Is de ‘groene economie’ de oplossing voor het klimaatprobleem, of een methode van het kapitalisme om de milieucrisis te transformeren in brandstof voor een nieuwe periode van economische groei? Het laatste, moet je concluderen na het lezen van ‘De mythe van de groene economie’.
De Franse cineast en situationist Guy Debord beschreef in 1967 in De Spektakelmaatschappij al hoe het kapitalisme niet alleen elke wens en verlangen, maar ook elk verzet weet om te zetten in een product dat vervolgens met veel winst wordt verkocht. In navolging van Debord’s analyse is de opkomst van het neoliberalisme wel beschreven als een antwoord van het kapitalisme op het verzet van de hippies en andere protestbewegingen die fulmineerden tegen de beklemmende patriarchale machtsverhoudingen en pleitten voor meer vrijheid, ontplooiing en creativiteit. Met als gevolg dat we ons nu ook in onze vrije tijd creatief kapot consumeren. Vrijheid, blijheid, kassa!
De ecologische en sociale gevolgen van dit project zijn inmiddels bekend. Ook bij bedrijven en overheden die nu erkennen dat het anders moet en de mond vol hebben van de transitie naar een groene en duurzame economie. Maar de Leuvense wetenschappers en milieuactivisten Anneleen Kenis en Matthias Lievens laten in dit helder geschreven en goed gedocumenteerde boek overtuigend zien dat die groene economie helemaal niet zoveel anders is. Strategieën en maatregelen zoals ‘groene’ productietechnieken, handel in emissierechten, certificering, of de Green Deal, blijven gevangen in de logica van het kapitalisme, van meer produceren om meer winst te maken. Het is een verdere ‘vermarkting’ van de aarde én het groene gedachtegoed.
Een duurzame maatschappij vereist echter minder markt. Geen kwantitatieve groei van steeds meer producten maar een kwalitatieve groei van meer vrije tijd, meer cultuur, meer menselijke relaties, kortom meer kwaliteit van leven. Hoe deze omslag te realiseren weten de auteurs niet precies, hiervoor geven ze slechts enkele summiere aanzetten. De kracht van het boek zit vooral in de overtuigende kritiek op zowel het fossiele-brandstoffenkapitalisme als het concept van de groene economie, dat inmiddels ook door een aantal milieuorganisaties wordt omarmd.
Dat betekent niet dat deze milieuorganisaties, noch groene liberalen en ‘verantwoorde ondernemers’ nu de hoofdvijand zijn. Wel dat het noodzakelijk is een eigen strategie te ontwikkelen die naast ecologie ook democratie en sociale rechtvaardigheid omvat en breekt met het kapitalistische groeidenken. Alleen zo kunnen we voorkomen dat onze strijd voor het milieu als product aan ons verkocht gaat worden, terwijl de aarde steeds verder opwarmt.
Geef een reactie