Dat zegt Bram Büscher, universitair hoofddocent Milieu en Duurzame ontwikkeling aan het Instituut voor Sociale Studies van de Erasmus Universiteit in Den Haag.
De ‘groene economie’, die dit jaar tijdens de VN-duurzaamheidsconferentie in Rio werd gepresenteerd, wordt door steeds meer regeringsleiders omarmd. Het klinkt ook goed: de klimaatcrisis oplossen door het stimuleren van economische groei. Te goed, meent Bram Büscher. Groen is het in zijn ogen niet, hoogstens iets minder grijs.
Wat is het verschil tussen duurzame ontwikkeling en groene economie?
“Beide begrippen proberen economische groei te koppelen aan de zorg voor het milieu. Duurzame ontwikkeling kijkt hierbij ook naar sociale verbanden, culturele factoren en politieke verhoudingen. Groene economie is alleen nog gericht op de economie. Dit past natuurlijk in de tijdsgeest waarin economie in alles centraal staat, maar het is een verdere verenging van het debat. Dat zie je terug in het woordgebruik op VN-toppen: de nadruk ging van ‘duurzame ontwikkeling’ (sustainable development) twintig jaar geleden, naar ‘duurzame groei’ (sustainable growth) in 2002 en dit jaar was het kernwoord ‘voortdurende groei’ (sustained growth). Groei is dus het belangrijkste, niet duurzaamheid.”
Op duurzame ontwikkeling was ook veel kritiek.
“Duurzame ontwikkeling suggereert dat er geen fundamentele politieke keuzes gemaakt hoeven worden. Tussen economische groei en zorg voor het milieu, of tussen milieu en sociale vraagstukken. Men doet alsof het altijd een win-win situatie is. In de praktijk is dat zelden het geval, er worden voortdurend keuzes gemaakt. Door in beleid te doen alsof die keuzes niet bestaan, laat je niet zien wélke keuzes er gemaakt worden.”
Welke keuzes worden er gemaakt?
“Men kiest voor kapitaal, boven mens en milieu. Kapitaal is geen ding maar een proces waarbij je geld en middelen inzet om meer geld en middelen te verwerven. Er moet altijd meer uitkomen. Daarom moeten we steeds maar weer meer produceren en consumeren, vaak ten koste van mens en milieu.”
Een goede reden dus om de productie en consumptie te vergroenen.
“Natuurlijk moet je streven naar efficiënter gebruik van energie en hulpbronnen. Maar als we efficiënter produceren en er tegelijkertijd twee keer zoveel van produceren omdat we almaar moeten groeien, is het uiteindelijke plaatje altijd minder duurzaam dan daarvoor. Dan is het niet anders dan een intensivering van het huidige kapitalisme, iets minder grijs misschien, maar zeker niet groen.”
Maar als we niet meer groeien, krijgen we werkloosheid, minder inkomen. Bovendien willen mensen in het zuiden ook een beter leven.
“Gelijk hebben ze. Maar het is de vraag of kapitalistische economische groei hen die gaat brengen. Voor een aantal misschien, maar zeker niet voor iedereen. Voor velen zal het leiden tot nog meer armoede, nog meer vernietiging van hun leefomgeving.”
Een economie zonder groei dus?
Er zijn meer dan genoeg middelen, kennis en creativiteit om iedereen een prettig leven te geven, maar dan moeten we dit wel eerlijker verdelen. Dat vraagt om fundamentele keuzes. Als de VS hun militaire budget in zouden zetten voor goed onderwijs en gezondheidszorg schiet het al aardig op. Als we alle subsidies die we aan de oliesector doneren inzetten voor de ontwikkeling van duurzame energie gaat de transitie veel sneller.”
Is dat niet precies wat men met de groene economie beoogt? Overheden, bedrijven en investeerders moeten hun geld voortaan investeren in efficiëntere duurzame productie, niet in vervuilende technologieën.
“Nee dat beoogt het niet. Men beseft dat de kapitalistische economie wordt bedreigd doordat we op ecologische grenzen stuiten. Het Stern-rapport concludeerde al dat we steeds meer geld kwijt zijn aan de gevolgen van klimaatverandering, uitputten van de grondstoffenvoorraden, verlies aan biodiversiteit. Dit bedreigt het kapitalisme. Groene groei is een poging het kapitalisme te redden, door ook de laatste stukjes natuur, hulpbronnen en mensen te kapitaliseren, onderdeel te maken van de markteconomie.”
Toch denken veel mensen, ook in de milieubeweging, dat de omslag naar een duurzame economie uit het bedrijfsleven moet komen. Van Unilever bijvoorbeeld.
“Ik geloof daar niet in. Je kunt niet verduurzamen en tegelijkertijd streven naar een verdubbeling van de omzet en winst. Natuurlijk zal Unilever hier en daar milieuwinst boeken en is het te prijzen dat ze haar productieproces probeert te verduurzamen. Maar zolang ze dit doet binnen de kapitalistische logica is het inherent niet duurzaam. Ze zal, om haar aandeelhouders gerust te stellen, in de eerste plaats meer kapitaal moeten produceren, moeten groeien.”
Unilever topman Polman wil geen kwartaalcijfers meer publiceren. Hij wil zich niet voortdurend aan zijn aandeelhouders moeten verantwoorden.
“CEO’s zitten veel dieper in de contradicties van dit systeem dan gewone medewerkers. Ik denk dus dat Polman het probleem begrijpt, en wellicht wil hij oprecht Unilever verduurzamen. Maar juist daardoor ervaart hij als eerste hoe onverenigbaar dat is met het aandeelhouderskapitalisme. Het stoppen met publiceren van kwartaalcijfers geeft hem tijdelijk wat ruimte. Maar als na een of twee jaar blijkt dat zijn beleid niet genoeg winst oplevert, ligt hij er uit. Winst gaat boven milieu. En zolang dat geldt, verliest het milieu het op de lange termijn altijd.”
En dus?
“Moeten we in het debat de complexiteit van de vraagstukken onder ogen durven zien. Beseffen dat win-win niet bestaat en we mens en milieu boven winst en kapitaal moeten stellen. Dat gaat natuurlijk in tegen grote gevestigde belangen. Daarom gaat het ook niet in tien jaar lukken, maar het kapitalisme heeft er ook tweehonderd jaar over gedaan om dominant te worden.”
Hebben we die tijd?
“Misschien niet. En dat heeft vooral consequenties voor degenen die het minst aan de huidige milieuproblemen hebben bijgedragen. Dat doet pijn. Daarom moet je misschien een twee stappen strategie hanteren. Op korte termijn alles op alles zetten om productieprocessen te verduurzamen. Maar tegelijkertijd een fundamentele discussie over een andere economie aanzwengelen. Doe je dit niet, dan zullen de kleine milieuwinsten die worden geboekt steeds weer teniet worden gedaan door de grote verliezen die het op groei gerichte kapitalisme maakt.”
Geef een reactie