Vanwege een discutabel onderdeel van internationale handelsverdragen, de investor-state dispute settlements (ISDS), hebben de Europese staten de afgelopen jaar miljarden euro’s compensatie aan bedrijven moeten uitkeren. Dat blijkt uit onderzoek van Milieudefensie en Friends of the Earth Europe. De kritiek op dit onderdeel van handelsverdragen neemt toe.
Investor-state dispute settlement (ISDS) zijn voor het eerst opgenomen in een bilateraal handelsverdrag tussen Duitsland en Pakistan in 1959. Het idee erachter is dat buitenlandse bedrijven compensatie kunnen eisen voor wetgeving waarvan zij menen dat die hun winsten aantast. Het geeft aan buitenlandse investeerders in zo’n geval de mogelijkheid om nationale rechtbanken te omzeilen en naar een onafhankelijk arbitragetribunaal te stappen. Deze tribunalen bestaan uit drie zeer goedbetaalde arbiters die hun beslissingen achter gesloten deuren nemen en vaak zelf werken voor voor drijven die dergelijke claims indienen.
Een goed voorbeeld van zo’n claim komt van onze oosterburen: Energiebedrijf Vattenfall klaagt de Duitse overheid aan voor bijna 4 miljard euro, omdat de Duitsers na de ramp in Fukushima kernenergie hebben afgezworen en het bedrijf recent in twee kerncentrales heeft geïnvesteerd.
Sinds begin jaren ’90 is het aantal bilaterale handelsverdragen spectaculair gestegen, van 446 in 1990 tot 2800 in 2012. Omdat de ISDS in veel gevallen onderdeel vormt van deze bilaterale verdragen, is mede daardoor het aantal arbitragezaken ook enorm toegenomen in de laatste jaren, met 58 nieuwe zaken in 2012 als hoogtepunt. Met soms grote financiële consequenties voor de aangeklaagde landen.
Geheim
Tijd om een onderzoek uit te voeren, zoals door Milieudefensie en Friends of the Earth Europe is gedaan. Het onderzoek Hidden costs of EU trade deals beschrijft 127 ISDS-zaken tussen 1994 en 2014 gericht tegen in totaal twintig EU landen. Het is het eerste onderzoek van een dergelijke omvang naar ISDS zaken en legt een aantal opvallende zaken bloot.
Zo blijkt dat bijzonder veel informatie geheim wordt gehouden. Over minder dan de helft (48 procent) van de onderzochte zaken waren details via publieke bronnen beschikbaar. Ook is in slechts 11 procent van de gevallen uiteindelijk bekend gemaakt welke bedragen er zijn toegekend of onder welke voorwaarden is geschikt.
In die 11 procent van de zaken is in totaal 3,5 miljard euro ter compensatie uitbetaald aan bedrijven door de Europese staten. De werkelijk uitgekeerde bedragen liggen echter zeer waarschijnlijk vele malen hoger, aangezien zo weinig bedragen publiekelijk bekend zijn gemaakt. Zo is in totaal 30 miljard aan claims ingediend bij de 62 zaken (48 procent) waarbij die informatie wel beschikbaar was. Tegen Polen is zelfs een claim van 10 miljard geëist door één bedrijf.
Met dergelijke lucratieve bedragen is het niet vreemd dat bedrijven in recente jaren steeds vaker claims indienen. Bovendien is een trend zichtbaar dat bedrijven die één claim hebben ingediend, dit daarna vaker doen. Alsof ze de smaak te pakken hebben.
Risico’s
Er is van alles aan te merken op dit investeringsmechanisme. Het rapport van Milieudefensie en Friends of the Earth Europe laat zien dat “de belastingbetalers en de gemeenschap onacceptabel hoge kosten moeten dragen op het moment dat buitenlandse investeerders zulke privileges ontvangen”.
Voorstanders zeggen dat ISDS al jaren onderdeel uitmaakt van de bilaterale verdragen en dat voor de lidstaten de baten de kosten overstijgen. Maar ook invloedrijke media als The Economist geven aan dat dit mechanisme uit de handelsverdragen zou moeten verdwijnen. Zo hebben wetenschappers grote twijfel of het verdrag wel oplevert waarvoor het is bedoeld, namelijk een toename in buitenlandse investeringen.
Brazilië weigert bilaterale verdragen te ondertekenen waarin ISDS is opgenomen, maar de buitenlandse investeringen blijven daar onverminderd hoog. En het mechanisme is overtollig: buitenlandse investeerders kunnen hun investeringen namelijk al beschermen tegen overheidsbeslissingen door een politieke risicoverzekering af te sluiten.
In Forbes Magazine verscheen een opiniestuk dat maar liefst acht redenen gaf waarom ISDS geen plaats meer zou moeten hebben in handelsverdragen. Zo merkte de schrijver terecht op dat bedrijven gewend zijn risico’s te nemen met hun investeringen en daarvoor niet gecompenseerd hoeven te worden. En dat het zeker ongewenst is dat het risico gesubsidieerd wordt door de belastingbetaler, zoals met de ISDS het geval is.
Milieuschade
Milieudefensie ziet ook een ander probleem. De organisatie maakt zich ernstige zorgen over het feit dat 60 procent van de rechtszaken betrekking heeft op milieuwetgeving: “Investeringsarbitrage en de daarmee gepaard gaande miljardenclaims vormen een reële bedreiging voor de volksgezondheid, het milieu en niet in de laatste plaats de democratische besluitvorming”, zegt Geert Ritsema, campagneleider Energie & Grondstoffen bij Milieudefensie. “Wij roepen de Tweede Kamer en het Europees Parlement op om niet akkoord te gaan met nieuwe handels- en investeringsverdragen die dergelijke claims mogelijk maken.”
De organisatie vreest ook dat overheden door de dreiging van nog meer miljardenclaims kopschuw zullen worden bij het bedenken en doorvoeren van nieuwe milieuregels, zeker als de Europese Unie straks de nog veelomvangrijkere handelsverdragen (TTIP met de VS en CETA met Canada) gaat afsluiten.
Nu is Nederland tot nu toe gespaard gebleven van claims. Maar het lijkt slechts een kwestie van tijd voordat zo’n claim wordt ingediend als de Europese Unie de TTIP of CETA verdragen zou tekenen. Amerikaanse en Canadese bedrijven zouden onder die verdragen bijvoorbeeld claims in kunnen dienen tegen het in Nederland geldende moratorium op het boren naar schaliegas.
Geef een reactie