die een paar jaar zodat ze hun investering terugverdienen. In die tijd least Rusland de brandstof en neemt zelfs het kernafval terug! Daarna vertrekken ze weer, de reactor laten ze achter voor het ontvangende land.” Taebi noemt het een waanzinnig economisch model. “En natuurlijk een enorme machtsuitbreiding. Als je land voor 10 procent van z’n elektriciteit afhankelijk is van Russische brandstofstaven en engineers, heb je wel een bijzondere relatie met Rusland.”
Wie is Behnam Taebi?
Behnam Taebi (1977, Teheran, Iran) is als universitair hoofddocent techniekfilosofie bij de faculteit Techniek, Bestuur en Management aan de TU Delft gespecialiseerd in de ethische vraagstukken van techniekontwikkeling en energieproductie, vooral kernenergie. Hij promoveerde in 2010 op onderzoek naar de notie van intergenerationele rechtvaardigheid en kernenergieproductie. Hij is sinds 2016 lid van de Jonge Akademie. Met een persoonlijke Veni-beurs van NWO werkte hij aan het project ethics and governance of multinational nuclear waste repositories. Met Sabine Roeser publiceerde hij in 2015 de essaybundel The Ethics of Nuclear Energy. Risk, Justice and Democracy in the post-Fukushima Era, (Cambridge University Press). Taebi kwam op zijn 19e naar Nederland en werd aan de TU Delft opgeleid in technische materiaalwetenschappen en vervolgens filosofie. Hij werkte als IND-tolk, zat in het bestuur van vluchtelingenfonds UAF en was van 2002 tot 2006 SP-gemeenteraadslid in Delft.
Internationale samenwerking
Russische centrales van staatsbedrijf Rosatom zijn gepland in Turkije, Vietnam, Jordanië, Iran en Algerije. Landen die niet per se bekend staan als sterke democratieën met een solide rechtsstaat; de voorwaarden voor het zo noodzakelijke brede maatschappelijke debat. En een heleboel vragen blijven onbeantwoord. Wat voor type reactoren gaat Rusland neerzetten en hoe veilig zijn die? Wie is verantwoordelijk voor het toezicht: het ontvangende land, of Rusland? Heeft het ontvangende land voldoende kennis in huis om de reactor zelf op termijn draaiende te kunnen houden? En wat gebeurt er na de-activering met de reactor? “Als ik het Internationaal Atoomenergie Agentschap IAEA was, zou ik me ernstig zorgen maken over deze ontwikkeling”, zegt Taebi. “Maar als soevereine landen hiervoor kiezen, kun je daar – in principe – weinig tegen beginnen, tenzij je modellen als global governance serieus gaat nemen.”
Als we onszelf willen beschermen tegen de gevaren van kernenergie, is internationale samenwerking op het gebied van zowel nucleaire veiligheid als kernafvalopslag een noodzaak, benadrukt Taebi meermalen. Dat betekent dat besluiten in breder verband moeten worden genomen en dat landen ook op elkaars veiligheid moeten toezien. In Europa hebben we geluk; veel zaken zijn hier enorm goed geregeld. Maar ook in Zuid-Oost Azië werken landen samen, al is dat nog niet op het gebied van nucleaire veiligheid. Taebi wil maar zeggen: het kán wel.
Erik van Ipenburg zegt
Verrassende en mogelijk noodzakelijke kijk op kernenergie. Anders kijken vereist dit artikel. Is kernenergie de mogelijke transitie electriciteit ?? Als dat zo is blijven we dan heel helder stelling nemen tegen oud bakken en echt risico volle centrales als bijvoorbeeld Tihange en Doel. Van oudsher sta ik niet enthousiast ten opzichte van kernenergie. Het is inderdaad kiezen tussen kwaden. Ik ben benieuwd hoe dit zich binnen het progressieve deel van de bevolking ontwikkeld
Ir. Ruud Luttmer zegt
Er zijn 2 soorten van kernenergie:
A De ons welbekende plutonium kernenergie.
Deze leverde relatief makkelijk een kernbom en was dus zeer interessant voor het rijke Amerikaanse leger om deze vorm van kernenergie verder te ontwikkelen. Als de kernreactor niet gekoeld wordt, dan gaat het proces door met alle gevolgen van dien. Deze kennen we uit de recente geschiedenis. Ook levert het zeer langdurig zeer gevaarlijk afval op.
B De thorium kernreactor moet gekoeld worden met vloeibaar zout om het proces op gang te houden. Anders stopt het proces automatisch. Tevens levert het aanzienlijk minder gevaarlijk en langdurig afval op en ook niet eenvoudig een kernbom.
Deze vorm van energie was dus niet interessant voor het Amerikaanse leger om verder te ontwikkelen.
Lees meer info ovef thoriumreactor op internet.
O.a. De TU Delt, ECN Petten en China ontwikkelen deze vorm van kernenergie op dit ogenblik.
herman damveld zegt
Lees vooral ook mijn artikel over kernenergie op http://houdgroningenovereind.nl/KernOverzicht.html
Dan ziet u dat thoriumcentrales nu niet gekocht kunnen worden en dat er vraagtekens te zetten zijn bij thorium voor kernbommen.
Grappig dat Taebi meldt dat tegenstanders angst hebben. Nu houd ik me al 40 jaar bezig met kernenergie en ik ben nog steeds niet in een kliniek opgenomen met angststoornissen. Zijn bewering dat er methodes zijn die de levensduur van kernafval verminderen van 200.000 naar 10.000 jaar, is eveneens onbewezen. en zo zou ik door kunnen gaan. Wat een ongenuanceerd artikel, helaas kan ik geen andere conclusie trekken.
Ans van den Berg zegt
Waaro hoor je zo weinig over minder, minder, minder……..” Minder vliegen, minder vakanties naar Verweggiestan, minder hoge verwarming thuis en op het werk, minder auto’s, minder steeds nieuwe mobieltjes, minder afval, dus hergebruiken en repareren.
En achter minder zit tegelijkertijd ook een “meer”, meer vakanties in eigen omgeving, meer dikke truien ipv de verwarming hoger, meer fietsen, meer wandelen, meer kliekjes opmaken, meer reparatie – initiatieven, zoals het Repair café…
Eigenlijk komt het neer op: eenvoudiger leven, meer kwaliteit van leven in plaats van al die kwantiteit……
En waarom hoor ik zo weinig over de ongelofelijk vervuilende bitcoins??
Jalf Flach zegt
Het valt te prijzen dat ‘Down to Earth’ de discussie over dit thema vanuit verschillende invalshoeken aan gaat. Ik kan me ook wel een beetje voorstellen dat een generatie die bv Tsjernobyl niet bewust heeft meegemaakt, die discussie op nieuw wil voeren. Ondertussen is men zo afhankelijk van een door elektriciteit bepaalde leefstijl, dat energie tekort als een bedreiging van de status quo kan worden beleefd. Het punt is dat van IEDERE kerncentrale bij de bouw werd gezegd dat-ie absoluut veilig was. Toch hebben we een aantal bijna- en echte rampen gehad en dan hebben we het nog niet eens over wat er nog in het verschiet ligt. De deur naar kernenergie is niet zonder reden dicht gegooid. Dat men nu toch weer die doos van Pandora wil onderzoeken is onbegrijpelijk, we weten toch wat er in schuil gaat? Er wordt gewezen op het ‘maar’geringe aantal slachtoffers. Dat geeft al blijk van een vooringenomenheid. Google eens op: ‘Tsjernobyl radiation victims’ en u weet het weer, of u weet het nu ook!
Mensen als Behnam Taebi die óf vanuit eigen overtuiging óf omdat ze een verlengstuk van de kernergielobby zijn, doen er goed aan om uit deze gevarenzone te blijven…..
Peter Löhnberg zegt
Met zijn ‘geloof als wetenschapper’ dat de opslag van radioactief afval veilig is bevestigt Behnam Taebi dat hij het simplistische standpunt (in dit geval van een voorstander) over kernenergie heeft dat hij juist bekritiseert.
Bij het zevenjarige wetenschappelijke onderzoek naar de eindberging in klei is namelijk geen rekening gehouden met alle mogelijke waarden van de eigenschappen van de berging, waardoor de veiligheid niet is aangetoond. Op Kamervragen hierover door Tweede Kamerlid Liesbeth van Tongeren (GroenLinks) antwoordde de verantwoordelijke staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat dat er nog veel onderzoek zal moeten plaatsvinden om te komen tot een complete veiligheidsstudie voor een concrete eindberging en dat het geen beleidskeuze is dat de coördinatie van die studie bij COVRA ligt.
In het huidige Algemene Beleidsplan van Milieudefensie staat dan ook terecht dat oplossingen voor klimaatverandering geen andere maatschappelijke- of milieurisico’s mogen veroorzaken en dat met name kernenergie niet past bij klimaatrechtvaardigheid.
Reinnetta Beking zegt
Kernenergie valt voor mij onder de categorie “nooit doen” .
Opvallend vind ik de naïviteit van Dhr.Behnam Taebi. Hij geeft aan dat besluitvorming gekoppeld moet zijn aan een breed maatschappelijk debat. Dat oplossingen bedacht moeten worden die door de mensen aangedragen en gedragen worden. In mijn bestaan van bijna 70 jaar heb ik, een uitzondering daargelaten, nog nooit politici meegemaakt die echt luisteren naar en ook gehoor geven aan referenda, wensen,
noodkreten of ideeën vanuit de bevolking. Politici zijn per definitie onbetrouwbaar.